Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.[gedaagde sub 1] ,
2.[gedaagde sub 2] ,
1.De procedure
2.De feiten
“(…) Middels dit schrijven betuigen wij u allereerst onze oprechte deelneming met het overlijden van uw ouders, de heer en mevrouw [.] .
3.Wat vordert [eiseres] en wat vindt [achternaam] daarvan?
[gedaagden] in de proceskosten.
[eiseres] heeft hiervoor een tweetal facturen gestuurd van in totaal € 2.924,47. De ouders van [gedaagden] hebben de facturen niet betaald. Daarmee zijn zij tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst. Na het overlijden van de ouders van [gedaagden] heeft [eiseres] de facturen aan [gedaagden] gestuurd, omdat zij als erfgenamen hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schulden van hun ouders. Ook [gedaagden] hebben de facturen niet betaald.
4.Wat oordeelt de kantonrechter?
[gedaagden] aan hen moet betalen. Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van [gedaagden] begroot op nihil.