ECLI:NL:RBMNE:2022:994

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
18 maart 2022
Publicatiedatum
17 maart 2022
Zaaknummer
16/274328-20 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een jeugdige verdachte wegens oplichting, diefstal en computervredebreuk met een taakstraf en geldboete

Op 18 maart 2022 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een jeugdige verdachte, geboren in 2000, die zich schuldig had gemaakt aan oplichting, diefstal en computervredebreuk. De feiten vonden plaats tussen 23 oktober 2019 en 30 april 2020 in Almere, waar de verdachte samen met anderen drie rekeninghouders van de Rabobank en ABN AMRO bank heeft opgelicht door gebruik te maken van phishingtechnieken. De verdachte heeft de slachtoffers bewogen om hun inloggegevens te verstrekken door zich voor te doen als een legitieme aanbieder van goederen op platforms zoals Marktplaats en Facebook Marketplace. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte de feiten heeft bekend en dat er voldoende bewijs was om de tenlastelegging te ondersteunen.

De rechtbank heeft rekening gehouden met de jeugdige leeftijd van de verdachte, het relatief lage bedrag dat is buitgemaakt (€ 1.558,48) en de positieve ontwikkeling die de verdachte sindsdien heeft doorgemaakt. In plaats van een gevangenisstraf, die in principe geïndiceerd was, heeft de rechtbank een taakstraf van 160 uren opgelegd, waarvan 80 uren voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. Daarnaast is er een geldboete van € 1.558,48 opgelegd, die bij gebreke van betaling kan worden omgezet in 25 dagen hechtenis. De rechtbank heeft ook de inbeslaggenomen voorwerpen behandeld en bepaald dat sommige voorwerpen verbeurd worden verklaard, terwijl andere aan de verdachte worden teruggegeven.

De uitspraak benadrukt de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers, maar ook de mogelijkheid voor rehabilitatie van de verdachte, die blijk heeft gegeven van inzicht in zijn daden en sindsdien geen strafbare feiten meer heeft gepleegd.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Lelystad
Parketnummer: 16/274328-20 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 18 maart 2022
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [2000] te [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres] te [woonplaats] ,
hierna: verdachte.

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 4 maart 2022.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. R.E. Craenen en hetgeen verdachte en zijn raadsman mr. N. Velthorst, advocaat te Amsterdam, naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt erop neer dat verdachte:
feit 1
in de periode van 23 oktober 2019 tot en met 30 april 2020 in Almere met een ander(en) drie rekeninghouders van de Rabobank en/of ABN AMRO bank heeft opgelicht;
feit 2
in de periode van 23 oktober 2019 tot en met 30 april 2020 in Almere zich met een ander(en) schuldig heeft gemaakt aan computervredebreuk bij drie rekeninghouders van de Rabobank en/of ABN AMRO bank;
feit 3
in de periode van 23 oktober 2019 tot en met 30 april 2020 in Almere met een ander(en) geldbedragen van drie rekeninghouders van de Rabobank en/of ABN AMRO bank heeft gestolen, waarbij gebruik is gemaakt van een valse sleutel.

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het tenlastegelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht alle ten laste gelegde feiten wettig en overtuigend te bewijzen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich voor alle ten laste gelegde feiten gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen [1] voor de onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde feiten
De feiten zijn door verdachte begaan. Verdachte heeft de feiten bekend. De raadsman heeft geen vrijspraak voor deze feiten bepleit. De rechtbank volstaat onder deze omstandigheden met een opsomming van de volgende bewijsmiddelen:
  • de bekennende verklaring van verdachte zoals afgelegd ter terechtzitting van 4 maart 2022;
  • het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van aangifte met bijlage door [aangever 1] van 24 oktober 2019, opgemaakt door de politie Eenheid Midden-Nederland;
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van aangifte met bijlagen door [aangever 2] van 8 mei 2020, opgemaakt door de politie Eenheid Midden-Nederland; [3]
- het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van aangifte met bijlagen door [aangever 3] van 30 april 2020, opgemaakt door de politie Eenheid Midden-Nederland. [4]

