ECLI:NL:RBMNE:2023:2002
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Naheffingsaanslag parkeerbelasting; beroep ongegrond
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 25 april 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een inwoner van Almere, en de heffingsambtenaar van de gemeente Almere. Eiser had een naheffingsaanslag parkeerbelasting van € 66,50 ontvangen, opgelegd op 24 maart 2022, omdat hij niet tijdig parkeerbelasting had voldaan. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen deze aanslag, maar dit bezwaar werd op 18 juli 2022 ongegrond verklaard, waarna hij beroep instelde bij de rechtbank.
De rechtbank heeft de zaak behandeld op een digitale zitting op 8 december 2022, waar beide gemachtigden aanwezig waren. Tijdens deze zitting bleek dat een verweerschrift van de gemeente, dat op 22 november 2022 was ingediend, niet naar eiser was doorgestuurd. Dit werd rechtgezet door het verweerschrift alsnog naar eiser te sturen, zodat beide partijen op elkaars standpunten konden reageren.
De rechtbank overwoog dat eiser zijn auto op 9 maart 2022 had geparkeerd in de Veendamstraat in Almere, en dat deze straat was aangewezen als gefiscaliseerde parkeerplaats. Eiser betwistte dit, maar de rechtbank concludeerde dat de wijk Stedenwijk-Noord, waar de Veendamstraat zich bevindt, inderdaad onder de Verordening parkeerbelasting Almere 2022 valt. Eiser had zijn auto moeten aanmelden en parkeerbelasting moeten voldoen.
Daarnaast stelde eiser dat het verkeersbord voor betaald parkeren niet goed zichtbaar was, maar de rechtbank oordeelde dat de gemeente voldoende bewijs had geleverd dat het bord zichtbaar was en dat eiser op de hoogte had kunnen zijn van de parkeerregels. Uiteindelijk oordeelde de rechtbank dat de naheffingsaanslag terecht was opgelegd en verklaarde het beroep ongegrond. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.