4.3Het oordeel van de rechtbank
Vrijspraak bezit kinderporno (feit 2)
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte feit 2 heeft begaan en zal verdachte hiervan vrijspreken. De rechtbank licht dat als volgt toe.
Uit het proces-verbaal van bevindingen kinderporno-onderzoek volgt dat op de telefoon van verdachte twee kinderpornografische bestanden (één video en één afbeelding) zijn aangetroffen, die beiden twee keer voorkwamen. De bestanden zijn aangetroffen in de mediamap van Whatsapp op de telefoon van verdachte, en van beide bestanden bestaat een kopie (‘visual copy’). Beiden bestanden zijn afkomstig uit een Whatsappgroep met 59 deelnemers waar volgens het proces-verbaal meer dan 4.500 bestanden zijn verzonden en 60.000 berichten zijn verstuurd sinds 2017. Verder volgt uit het proces-verbaal dat zodra een bestand wordt ontvangen of verzonden, dit bestand automatisch terecht komt in de mediamap, tenzij de gebruiker van Whatsapp die functie uitschakelt.
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij lang niet alle berichten in de groepsapp leest, dat hij niet wist dat de kinderpornografische bestanden in de groepsapp waren geplaatst, en dat hij niet wist dat de bestanden op zijn telefoon stonden. Verder was verdachte naar eigen zeggen er niet van op de hoogte dat verstuurde en ontvangen bestanden automatisch werden opgeslagen in de mediamap van Whatsapp.
De vraag waarvoor de rechtbank zich in de onderhavige zaak ziet gesteld, is in hoeverre verdachte bij het in bezit hebben van de kinderpornografische afbeeldingen opzettelijk heeft gehandeld, omdat voor een veroordeling is vereist dat verdachte de kinderporno opzettelijk in zijn bezit moet hebben gehad. Dat betekent in dit kader dat bewezen moet worden dat verdachte wist dat de kinderpornografische bestanden op zijn telefoon stonden (opzet) of dat hij bewust de aanmerkelijke kans heeft aanvaard dat die bestanden op zijn telefoon terecht zijn gekomen (voorwaardelijk opzet).
Op basis van het procesdossier kan niet worden vastgesteld dat verdachte wist dat de bestanden in de groepsapp waren gedeeld of dat hij de bestanden zelf heeft verzonden, opgeslagen of geopend (opzet). Verder kan ook niet worden vastgesteld dat verdachte op andere wijze een aanmerkelijke kans op het bezit van kinderporno bewust heeft aanvaard. Gelet op de hoeveelheid berichten en bestanden die in de groepsapp is verstuurd en de instelling van Whatsapp dat bestanden automatisch worden opgeslagen acht de rechtbank het door verdachte geschetste scenario, namelijk dat de bestanden ongemerkt op zijn telefoon zijn gekomen, aannemelijk. Daarom zal de rechtbank verdachte vrijspreken van het bezit van de kinderpornografische bestanden (feit 2). Dit betekent voorts dat de rechtbank geen beslissing hoeft te nemen op de door de verdediging neergelegde voorwaardelijke verzoeken.
De verklaring van verdachte ter terechtzitting, voor zover hier van belang, inhoudende en zakelijk weergegeven:
In september 2020 was ik hulptrainer van het voetbalteam onder de 19 jaar bij de voetbalclub [voetbalclub] . Daarnaast was ik ook masseur en vervulde ik verschillende andere functies binnen de club. Ik heb snapchatberichten naar aangever [slachtoffer] gestuurd, ik heb gevraagd of ik hem mocht aftrekken en ik heb gevraagd of hij naaktfoto’s naar mij wilde sturen. Ik heb hem hier geld voor geboden.
De aangifte van [slachtoffer] van 25 november 2023, voor zover hier van belang, inhoudende:
“Aangever
Achternaam: [slachtoffer]
Voornamen: [slachtoffer]
Geboren: [2003]
[…]
Postcode plaats: [woonplaats] ”
“In september 2020, op een woensdagavond, na een wedstrijd, toen had ik massage. Rond 22.30 uur kwam ik thuis. Hij begon mij via Snapchat te benaderen.”
“Hij zei: Twee foto's van jou in boxer, dan krijg je geld (…).”
“Toen zei hij, drie foto's, twee naakt en één in boxer, dan krijg je er 130 euro voor.”
“De volgende middag vroeg ik of [voetbalclub] open was omdat ik met vrienden wilde voetballen. Hij begon toen: Je kan toch even snel die foto's te sturen en langs te komen voor het geld. Ik vroeg nogmaals of [voetbalclub] open was. Hij gaf geen antwoord maar zei dat ik weer een massage kon krijgen en dat hij zelf de foto's wel zou maken.”
" V: Je doet aangifte tegen [verdachte] . Wat zijn jij en [verdachte] van elkaar?
A: Hij was mijn hulptrainer.
V: Hoe en wanneer heb je [verdachte] leren kennen?
A: Ik heb hem afgelopen zomer leren kennen. Hij was al langer bij [voetbalclub] . Hij was trainer en organiseerde evenementen, hij deed van alles.”
“V: Hoe heet het team waar je in speelt?
A: Onder de 19-1.
V: Hoe oud zijn de jongens in jouw team?
A: van 15 tot 19 jaar“
“V: Er staat: Wann voor t laatst gewankt. Jij antwoord: vorige week. Wat bedoeld [verdachte] met gewankt? A: Aftrekken.”
“V: Je krijgt een handje en een knipoogje. Wat denk jij wat [verdachte] hiermee aan je vraagt? A: Of hij mij mag aftrekken.”
“V: Hij stuurt een euroteken. Wat vraagt hij hiermee? A: Aftrekken voor geld.”
De foto’s van de telefoon van [slachtoffer] met daarop steeds een deel van het snapchatgesprek tussen [slachtoffer] en verdachte, voor zover hier van belang, inhoudende:
“ [verdachte][de rechtbank begrijpt: verdachte]
: Ging je nog geld verdienen?IK[de rechtbank begrijpt: [slachtoffer] ]
: Uhm met werk wel ja[verdachte] : Ohw hahah. Verder niet? Paar foto’s. Wel leuk verdienen.”
“ [verdachte] : Ok. Zeker? 140 voor 3 picca’s. Geen filmpje.IK: Wat voor picca’s[verdachte] : Haha. Nude.IK: Nu snap k het niet meer[verdachte] : 140. 3 pics nude.IK: Nude?[verdachte] : Ja. Zonder kleding. 2 vd 3 dan. 1 alleen in boxer.
“ [verdachte] : Wann voor t laatst gewankt?IK: Vorige week[verdachte] : Oh? Dan wordt t wel weer tijd?IK: K ben niet verslaafd hoor[verdachte] : Dat zeg ik ook niet. HahahIK: Nou[verdachte] : Haha. Kan t ook wel doen voor je?IK: Wat[verdachte] :[de rechtbank begrijpt emoticon van gebalde vuist] [de rechtbank begrijpt emotican van drie druppels] [de rechtbank begrijpt knipoog-emoticon].
Goed idee? Voor €IK: Nee”
Feit 1: bewijsoverwegingen
De rechtbank acht op grond van het hiervoor genoemde bewijsmiddelen in onderling verband en samenhang bezien feit 1 wettig en overtuigend bewezen. De rechtbank zal hieronder toelichten hoe zij tot deze beslissing komt.
Vast staat dat verdachte aan [slachtoffer] meerdere snapchatberichten heeft gestuurd waarin verdachte [slachtoffer] vraagt om naaktfoto’s en voorstelt om [slachtoffer] af te trekken. Verdachte bood [slachtoffer] hier geld voor. Hij stelt daarnaast ook voor om zelf foto’s te maken.
Naar het oordeel van de rechtbank heeft verdachte hiermee geprobeerd [slachtoffer] te bewegen tot het plegen van ontuchtige handelingen of zulke handelingen te dulden. Anders dan de verdediging heeft betoogd, moet het sturen van een naaktfoto door een 16-jarige jongen naar een 34-jarige man – gelet op het leeftijdsverschil – in de regel worden aangemerkt als een handeling van seksuele aard die in strijd is met de sociaal-ethische norm. Daar komt in dit geval nog bij de omstandigheid dat verdachte in de berichten heeft gesuggereerd dat verdachte ook zelf de naaktfoto’s van aangever kon maken en aan [slachtoffer] heeft gevraagd of hij hem af mocht trekken. Dit alles maakt dat er wel degelijk sprake is dat verdachte [slachtoffer] heeft proberen te bewegen tot het plegen van ontuchtige handelingen of die handelingen te dulden.
Verdachte heeft hierbij ook misbruik gemaakt van zijn uit de feitelijke verhoudingen voortvloeiende overwicht. Op grond van vaste jurisprudentie wordt onder dit misbruik mede begrepen een aanzienlijk leeftijdsverschil en verschil in positie. Daar was in dit geval allebei sprake van. Verdachte was in september 2020 34 jaar oud en bekleedde diverse functies (onder andere hulptrainer en masseur) bij voetbalclub [voetbalclub] . [slachtoffer] was op in september 2020 pas 16 jaar oud en speelde bij het team waar verdachte hulptrainer en masseur was.
Niet kan worden vastgesteld dat verdachte wist dat [slachtoffer] de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt. De rechtbank is echter wel van oordeel dat verdachte dit – gezien alle feiten en omstandigheden – redelijkerwijs had moeten vermoeden. Verdachte was immers hulptrainer van het jeugdteam van [slachtoffer] , waarin spelers speelden van 15 tot 19 jaar. Hij was derhalve nauw betrokken bij dit jeugdteam en wist daardoor ook dat in dit team minderjarige jongens konden spelen. Door zich niet actief te vergewissen van de daadwerkelijke leeftijd van [slachtoffer] , heeft verdachte bewust de aanmerkelijke kans aanvaard dat hij te maken had met iemand die jonger was dan 18 jaar.