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
feit 1
in de periode van 23 oktober 2019 tot en met 30 april 2020 te Almere tezamen en in vereniging met een ander of anderen telkens met het oogmerk om zich en (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen, door het aannemen van een valse naam, van een valse hoedanigheid, door een of meer listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, accounthouders van de Rabobank en de ABN AMRO Bank, te weten slachtoffers [aangever 1] , [aangever 2] en [aangever 3] , heeft bewogen tot het ter beschikking stellen van (inlog)gegevens (waaronder IBAN-nummer en/of gebruikersnaam en/of wachtwoord en/of telefoonnummer en/of geboortedatum en/of e-mailadres en/of autorisatiecode en/of pincode) van hun Rabobank en ABN AMRO Bank accounts, hebbende verdachte en zijn mededader(s) telkens met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven – valselijk, listiglijk, bedrieglijk en in strijd met de waarheid:
- kopieën van en/of nagemaakte websites van Tikkie, de Rabobank en de ABN AMRO Bank gehost op meerdere voor het afvangen van bovenvermelde gegevens (hierna: phishing) bedoelde servers en websites en vervolgens
- zich voorgedaan als de bonafide aanbieders en verkopers van goederen (te weten onder andere een Nintendo Switch, een Google Chromecast en een Apple TV 4k) op de internetsites www.marktplaats.nl en Facebook Market Place en vervolgens
- de indruk gewekt dat zij die aangeboden goederen in bezit hadden en vervolgens
- voornoemde slachtoffers voorgehouden/toegezegd dat zij deze aangeboden goederen zouden leveren/opsturen na ontvangst van de (aan)betaling en vervolgens
- voornoemde slachtoffers een of meer berichten gestuurd met een phishinglink, als waren die een legitiem betaalverzoek en vervolgens
- voornoemde slachtoffers door de inhoud van voornoemde berichten bewogen tot het klikken op een phishinglink en daardoor doorverwezen en geleid naar een of meerdere valse/namaak websites van Tikkie, de Rabobank en de ABN AMRO Bank en vervolgens
- voornoemde slachtoffers bewogen op die valse/namaak websites van Tikkie, de Rabobank en de ABN AMRO Bank hun (inlog)gegevens (te weten IBAN-nummer, gebruikersnaam, wachtwoord, telefoonnummer, geboortedatum, e-mailadres, autorisatiecode en/of pincode) in te vullen, waardoor bovengenoemde accounthouders werden bewogen tot bovenomschreven afgiften;
feit 2
in de periode van 23 oktober 2019 tot en met 30 april 2020 te Almere tezamen en in vereniging met een ander of anderen telkens opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van) geautomatiseerde werken, te weten computersystemen en servers van de Rabobank en de ABN AMRO Bank, zijn binnengedrongen met behulp van een valse sleutel en door het aannemen van een valse hoedanigheid, te weten door het telkens inloggen met onrechtmatig verkregen inlognamen, wachtwoorden en andere (inlog)gegevens van accounthouders van de Rabobank en de ABN AMRO Bank, te weten van slachtoffers [aangever 1] , [aangever 2] en [aangever 3] ;
feit 3
in de periode van 23 oktober 2019 tot en met 30 april 2020 te Almere tezamen en in vereniging met een ander of anderen telkens met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen geldbedragen, welke toebehoorden aan accounthouders van de Rabobank en de ABN AMRO Bank, te weten slachtoffers [aangever 1] (31,48 euro), [aangever 2] (327,00 euro) en [aangever 3] (1.200,00 euro), waarbij verdachte en zijn mededader(s) het weg te nemen geld onder hun bereik hebben gebracht door middel van valse sleutels, te weten met oplichting verkregen gebruikersnamen, wachtwoorden en inloggegevens voor het inloggen op internetbankieren, het autoriseren van een mobiel bankieren app en het autoriseren van een overboeking, in elk geval sleutels tot het gebruik waarvan verdachte en zijn mededader(s) niet gerechtigd waren.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
feit 1
medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd;
feiten 2 en 3
eendaadse samenloop van
medeplegen computervredebreuk, meermalen gepleegd
en
medeplegen van diefstal, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels, meermalen gepleegd.

