ECLI:NL:RBMNE:2023:1450

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
3 april 2023
Publicatiedatum
3 april 2023
Zaaknummer
16/208897-22 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van bezit en voorbereidingshandelingen voor grootschalige hennepverwerking

Op 3 april 2023 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die op 18 augustus 2022 te Veenendaal samen met anderen meer dan zeventig kilogram hennep en hasjiesj in bezit had. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van het bezit van deze verdovende middelen en voorbereidingshandelingen voor de grootschalige verwerking en verstrekking ervan. De inhoudelijke behandeling vond plaats op 20 maart 2023, waarbij de verdachte en zijn raadsman niet aanwezig waren. De officier van justitie, mr. R. Esbir Wildeman, heeft de tenlastelegging gepresenteerd en de rechtbank heeft de bewijsvoering beoordeeld. De rechtbank oordeelde dat de verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen handelde, en heeft hem veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes maanden. De rechtbank heeft ook de in beslag genomen verdovende middelen onttrokken aan het verkeer en het onder verdachte in beslag genomen geld verbeurd verklaard. De beslissing is gebaseerd op de artikelen van het Wetboek van Strafrecht en de Opiumwet.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummer: 16/208897-22 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 3 april 2023
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1966] te [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres] te [woonplaats] ,
hierna: verdachte.

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting op 17 november 2022 en 20 maart 2023. Op 20 maart 2023 vond de inhoudelijke behandeling plaats.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. R. Esbir Wildeman. Verdachte en zijn gemachtigde raadsman mr. G.F. Schadd, advocaat te Arnhem, waren niet ter terechtzitting op 20 maart 2023 aanwezig.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
Feit 1: op 18 augustus 2022 te Veenendaal samen met anderen opzettelijk aanwezig heeft gehad 17.040 gram hasjiesj en 59.383 gram hennep.
Feit 2: op 18 augustus 2022 te Veenendaal samen met anderen voorwerpen voorhanden heeft gehad die bestemd zijn tot het plegen van in artikel 11, derde of vijfde lid, van de Opiumwet strafbaar gestelde feiten.

