4.3Het oordeel van de rechtbank
1. [slachtoffer] heeft op 21 oktober 2022 bij de politie aangifte gedaan en heeft, zoals blijkt uit het daarvan opgemaakte
proces-verbaal van aangifte met bijlagen– zakelijk weergegeven – het volgende verklaard:
Hierbij doe ik aangifte van een woningoverval aan [adres] te [woonplaats] .
Ik was vanavond thuis en zat op de bank in mijn woonkamer. Ik was samen met een goede vriend van mij. Hij heet [getuige] . Rond 21:10 uur hoorde ik dat de deurbel van de voordeur twee keer ging. Ik ben vervolgens opgestaan en ben naar de voordeur gelopen. Ik keek door het kijkgat van de deur heen, maar ik kon niets zien. Kennelijk hield iemand zijn hand voor het kijkgaatje want alles was donker. Ik heb de deur verder niet opengemaakt en ik ben teruggelopen de woonkamer in en ben op de bank gaan zitten.
Terwijl ik weer op de bank zat hoorde ik kort hierna gerommel in mijn keuken. Ik dacht in eerste instantie dat dit de buurman was omdat deze daar ook weleens wat rommelt. Maar kort hierna zag ik via het raampje van mijn slaapkamer deur licht komen. Dit is voor mij een teken dat de voordeur wordt opengedaan en dat het licht van buiten naar binnen schijnt. Nog geen twee seconden hierna stonden er vier jongens bij mij in de woonkamer. Ik herkende alle vier deze jongens. Het zijn namelijk oude vrienden van mij. Ik heb namelijk hiervoor in [woonplaats] gewoond en zij komen hier ook alle vier vandaan.
V: Die jongens kwamen je kamer binnen, wie waren dit?
A: [verdachte] , [medeverdachte 1] , [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] maar daar weet ik de achternaam niet van.
V: Wat deden/zeiden ze?
A: [verdachte] zei vervolgens tegen mij dat het voorbij was
V: Wat gebeurde er vervolgens?
A: [verdachte] pakte vervolgens het tafeltje op wat voor de bank stond. Hij sloeg mij hiermee op mijn schenen.
V: Zei [verdachte] hier nog wat bij?
A: Hij was boos en hij liep te schelden. Hij zei iets van kankermoeder, je gaat niet meer met me fucken en als je nog iets met me doet dan maak ik gatenkaas van je.
V: Nadat [verdachte] jou had geslagen met het tafeltje wat gebeurde er toen?
A: Ik hoorde hem zeggen tegen de andere jongens dat zij op mij moesten letten. Hij pakte toen de controller van mijn X-box die naast mij op de bank lag en toen liep hij naar het tv kastje en haalde daar ook mijn X-box uit.
V: Het is ook jouw X-box?
A: Ja.
V: Wat deden die jongens daarna?
A: Toen zijn ze weggegaan.
2. Verbalisant [verbalisant 1] heeft in een
proces-verbaal van bevindingen met fotobijlagevan 22 oktober 2022 – zakelijk weergegeven – het volgende gerelateerd:
Tegenover de beeldschermen tegen de rechtermuur zag ik een bank staan en in het midden lag een witte salontafel waarvan twee poten mistte en een gat in het bovenblad zat.
3. [getuige] heeft volgens
het proces-verbaal van verhoor getuigevan 21 oktober 2022 – zakelijk weergegeven – het volgende verklaard:
V: Waar was je vanavond?
A: Bij [slachtoffer] . Volgens mij heet het gebouw Het [adres] .
V: Hoe zat het toen jullie op de bank zaten TV te kijken?
A: Ik hoorde eerst gebel. [slachtoffer] ging toen kijken maar kwam terug en ging weer op de bank zitten. Daarna hoorde ik alsof er een bord aangetikt werd. Ik zag vlak daarna door het raam van de deur van de woonkamer dat de voordeur open ging. Ik zag net een hoek van de deur die naar binnen open ging. Toen ging de voordeur weer dicht en verdween het licht en werd het donker.
De woonkamerdeur werd open gedaan en ik zag dat er 4 jongens binnen kwamen lopen. [verdachte] begon te schreeuwen. Daarna duwde hij [slachtoffer] de bank op zodat hij niet op kon staan.
V: Wie waren de andere 3 jongens?
A: [medeverdachte 1] en zijn achternaam is iets van [medeverdachte 1] . Jessie maar zijn achternaam weet ik niet. [medeverdachte 2] en zijn achternaam weet ik niet.
V: [verdachte] kwam dus binnen en duwde [slachtoffer] weer de bank op en toen? Die tafel hoe ging dat?
A: Het was een wit tafeltje van een meter bij een meter. Alles werd eraf geschoven en deze werd naar [slachtoffer] gegooid. Nu zijn er ook 2 poten af en een deuk in het blad te grote van een vuist.
V: Wie gooide die tafel?
A: [verdachte] .
V: Wat deden die andere drie jongens?
A: Die stonden gewoon in de woonkamer.
V: Wat gebeurd er verder?
A: Ik zag dat [verdachte] een blauwe AH tas van de grond pakte. Ik zag dat [verdachte] een Xbox van het Tv-meubel pakte en in die AH tas deed. Zij liepen toen weg.