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte ter zake van het door hem bewezen geachte te veroordelen tot een taakstraf van 160 uren, indien niet of niet naar behoren verricht te vervangen door 80 dagen hechtenis, waarvan een gedeelte van 80 uren voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren. De officier van justitie heeft verder bij repliek gevorderd om een geldboete ter hoogte van het gestolen bedrag van € 1.558,48 op te leggen, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 25 dagen hechtenis.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft de rechtbank verzocht om bij de strafoplegging rekening te houden met de persoonlijke omstandigheden van verdachte, namelijk dat verdachte een blanco strafblad heeft, een studie volgt en nog jong is. Verdachte beseft inmiddels goed dat alles valt of staat met de keuzes die hij in zijn leven maakt en hij heeft de afgelopen jaren grote stappen vooruit gemaakt. Daarnaast heeft de raadsman verzocht om rekening te houden met het feit dat er sprake is van eendaadse samenloop tussen de tenlastegelegde feiten en ook met het tijdsverloop in deze zaak. De raadsman heeft bepleit om bij een bewezenverklaring een hogere voorwaardelijke en een lagere onvoorwaardelijke taakstraf op te leggen. Een hoger voorwaardelijk deel zal als een steviger stok achter de deur dienen.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de aan verdachte op te leggen straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals van één en ander ter terechtzitting is gebleken. Daarbij heeft de rechtbank in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De aard en ernst van de feiten
Verdachte heeft een ernstige inbreuk gemaakt op de privacy van de slachtoffers door misbruik te maken van de onrechtmatig verkregen inloggegevens van hun bankrekeningen. Verdachte heeft hierbij samen met anderen de slachtoffers met een nepadvertentie zo ver gekregen om geld over te maken voor een product dat zij tweedehands dachten te kopen. Daarbij werd een betaallink gestuurd die de slachtoffers naar een phishing-site leidde. Verdachte kreeg hierdoor zicht op de inloggegeven van de slachtoffers en kon deze gebruiken om geldbedragen van hun (spaar)rekeningen over te schrijven en/of op te nemen. Het is enkel door het ingrijpen van de politie en de Rabobank en ABN AMRO Bank dat de geleden schade enigszins beperkt is gebleven. De banken hebben het weggenomen geld uit hun eigen middelen vergoed.
Niettemin hebben slachtoffers schrik en overlast ondervonden en is hun vertrouwen beschaamd. Ook is het vertrouwen van de slachtoffers in het betalingsverkeer en bankwezen aangetast. In deze tijd, waarin het online bestellen en betalen van goederen aan de orde van de dag is, is dit vertrouwen van groot economisch en maatschappelijk belang. Wanneer het vertrouwen in het betalingsverkeer en bankwezen bij consumenten in het algemeen niet meer aanwezig is, bestaat het risico van ernstige ontwrichting van het maatschappelijk en economisch verkeer. De slachtoffers weten overigens ook niet of en naar wie hun gegevens nog meer verspreid zijn en dat geeft nog steeds stress.
Verdachte heeft destijds geen enkel respect getoond voor het eigendom en de privacy van anderen en werd kennelijk alleen gedreven door eigen geldelijk gewin.
Persoonlijke omstandigheden
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit het Justitieel Documentatieregister van 31 januari 2022 betreffende verdachte, waaruit blijkt dat verdachte niet eerder is veroordeeld voor vergelijkbare strafbare feiten. Het gaat om een jonge verdachte, hij was 18 jaar oud ten tijde van de feiten. Opvallend is dat verdachte het bewezenverklaarde in detail heeft bekend en daarbij volledige openheid van zaken lijkt te hebben gegeven. Om schoon schip te maken heeft verdachte ter zitting zelfs meer bekend dan de aan hem ten laste gelegde feiten. Hij heeft inzicht gegeven in zijn denk- en handelwijze destijds, maar ook afstand genomen van de manier waarop hij toen in het leven stond. Verdachte heeft op overtuigende wijze verantwoordelijkheid voor zijn daden genomen, op een wijze die de rechtbank zelden meemaakt. Hij lijkt zijn leven sindsdien te hebben gebeterd. Verdachte heeft sinds zijn aanhouding twee jaar geleden geen strafbare feiten meer gepleegd, is begonnen met een nieuwe HBO-opleiding en werkt op dit moment bij de GGD. Verdachte heeft als jongvolwassene een misstap begaan en heeft naar het zich nu laat aanzien van zijn fouten geleerd.
De op te leggen straf
De rechtbank is van oordeel dat de ernst van de bewezenverklaarde feiten in beginsel een onvoorwaardelijke gevangenisstraf rechtvaardigt. De rechtbank houdt echter in sterke mate rekening met de jeugdige leeftijd van verdachte ten tijde van de feiten, het relatief geringe buitgemaakte bedrag en de ontwikkeling die verdachte sindsdien heeft doorgemaakt. De rechtbank zal de officier van Justitie dan ook volgen in zijn strafeis en daarmee een lichtere straf opleggen dan doorgaans bij dergelijke feiten gebeurt.
Alles afwegende acht de rechtbank een taakstraf van 160 uren, indien niet of niet naar behoren verricht te vervangen door 80 dagen hechtenis, waarvan 80 uren voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren en een geldboete ter hoogte van € 1.558,48, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 25 dagen hechtenis, passend en geboden.