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het de ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend te bewijzen.
4.2
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich op 18 augustus 2022 schuldig heeft gemaakt aan het samen met anderen aanwezig hebben van ongeveer 16.228 gram hasjiesj en ongeveer 54.343 gram hennep. Daarnaast acht zij wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich op voornoemde datum heeft schuldig gemaakt aan het plegen van voorbereidingshandelingen voor de grootschalige, bedrijfsmatige verwerking en verstrekking van hennep. Hieronder zal de rechtbank waar nodig uitleggen waarom zij dat vindt, een en ander voor zover die niet al worden weerlegd door de bewijsmiddelen. Ten behoeve van de leesbaarheid van dit vonnis zijn de bewijsmiddelen voor beide feiten opgenomen in bijlage II. [1]
Feit 1
Uit de bewijsmiddelen volgt dat verdachte zich in het bedrijfspand aan de [adres] in [woonplaats] - de stashlocatie - bevond op het moment dat de politie daar binnenviel. Uit de berichten in de telefoons van verdachte en medeverdachten [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] volgt dat zij op 18 augustus 2022 met elkaar in contact stonden ten behoeve van het vervoer van de hennep aangetroffen in de Opel Vivaro waarin [medeverdachte 2] reed. [medeverdachte 1] heeft verklaard dat hij die dag toezag op het vervoer van hennep. Dit gebeurde in opdracht van (een) ander(en) en was, zo concludeert de rechtbank uit de bevindingen over de Opel Vivaro, kort voor de aanhouding van verdachte opgehaald in het pand aan de [adres] . Op grond van berichtenverkeer tussen verdachte en [medeverdachte 1] stelt de rechtbank vast dat verdachte de te vervoeren hennep op de stashlocatie klaar heeft gezet, die vervolgens door [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] is opgehaald. Daarna wordt verdachte door [medeverdachte 1] ingelicht dat er ‘politie’ is. Door de te vervoeren hennep voor te bereiden, klaar te zetten en contact te houden met de coördinerende toezichthouder [medeverdachte 1] heeft verdachte bij het vervoer van de hennep door [medeverdachte 2] een aandeel van voldoende gewicht geleverd om hem als medepleger te zien. De rechtbank is daarom van oordeel dat verdachte het onder feit 1 ten laste gelegde heeft gepleegd in nauwe en bewuste samenwerking met anderen, waaronder in ieder geval [medeverdachte 2] en [medeverdachte 1] .
De rechtbank spreekt verdachte partieel vrij van het aanwezig hebben van een hoeveelheid van 105 gram hasj. Dit werd in de auto van [medeverdachte 1] aangetroffen en niet is gebleken dat verdachte hier enige betrokkenheid bij heeft gehad.
Feit 2
Vast staat dat verdachte zich in het pand aan de [adres] in [woonplaats] bevond toen de politie daar binnenviel en in dat pand (onder meer) een grote hoeveelheid hasjiesj en hennep aantrof. Voorts heeft de rechtbank onder feit 1 vastgesteld dat verdachte zich die dag als medepleger schuldig heeft gemaakt aan het vervoer van een hoeveelheid hennep door [medeverdachte 2] , door (onder meer) die hennep in voornoemd pand voor te bereiden en klaar te zetten. Dat maakt dat verdachte wist van en de beschikkingsmacht had over de in het pand aangetroffen goederen, waaronder de grote hoeveelheid hasjiesj en hennep. Voorts kan worden vastgesteld dat medeverdachte [medeverdachte 1] op 18 augustus 2021 een coördinerende rol vervulde, niet alleen ten aanzien van de hennep die door [medeverdachte 2] werd vervoerd maar ook ten aanzien van wat er in het bedrijfspand gebeurde. Uit de berichten die in telefoons van verdachte en [medeverdachte 1] zijn aangetroffen maakt de rechtbank op dat [medeverdachte 1] die dag verdachte instrueerde om alvast in het pand op de [adres] in [woonplaats] klaar te gaan staan omdat hij en [medeverdachte 2] eraan kwamen. De rechtbank acht dan ook wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feit 2 ten laste gelegde in nauwe en bewuste samenwerking met anderen, waaronder in ieder geval [medeverdachte 1] , pleegde.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
Feit 1
op 18 augustus 2022, te Veenendaal, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 16.935 gram van een gebruikelijk vast mengsel van hennephars en plantaardige elementen van hennep (hasjiesj) waaraan geen andere substanties zijn toegevoegd en ongeveer 54.238gram hennep, zijnde hasjiesj en hennep, telkens een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II;
Feit 2
op 18 augustus 2022, te [woonplaats] , tezamen en in vereniging met anderen, stoffen en voorwerpen voorhanden heeft gehad, te weten:
- een grote hoeveelheid hasjiesj en hennep; en
- verpakkingsmateriaal voor joints; en
- een verpakkingsmachine voor joints; en
- een weegschaal; en
- meerdere sealbags; en
- een vacumeermachine

dan wel een (bedrijfs)pand (gelegen aan de [adres] ) als (opslag)locatie ter beschikking heeft gesteld, waarvan hij en zijn mededader(s) wisten dat zij bestemd waren tot het plegen van een van de in artikel 11, derde en vijfde lid van de Opiumwet strafbaar gestelde feiten;

Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad. Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
Feit 1:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
Feit 2:
medeplegen van voorwerpen voorhanden hebben, waarvan hij weet dat zij bestemd zijn tot het plegen van een van de in artikel 11, vijfde lid, van de Opiumwet strafbaar gestelde feiten.

