ECLI:NL:RBMNE:2023:1845
Rechtbank Midden-Nederland
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van een bestuurlijke boete wegens overtreding van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag
Op 3 april 2023 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Eiseres had beroep aangetekend tegen een bestuurlijke boete van € 18.000 die was opgelegd wegens een herhaalde overtreding van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (Wml). De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres als werkgever niet de vereiste gegevens over de werknemer aan de Nederlandse Arbeidsinspectie heeft verstrekt, wat volgens verweerder een overtreding vormt.
Eiseres betwistte dat zij werkgever was en stelde dat de betrokkene als vennoot van een vennootschap onder firma werkte, en niet op basis van een arbeidsovereenkomst. De rechtbank oordeelde echter dat, op basis van de feitelijke omstandigheden, eiseres als werkgever kon worden aangemerkt. De rechtbank verwees naar verklaringen van betrokkenen en het boeterapport, waaruit bleek dat de betrokkene werkzaamheden verrichtte waarvoor hij een vast bedrag ontving dat als loon kon worden aangemerkt.
De rechtbank concludeerde dat eiseres niet aan de verplichting had voldaan om de benodigde gegevens te verstrekken en dat verweerder bevoegd was om de boete op te leggen. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, en zij kreeg geen vergoeding van griffierecht of proceskosten. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door rechter B. Fijnheer, met griffier L.E. Mollerus aanwezig. Partijen werden gewezen op de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan.