In deze zaak heeft eiser beroep ingesteld tegen de Belastingdienst/Toeslagen, omdat verweerder niet tijdig heeft beslist op zijn aanvraag van 16 februari 2021 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. Eiser heeft verweerder op 2 april 2022 in gebreke gesteld, waarna hij op 14 januari 2023 beroep heeft ingesteld. De rechtbank heeft geoordeeld dat de beslistermijn is overschreden en dat het beroep kennelijk gegrond is. Verweerder is opgedragen om alsnog binnen een termijn van twaalf weken na het verweerschrift een besluit te nemen, met een uiterste datum van 2 mei 2023. Indien verweerder deze termijn overschrijdt, moet hij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank heeft ook bepaald dat eiser recht heeft op vergoeding van proceskosten en het betaalde griffierecht. De uitspraak is gedaan door mr. A.A.M. Elzakkers op 7 maart 2023.