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte ter zake van het door de officier van justitie bewezen geachte te veroordelen tot:
- een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden met een proeftijd van 2 jaren, met bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering;
- een taakstraf voor de duur van 240 uren, met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht;
- een geldboete van € 15.000,00, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 110 dagen hechtenis.
8.2
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
Ernst van de feiten
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het aanwezig hebben van een grote hoeveelheid hasj en hennep, namelijk ruim vijftien kilogram hasj en ruim vijftig kilogram hennep. Een deel van die hennep werd vervoerd in opdracht van (een) ander(en) in een auto met een professioneel ingebouwde verborgen ruimte. Ook heeft verdachte zich schuldig gemaakt aan voorbereidingshandelingen voor grootschalige en bedrijfsmatige productie en verkoop van hennep en hasjiesj. Het is een feit van algemene bekendheid dat de handel in en het gebruik van dergelijke verdovende middelen vaak gepaard met verschillende vormen van (ernstige) criminaliteit waarvan anderen overlast ondervinden en waardoor de samenleving schade wordt berokkend. Verdachte heeft met zijn handelen bijgedragen aan de instandhouding van deze problematiek, zonder acht te slaan op de mogelijke negatieve gevolgen voor anderen en de maatschappij.
Persoon van de verdachte
De rechtbank heeft kennisgenomen van een uittreksel uit het Justitieel Documentatieregister van 13 februari 2023 betreffende verdachte, waaruit blijkt dat verdachte niet eerder voor enig strafbaar feit is veroordeeld.
Oplegging van straf
Bij de oplegging van de straf heeft de rechtbank acht geslagen op de oriëntatiepunten voor straftoemeting van het LOVS. Voor het aanwezig hebben van ruim 65 kilogram hennep en hasjiesj is het oriëntatiepunt een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden. In het geval van verdachte is de rechtbank ook van oordeel dat niet kan worden volstaan met een straf die geen vrijheidsbeneming met zich brengt. Bij de bepaling van de hoogt van de gevangenisstraf heeft de rechtbank ook gekeken naar de straf die is opgelegd aan medeverdachte [medeverdachte 1] . Het bewezen verklaarde in onderhavige zaak is immers nagenoeg gelijkluidend. In de (meer ondergeschikte) rol van verdachte ten opzichte van [medeverdachte 1] en het feit dat verdachte wel een first offender is, ziet de rechtbank aanleiding een lagere straf op te leggen dan aan medeverdachte [medeverdachte 1] . Alles overwegende is de rechtbank van oordeel dat passend en geboden is een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

9.BESLAG

9.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd het onder verdachte in beslag genomen geld verbeurd te verklaren en de onder verdachte in beslag genomen verdovende middelen te onttrekken aan het verkeer.
9.2
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal het inbeslaggenomen geld verbeurd verklaren nu de rechtbank van oordeel is dat er aanwijzingen zijn dat het geld uit baten van de bewezen verklaarde feiten zijn verkregen.
De rechtbank zal de in beslag genomen verdovende middelen onttrekken aan het verkeer. Deze voorwerpen zijn van zodanige aard dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of met het algemeen belang. Bovendien is het strafbare feit met deze voorwerp begaan.

10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen 33, 33a, 36b, 36c, 47 en 57 van het Wetboek van Strafrecht en artikelen 3, 11 en 11a van de Opiumwet, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