4. [verbalisant 2] heeft volgens
het proces-verbaal van verhoor verdachtevan 1 november 2022 – zakelijk weergegeven – het volgende verklaard:
V: Jij wordt met naam genoemd door een getuige dat je aanwezig was op [adres] te [woonplaats] die bewuste avond. Wat kan je daarover verklaren?
A: Dat ik binnen ben geweest. Ik ben naar binnen geklommen via het raam naast de deur. Die stond open.
V: zijn jullie alle vier door het raam geklommen?
A: nee, ik heb de deur geopend vanuit binnen. Daarna zijn we alle vier binnen geweest.
5. Verdachte heeft
ter terechtzittingvan 24 februari 2023 verklaard:
Het klopt dat ik op 21 oktober 2022 met [medeverdachte 3] , [medeverdachte 3] en [medeverdachte 1] naar de woning van aangever [slachtoffer] ben gegaan. In de auto hadden wij besproken dat aangever mij geld schuldig was en dat wij anders zelf voor borg zouden zorgen. Wij gingen vervolgens met zijn vieren naar boven. Wij hadden eerst aangebeld, maar er werd niet opengedaan. Een van ons is via het raam naar binnen gegaan en heeft de deur voor ons geopend. Zo zijn wij binnengekomen. Wij zijn vervolgens naar de woonkamer gegaan. Ik heb op dat moment mijn stem verheven en ben niet netjes geweest. Ik werd boos en heb uit frustratie tegen de tafel aan getrapt. Ik heb de Xbox en de Xbox-controller als borg meegenomen. Er lag een plastic tas in de woning. Ik heb het daarin gedaan. De dag erna hebben wij vervolgens de Xbox in de bosjes bij de steiger neergelegd.
Bewijsoverweging
Diefstal
Door de verdediging is vrijspraak bepleit, omdat verdachte nog geld tegoed zou hebben van aangever. Volgens verdachte heeft hij bij wijze van borg de Xbox en Xbox-controller meegenomen en is aangever daarmee akkoord gegaan. Dat laatste blijkt echter niet uit de verklaring van aangever en evenmin uit de verklaring van de getuige [getuige] . De rechtbank acht daarom bewezen dat verdachte de betreffende goederen zonder toestemming van de eigenaar uit de woning heeft weggenomen.
Gebruik van geweld
De raadsman heeft bepleit dat niet bewezen kan worden verklaard dat sprake is geweest van geweld. De rechtbank verwerpt dit verweer en overweegt het volgende. Gelet op de aangifte en de verklaring van de getuige [getuige] en de door de verbalisant in de woning aangetroffen kapotte tafel kan worden vastgesteld dat verdachte geweld heeft gebruikt. Aangever [slachtoffer] heeft verklaard dat verdachte met een tafel op zijn schenen heeft geslagen. Dat verdachte geweld heeft gebruikt met behulp van die tafel wordt bevestigd door de verklaring van [getuige] . [getuige] heeft namelijk verklaard dat verdachte een tafel naar aangever heeft gegooid en dat hierdoor twee poten van de tafel kapot zijn gegaan en er een deuk op het tafelblad is ontstaan. Dit volgt ook uit wat door de verbalisant is waargenomen. De rechtbank is gelet op het voorgaande van oordeel dat wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte met een tafel aangever heeft geslagen. De rechtbank acht echter niet bewezen dat verdachte aangever heeft geschopt of getrapt. Hierbij overweegt de rechtbank dat het letsel van aangever niet past bij de verklaringen van aangever en [getuige] met betrekking tot het schoppen of trappen van aangever. Verdachte zal daarom hiervan worden vrijgesproken.
Medeplegen
Uit voornoemde bewijsmiddelen blijkt dat verdachte de diefstal met geweld niet alleen, maar in ieder geval samen met een ander heeft gepleegd. Uit de verklaring van verdachte volgt dat hij tevoren met zijn metgezellen erover heeft gesproken dat aangever hem geld moest geven en zij anders zelf voor een ‘borg’ zouden zorgen. Toen aangever de deur niet vrijwillig opende, is medeverdachte [medeverdachte 4] via een raam de woning binnengedrongen en heeft vervolgens de deur voor verdachte geopend. In ieder geval tussen verdachte en [medeverdachte 4] is dus sprake geweest van een nauwe en bewuste samenwerking bij de uitvoering van het feit. De rechtbank overweegt dat voor hen – met deze wijze van binnentreden – ook duidelijk moet zijn geweest dat aangever kennelijk niet vrijwillig tot afgifte van geld (of een borg) zou overgaan. Zij hebben daardoor beiden minstgenomen bewust de aanmerkelijke kans aanvaard dat die goederen door middel van geweld van aangever zouden worden afgenomen. Bij zowel verdachte als de medeverdachte was dan ook het voorwaardelijk opzet op de diefstal met geweld aanwezig.
Conclusie
De rechtbank is van oordeel dat verdachte, op grond van bovengenoemde feiten en omstandigheden in onderling verband en samenhang bezien, zich samen met een ander schuldig heeft gemaakt aan diefstal met geweld op 21 oktober 2022. De rechtbank acht het ten laste gelegde feit dan ook wettig en overtuigend bewezen.