9.BESLAG

9.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft verzocht om de inbeslaggenomen voorwerpen, genummerd als 1, 2 en 8 op de aan dit vonnis gehechte beslaglijst, aan verdachte te retourneren. Hij heeft verzocht tot verbeurdverklaring van de voorwerpen, genummerd als 3, 4, 6 en 7. Tot slot heeft hij verzocht het als 5 genummerde voorwerp terug te geven aan de uitgevende instantie.
9.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
9.3
Het oordeel van de rechtbank
Teruggave aan verdachte
De rechtbank zal teruggave gelasten aan verdachte van de als 1, 2 en 8 genummerde voorwerpen op de aan dit vonnis gehechte beslaglijst.
Verbeurdverklaring
De rechtbank zal de in beslag genomen voorwerpen, genoemd op de beslaglijst onder 3, 4, 6 en 7 verbeurd verklaren, omdat met behulp van deze voorwerpen de onder 1 tot en met 3 bewezen verklaarde feiten zijn begaan.
Teruggave aan rechthebbende
De rechtbank zal teruggave gelasten van het in beslag genomen voorwerp, genoemd op de beslaglijst onder 5 aan degene die redelijkerwijs als rechthebbende van dit voorwerp kan worden aangemerkt.

10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 23, 24c, 33, 33a, 47, 55, 57, 138ab, 311 en 326 van het Wetboek van Strafrecht, zoals de artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