11.BESLISSING

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf van 6 maanden;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Beslag
- verklaart de verdovende middelen onttrokken aan het verkeer:
  • 1 STK Hennep (Omschrijving: PL0900-2022240965-G3033185 ZAK MET TOPPEN BRUTO GEWICHT 15 GRAM OP TAFEL IN RUIMTE 1);
  • 1 STK Hennep (Omschrijving: PL0900-2022240965-G3033196 ZAK 2 IN RUIMTE 1 BRUTO GEWICHT 40 GRAM.);
  • 1 STK Hennep (Omschrijving: PL0900-2022240965-G3033200 UIT ZWARTE KAST IN RUIMTE 1.);
  • 1 ZAK Hennep (Omschrijving: PL0900-2022240965-G3033219 ZAK HENNEPTOPPEN UIT RUIMTE 2 KAST 2);
  • 1 ZAK Hennep (Omschrijving: PL0900-2022240965-G3033223 ZAKKEN AANGETROFFEN IN RUIMTE 2 KAST 2);
  • 1 STK Hennep (Omschrijving: PL0900-2022240965-G3033288 HENNEP GRUIS RUIMTE 2 KAST 3);
  • 3000 STK Hennep (Omschrijving: PL0900-2022240965-G3033303 3000 JOINTS GESCHAT);
  • 1 STK Hennep (Omschrijving: PL0900-2022240965-G3033321 RUIMTE 2 KAST 3 4151 GRAM HENNEPTOPPEN);
  • 1 STK Hennep (Omschrijving: PL0900-2022240965-G3033331 HENNEPTOPPEN UIT RUIMTE 2 KAST 3);
  • 1 STK Hennep (Omschrijving: PL0900-2022240965-G3033342 HENNEPTOPPEN UIT RUIMTE 2 KAST 3.);
  • 32 STK Hashish (Omschrijving: PL0900-2022240965-G3033354 RUIMTE 2 KAST 3 HASHJBLOKJES);
- verklaart het geld verbeurd:
1000 EUR IBG 18-08-2022 (Omschrijving: PL0900-2022240965-3033350);
Voorlopige hechtenis
- heft op het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis.
Dit vonnis is gewezen door L.M.M. Heppe, voorzitter, mr. A. Blanke en mr. P.K. van Riemsdijk, rechters, in tegenwoordigheid van mr. J. van Buel, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 3 april 2023.
Mr. Van Riemsdijk is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
1
hij, op of omstreeks 18 augustus 2022, te Veenendaal, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk
aanwezig heeft gehad (in totaal ongeveer) 17.040 gram, in elk geval een hoeveelheid
van meer dan 30 gram van een gebruikelijk vast mengsel van hennephars en
plantaardige elementen van hennep (hasjiesj) waaraan geen andere substanties zijn
toegevoegd en/of (in totaal ongeveer) 59.383 gram, in elk geval een hoeveelheid van
meer dan 30 gram hennep, zijnde hasjiesj en/of hennep (telkens) een middel als
bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens
het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
( art 11 lid 2 Opiumwet, art 3 ahf/ond C Opiumwet, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek
van Strafrecht )
2
hij, op of omstreeks 18 augustus 2022, te [woonplaats] , althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen stoffen en/of
voorwerpen heeft bereid, bewerkt, verwerkt, te koop aangeboden, verkocht,
afgeleverd, verstrekt, vervoerd, vervaardigd of voorhanden gehad, te weten (onder
meer)
- een (grote) hoeveelheid hasjiesj en/of hennep, althans een middel als bedoeld in
de bij de Opiumwet behorende lijst II en/of
- verpakkingsmateriaal voor joints en/of
- een verpakkingsmachine voor joints en/of
- een weegschaal en/of
- een/of meerdere sealbag(s) en/of
- een vaccumeermachine,
dan wel vervoermiddelen, ruimten, gelden, andere betaalmiddelen en/of gegevens
voorhanden heeft gehad, te weten een (bedrijfs)pand (gelegen aan de
[adres] ) en/of dat (bedrijfs)pand als (opslag)locatie ter beschikking
heeft gesteld, waarvan hij en zijn mededader(s) wist(en) of ernstige reden had(den)
te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van een van de in artikel 11,
derde en vijfde lid van de Opiumwet strafbaar gestelde feiten;
( art 11a Opiumwet, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht )
Bijlage II: de bewijsmiddelen
Een proces-verbaal van bevindingen van 18 augustus 2022, voor zover inhoudende als bevindingen van verbalisanten [verbalisant 1] , [verbalisant 2] en [verbalisant 3] , zakelijk weergegeven:
Op 18 augustus 2022 was ik, [verbalisant 1] , in [woonplaats] . [2] Toen ik langs het hofje reed, waar de schuur van de [adres] aan grenst, zag ik een Opel Vivaro. [3] Ik, [verbalisant 1] , heb de bestuurder aangesproken. Ik zag het ging om:
[medeverdachte 2] , geboren: [1957] . [4]
Een proces-verbaal van bevindingen van 18 augustus 2022, voor zover inhoudende als bevindingen van verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 4] , zakelijk weergegeven:
