4.2Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
Het feit is door verdachte begaan. Verdachte heeft de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten bekend en er is geen vrijspraak bepleit. De rechtbank volstaat onder deze omstandigheden met een opsomming van de volgende bewijsmiddelen:
- de bekennende verklaring van de verdachte in het proces-verbaal van verhoor verdachte van 5 april 2022;
- een proces-verbaal van aangifte door [aangever 1] namens [bedrijf 4] B.V. van 1 februari 2022;
- een proces-verbaal van aangifte door [aangever 2] namens [bedrijf 5] B.V. van 8 februari 2022;
- een proces-verbaal van aangifte door [aangever 3] namens [bedrijf 1] van 28 februari 2022;
- een proces-verbaal van aangifte door [aangever 4] namens [bedrijf 6] van 8 maart 2022;
- een proces-verbaal van aangifte door [aangever 5] namens [bedrijf 7] B.V. van 10 maart 2022;
- een proces-verbaal van bevindingen van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] van 24 maart 2022;
- een proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 3] van 26 april 2022.
De hiervoor weergegeven bewijsmiddelen worden steeds gebruikt tot het bewijs van het feit of de feiten waarop zij blijkens hun inhoud uitdrukkelijk betrekking hebben. Sommige onderdelen van de bewijsmiddelen hebben niet betrekking op alle feiten, maar op één of meerdere feiten.
- de bekennende verklaring van verdachte in het proces-verbaal van verhoor verdachte van 4 april 2022;
- de bekennende verklaring van verdachte in het proces-verbaal van verhoor verdachte van 5 april 2022;
- proces-verbaal van bevindingen van verbalisant [verbalisant 3] van 31 maart 2022;
- een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige] van 4 april 2022.