11.BESLISSING

De rechtbank:
Bewezenverklaring
  • verklaart alle ten laste gelegde feiten bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
  • verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
  • verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
  • verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf en maatregel
  • veroordeelt verdachte tot een
  • beveelt dat voor het geval verdachte de taakstraf niet of niet naar behoren verricht de taakstraf wordt
  • bepaalt dat van de taakstraf een gedeelte van
  • stelt daarbij een
  • als algemene voorwaarde geldt dat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
  • veroordeelt verdachte tot een
Beslag
  • gelast de teruggave aan verdachte van de voorwerpen, genummerd als 1, 2 en 8 op de aan dit vonnis gehechte beslaglijst;
  • verklaart de voorwerpen, genummerd als 3, 4, 6 en 7 op de aan dit vonnis gehechte beslaglijst, verbeurd;
  • gelast de teruggave aan de rechthebbende van het voorwerp, genummerd als 5 op de aan dit vonnis gehechte beslaglijst.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.W.M. van Hoof, voorzitter, mrs. A.M. Loots en M. Weistra, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S.Z. Turan, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 18 maart 2022.
Mr. M. Weistra is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
feit 1
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 23 oktober 2019 tot en met 30 april 2020 te Almere, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen, door het aannemen van een valse naam en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, een of meer accounthouder(s) en/of rekeninghouder(s) van de Rabobank en/of de ABN-AMRO Bank, te weten slachtoffer [aangever 1] en/of slachtoffer [aangever 2] en/of slachtoffer [aangever 3] , heeft/hebben bewogen tot het ter beschikking stellen van (inlog)gegevens (waaronder IBAN-nummer en/of gebruikersnaam en/of wachtwoord en/of telefoonnummer en/of geboortedatum en/of e-mailadres en/of autorisatiecode en/of pincode) van zijn/haar/hun Rabobank en/of ABN-AMRO Bank account(s), althans gegevens, hebbende verdachte en/of zijn mededader(s) (telkens) met vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid:
- kopieën van en/of nagemaakte websites van Tikkie en/of de Rabobank en/of de ABN-AMRO Bank gehost op meerdere voor het afvangen van bovenvermelde gegevens (hierna: phishing) bedoelde servers en/of websites en/of (vervolgens)
- zich voorgedaan als de bonafide aanbieder(s) en/of verkoper(s) van één of meer goed(eren) (te weten onder andere een Nintendo Switch en/of een Google Chromecast en/of een Apple TV 4k) op de internetsite(s) www.marktplaats.nl en/of Facebook Market Place en/of (vervolgens)
- de indruk gewekt dat hij/zij die/dat aangeboden goed(eren) in bezit had(den) en/of (vervolgens)
- voornoemde slachtoffers voorgehouden/toegezegd dat hij/zij dat/deze aangeboden goed(eren) zou(den) leveren/opsturen na ontvangst van de (aan)betaling en/of (vervolgens)
- voornoemde slachtoffers, een of meer berichten gestuurd met een phishinglink, als ware een legitiem betaalverzoek en/of (vervolgens)
- voornoemde slachtoffers, door de inhoud van voornoemde berichten bewogen tot het klikken op een phishinglink en daardoor doorverwezen en/of geleid naar een of meerdere valse/namaak website(s) van Tikkie en/of de Rabobank en/of de ABN-AMRO Bank en/of (vervolgens)
- voornoemde slachtoffers bewogen op die/een valse/namaak website(s) van Tikkie en/of de Rabobank en/of de ABN-AMRO Bank zijn/haar/hun (inlog)gegevens (te weten IBAN-nummer en/of gebruikersnaam en/of wachtwoord en/of
telefoonnummer en/of geboortedatum en/of e-mailadres en/of autorisatiecode en/of pincode) in te vullen en/of achter te laten, waardoor bovengenoemde accounthouder(s) en/of ander(en) werd (en) bewogen tot bovenomschreven afgifte(n);
feit 2
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 23 oktober 2019 tot en met 30 april 2020 te Almere, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in een (gedeelte van) (een) geautomatiseerd(e) werk(en), te weten computersyste(e)m(en) en/of server(s) van de Rabobank en/of de ABN-AMRO Bank, is/zijn binnengedrongen door het doorbreken van een beveiliging en/of door een technische ingreep en/of met behulp van valse signalen of een valse sleutel en/of door het aannemen van een valse hoedanigheid te weten door het (telkens) inloggen met onrechtmatig verkregen inlognamen en/of wachtwoorden en/of andere (inlog)gegevens van accounthouders van de Rabobank en/of de ABN-AMRO Bank, te weten van: slachtoffer [aangever 1] en/of slachtoffer [aangever 2] en/of slachtoffer [aangever 3] ;
feit 3
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 23 oktober 2019 tot en met 30 april 2020 te Almere, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een of meer geldbedrag(en), welk(e) geldbedrag(en)( hieronder nevengenoemd), geheel of ten dele toebehoorde(n) aan accounthouder(s) en/of rekeninghouder(s) van de Rabobank en/of de ABN-AMRO Bank, te weten slachtoffer [aangever 1] (31,48 euro) en/of slachtoffer [aangever 2] (327,00 euro) en/of slachtoffer [aangever 3] (1.200,00 euro), althans een of meer accounthouder(s) en/of rekeninghouder(s) van de Rabobank en/of de ABN-AMRO Bank, althans een ander of anderen dan aan hem, verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij hij, verdachte en/of zijn mededader(s) het weg te nemen geld en/of goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van (een) valse sleutel(s), te weten met oplichting verkregen gebruikersna(a)m(en) en/of wachtwoord(en) en/of inlog(gegevens) voor het inloggen op internetbankieren en/of het autoriseren van een mobiel bankieren app en/of het autoriseren van een overboeking, in elk geval (een) sleutel(s) tot het gebruik waarvan hij, verdachte en/of zijn mededader(s) niet gerechtigd was/waren.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreffen dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlage opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 6 november 2020, genummerd MDRDD20009 (onderzoek 03Chase), opgemaakt door politie Midden-Nederland, genummerd 001 tot en met 326. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Pagina’s 190-193.
3.Pagina’s 197-206.
4.Pagina’s 207-217.