Wij, verbalisanten, [verbalisant 4] en [verbalisant 2] , waren belast met het doorzoeken van het voertuig Opel Vivaro. [5] Wij zagen dat er meerdere zakken lagen. Wij zagen dat er in deze zakken voor ons ambtshalve bekende henneptoppen zaten. [6]
Een proces-verbaal van bevindingen van 18 augustus 2022, voor zover inhoudende als bevindingen van verbalisanten [verbalisant 5] en [verbalisant 4] , zakelijk weergegeven:
Op enig moment heeft collega [verbalisant 1] waargenomen dat de Ford wegreed uit een hofje tussen de woningen [adres] en [adres] en dat daarna de zwarte bus met een man tevens dit
hofje weg zijn gereden. Dit hofje komt uit bij onder andere het pand [adres] . [7] Wij verbalisanten, [verbalisant 5] en [verbalisant 4] , hebben het voertuig in zicht gekregen [woonplaats] . [8]
Wij verbalisanten bleven achter genoemde Ford aanrijden. Tijdens het volgteken zag ik, [verbalisant 5] , in de achteruitkijkspiegels van ons dienstvoertuig dat [medeverdachte 1] druk bezig was. Ik zag hem diverse handelingen verrichten in het voertuig vanaf de bestuurdersstoel. [9]
Wij verbalisanten [verbalisant 5] en [verbalisant 4] stapten vervolgens ons dienstvoertuig uit en liepen naar [medeverdachte 1] . Ik zag vervolgens dat de middenconsole van de auto direct in het zicht een mobiele telefoon lag welke aan stond en dat er twee Signal berichten in het scherm stonden. Ik zag enkel dat deze verstuurd waren te 18 augustus te 09:42 uur met daarbij de tekst of contactpersoon [contactpersoon 1] . [10]
Hierop heb ik het voertuig doorzocht. Daarbij trof ik de volgende relevante zaken aan:
  • 1x sleutelbos (met grote lange sleutel en kleine sleutel);
  • 1x sleutelbos met diverse sleutels en witte afstandsbediening;
[adres]
In het pand werd een brandkluis aangetroffen welke afgesloten was. Deze is geopend middels de lange sleutel welke aan de sleutelbos zat. [12] Het pand werd geopend door de collega's met de inbeslagname sleutelbos met daaraan een witte afstandsbediening. [13]
Een proces-verbaal van bevindingen van 18 augustus 2022, voor zover inhoudende als bevindingen van verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 7] , zakelijk weergegeven:
Op 18 augustus 2022 zijn wij het pand op de [adres] te [woonplaats] binnengetreden. Wij stonden voor de voordeur en wij zagen dat de deur opengedaan werd door [verdachte] . Er lagen in het zicht meerdere zakken met henneptoppen. [14]
Aangetroffen:
- verpakkingsmateriaal voor joints; [15]
- verpakkingsmachine voor joints; [16]
- weegschaal; [17]
- meerdere sealbags; [18]
- een vacumeermachine. [19]
Een proces-verbaal van bevindingen van 19 augustus 2022, voor zover inhoudende als bevindingen van verbalisant [verbalisant 5] , zakelijk weergegeven:
Ik kan met zekerheid zeggen dat alle in beslag genomen goederen verdovende middelen bevatten zijnde hennep of hasj strafbaar gesteld in de Opiumwet en vallende onder lijst 2 van de Opiumwet.
  • 4151 gram gedroogde hennep komende uit pand aan de [adres] ;
  • 3750 gram gedroogde hennep komende uit pand aan de [adres] ;
  • 4740 gram gedroogde hennep komende uit pand aan de [adres] ;
  • 707 gram geperste hasj komende uit pand aan de [adres] ;
  • 40 gram gedroogde hennep komende uit pand aan de [adres] ;
  • 533 gram gedroogde hennep komende uit pand aan de [adres] ;
  • 16228 gram hasj komende uit pand aan de [adres] ;
  • 9174 gram gedroogde hennep komende uit pand aan de [adres] ;
  • 9420 gram gedroogde hennep komende uit de verborgen ruimte van voertuig [kenteken] ;
  • 20000 gram gedroogde hennep komende uit de verborgen ruimte van voertuig [kenteken] ;
  • 15 gram gedroogde hennep komende uit pand aan de [adres] ;
  • 1007 gram gedroogde hennep komende uit pand aan de [adres] ;
  • 553 gram gedroogde hennep komende uit pand aan de [adres] ;
Een proces-verbaal van bevindingen van 20 oktober 2022, voor zover inhoudende als bevindingen van verbalisant [verbalisant 5] , zakelijk weergegeven:
960 gram hennep. [22]
Een proces-verbaal van bevindingen van 25 augustus 2022, voor zover inhoudende als bevindingen van verbalisant [verbalisant 8] , zakelijk weergegeven:
Ik onderzocht de telefoon van verdachte [verdachte] en heb het volgende bevonden:
