In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, wordt het beroep van eiseres behandeld tegen de Belastingdienst/Toeslagen. Eiseres heeft op 20 januari 2021 een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag, maar de Belastingdienst heeft hier niet tijdig op beslist. Eiseres heeft op 14 maart 2023 een verweerschrift ontvangen, maar de rechtbank heeft besloten dat een zitting niet nodig is. De rechtbank stelt vast dat de beslistermijn is overschreden en dat eiseres terecht beroep heeft ingesteld. De rechtbank oordeelt dat de Belastingdienst alsnog een besluit moet nemen, met een termijn van twaalf weken na de uitspraak, en dat deze termijn kan worden verlengd in bijzondere gevallen. De rechtbank legt een dwangsom op van € 100,- per dag voor elke dag dat de Belastingdienst de beslistermijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast wordt de hoogte van de dwangsom vastgesteld op € 1.442,-, omdat er al 42 dagen zijn verstreken sinds de ingebrekestelling. Eiseres krijgt ook een proceskostenvergoeding van € 418,50 en het door haar betaalde griffierecht van € 50,- moet worden vergoed. De uitspraak is gedaan op 6 april 2023 en is openbaar uitgesproken.