[telefoonnummer]
Dinsdag 9 augustus:
Heb al 50 zakjes klaar van 56? Dan laat ik sj ze nu ophalen
Moet ik effe tellen
Doe er ff 50 in een zak laat ik sj ophalen
heb er nu 39
Oke als je er 50 in een zak wil doen haald sj die zo op
ok
Heb 50 zak staat klaar
Oke
Hij komt eraan dus je ziet hem wel op tv [23]
Donderdag 18 augustus:
Ga maar vast voor tv we zijn er zo
ok
Wil je die 2 getallen van 54 onderaan papier even na mij sturen
5931 en 24890
Danku
Poltie [24]
Een proces-verbaal van bevindingen van 25 augustus 2022, voor zover inhoudende als bevindingen van verbalisant [verbalisant 8] , zakelijk weergegeven:
Ik onderzocht de in beslag genomen telefoon van verdachte [medeverdachte 1] .
Ik zag bij contact het volgende:
Telefoonnummer: [telefoonnummer]
Op 15/08 [contactpersoon 1] [25]
Op de telefoon van [verdachte] is te zien dat hij contact heeft gehad via Signal met [telefoonnummer] . Dit blijkt het telefoonnummer te zijn van de telefoon van [medeverdachte 1] . [26]
Verbalisanten zagen bij de aanhouding van [medeverdachte 2] het volgende bericht staan
van [contactpersoon 1] nummer [telefoonnummer] in de Iphone telefoon van [medeverdachte 2] : " Maat [contactpersoon 3] word aangehouden en waar ben jij." [27]
Een proces-verbaal van bevindingen van 20 augustus 2022, voor zover inhoudende als bevindingen van verbalisant [verbalisant 8] , zakelijk weergegeven:
Ik onderzocht de in beslag genomen telefoon van verdachte [medeverdachte 2] . [28]
iPhone [29]
Ik zag op de applicatie van Signal het volgende:
Ik zag dat er twee contactpersonen op stonden: [contactpersoon 2] en [contactpersoon 1] .
Op donderdag 18 augustus om 09.40 bericht van [contactpersoon 2] , nummer [telefoonnummer] met de
letterlijke tekst:
Kom maar
Kom maar
Ik moet politie volgen.
Het tweede contact is [contactpersoon 1] nummer [telefoonnummer] . [30]
Een proces-verbaal van bevindingen van 20 augustus 2022, voor zover inhoudende als bevindingen van verbalisant [verbalisant 8] , zakelijk weergegeven:
Ik onderzocht de in beslag genomen Nokia telefoon van verdachte, [medeverdachte 2] . [31]
Ik zag dat er contacten stonden waaronder [contactpersoon 3] met nummer [telefoonnummer] .
Verbalisanten zagen bij de aanhouding van [medeverdachte 2] het volgende bericht staan
van [contactpersoon 1] nummer [telefoonnummer] in de Iphone telefoon van [medeverdachte 2] :
"Maat [contactpersoon 3] word aangehouden en waar ben jij."
Dit betreft het tweede contact in de Iphone telefoon van [medeverdachte 2] genaamd [contactpersoon 1]
nummer [telefoonnummer] . [32]
Een proces-verbaal van verhoor medeverdachte [medeverdachte 1] van 11 oktober 2022, voor zover inhoudende als bevindingen van verbalisant [verbalisant 9] en [verbalisant 8] , zakelijk weergegeven:
V: Je zei eerder dat je een auto volgde. Wie zat daar in?
A: Ja een medeverdachte. [33]
V: Waarom volgde jij deze bus dan?
A: Omdat het spul naar een stash plek moest. [34]
V: Van wie had je die opdracht gekregen om die bus te volgen?
A: Van hogerhand. [35]
O: Jij bent met jouw voertuig gezien bij het adres de [adres] te [woonplaats] .
V: Wat deed je daar?
A: Ik weet dat het een opslag is en dat er joints werden gedraaid. [36]

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers, betreft dit, tenzij anders vermeld, pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte gemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn, tenzij anders vermeld, als bijlagen opgenomen bij de in de wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal van 4 november 2022 (pagina 1 tot en met 237), genummerd PL0900-2022240965, opgemaakt door de politie-eenheid Midden-Nederland dan wel Landelijke Eenheid. Tenzij anders vermeld, zijn deze processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Pagina 17.
3.Pagina 17.
4.Pagina 18.
5.Pagina 36.
6.Pagina 36.
7.Pagina 23.
8.Pagina 23.
9.Pagina 24.
10.Pagina 24.
11.Pagina 25.
12.Pagina 26.
13.Pagina 26.
14.Pagina 37.
15.Pagina 38.
16.Pagina 76.
17.Pagina 54.
18.Pagina 38.
19.Pagina 37.
20.Pagina 141.
21.Pagina 142.
22.Pagina 177.
23.Pagina 157.
24.Pagina 158.
25.Pagina 160.
26.Pagina 160.
27.Pagina 160.
28.Pagina 146.
29.Pagina 146.
30.Pagina 146.
31.Pagina 150.
32.Pagina 150.
33.Pagina 171.
34.Pagina 171.
35.Pagina 171.
36.Pagina 173.