4.3Het oordeel van de rechtbank
Bewijsmiddelen
Het
proces-verbaal van aangifte, houdende de verklaring van aangever [aangever] , die mede aangifte deed namens [benadeelde 1] , [benadeelde 2] en [benadeelde 3] , onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Wij wonen met zes Poolse mensen in perceel [adres] te [woonplaats] . Dit betreft een
rijtjeswoning. Op 28 november 2019 om 08:00 uur hebben wij de woning verlaten. De woning was onbeschadigd en was afgesloten. Op die dag omstreeks 16:30 uur kwamen wij terug bij onze woning. Wij zagen dat het slot van de deur van de garage was verbroken. Hierbij was een deel van het kozijn afgebroken. Tevens zag ik, [aangever] , dat mijn personenauto, merk Mercedes, type CLK 320, gekentekend [kenteken] , niet meer voor onze woning stond geparkeerd. Ik zag ook dat mijn laptop was weggenomen. [benadeelde 2] mist een laptop, een computermuis, een cooler en een koptelefoon. [benadeelde 3] mist een laptop, een tablet en twee handtassen. In één van de tassen zat een portemonnee met een bankbiljet van 10,00 euro. [benadeelde 1] mist een portemonnee. In de portemonnee zaten twee bankpassen, één van PKO bank en één van de M Bank. De bankpas van de PKO bank geeft bij een betaling het nummer [rekeningnummer] weer. Tevens zat er 55,00 euro in de portemonnee. Ik, [aangever] , mis de autosleutel van mijn personenauto. Tevens mis ik het kentekenbewijs en een verzekeringspasje voor mijn auto. Ik heb de bankpassen geblokkeerd. Ik hoorde van de bank dat er hedenmiddag 68,51 euro was opgenomen. Dit is gebeurd bij meerdere winkels in Dronten, onder ander bij de Promomarkt en de Jumbo.
Blijkens een
proces-verbaal van verhoor getuigevan 4 december 2019 heeft [getuige] onder meer verklaard, zakelijk weergegeven:
Op 28 november 2019 omstreeks 10:00 uur was ik samen met mijn schoonvader in de winkel [winkel 1] (hierna: [winkel 1] ), gevestigd aan de [adres] te [vestigingsplaats] . Wij zagen dat er een Poolse man de winkel binnenkwam. De man zei tegen mijn schoonvader dat hij een ruit ging openbreken. De man kocht een koevoet. Wij vertrouwden het niet, waarop ik deze man ben gevolgd. Ik zag dat een tweede man zich bij deze man voegde. Ik zag dat de mannen vervolgens samen over [straat] liepen. Ik zag dat de beide mannen op de oprit van perceel [nummer] stonden.
Verbalisant [verbalisant 1] heeft volgens het daarvan opgemaakte
proces-verbaal van bevindingen(met bijlagen) onder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Ik heb de camerabeelden bekeken van donderdag 28 november 2019. Ik zag op de camerabeelden van de heer [A] aan de [adres] te [woonplaats] het volgende:
Foto 1: te 08:49:08 uur kwam er een man, verder genaamd NN1, vanaf links het
beeld in lopen. NN1 liep aan de rechter kant het beeld weer uit, in de richting van
perceel [nummer] .
Foto 2: ongeveer 5 meter achter deze man liep een andere man, verder genaamd NN2.
Foto 3: te 08:53:15 uur kwamen NN1 en NN2 vanuit de richting van perceel [adres] het beeld in lopen.
Ik zag op de beelden van [winkel 1] het volgende: De tijdswaarneming liep 1:30 uur voor op de ware tijd:
Foto 4, 5, 6 en 7: te 11:30:15 uur kwam NN1 [winkel 1] binnen en kocht daar een zwart breekijzer. Na betaling verliet hij met het breekijzer de winkel. Ik zag dat dit dezelfde persoon betrof als NN1.
Foto 8: te 10.23:45 uur kwam er een zilverkleurige Mercedes coupé in beeld. Deze reed achteruit in beeld vanuit de richting van perceel [adres] . Van dit voertuig was te zien dat er achterop [verbalisant 1] kentekenplaten zaten. Dit voertuig voldoet aan de omschrijving gegeven door aangever [aangever] , van de bij de inbraak weggenomen Mercedes-Benz met Pools kenteken: [kenteken] .
Foto 9: te 10:40:40 uur kwam NN2 vanaf links het beeld in lopen. NN2 liep aan de rechter kant het beeld weer uit. in de richting van perceel 70.
Foto 10: te 10:41:29 uur kwam NN2 vanuit de richting van perceel [adres] het beeld in lopen en liep aan de linkerkant het beeld weer uit.
Ik zag op de camerabeelden van de Jumbo aan de [adres] te [vestigingsplaats] het volgende:
Foto 11 en 12: te 11:11:01 uur kwamen NN1 en NN2 de Jumbo binnenlopen. NN1 kocht bij de servicebalie een pakje sigaretten van het merk Marlboro.
Foto 13: te 11:24:03 uur betaalde NN1 contactloos met een rode bankpas.
Foto 14: te 11:24:11 uur verlieten NN1 en NN2 de Jumbo supermarkt.
Verbalisant [verbalisant 1] heeft volgens het daarvan opgemaakte
proces-verbaal van bevindingenonder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Ik ontving van aangeefster [benadeelde 1] , bankafschriften van de pintransacties van de rekening eindigend op: [rekeningnummer] . Dit betrof een rode bankpas van de "Bank Polski". Deze transacties waren uitgevoerd nadat de bankpassen waren weggenomen.
Ik zag op de afschriften het volgende:
Op 28-11-2019 te 11:20:33 uur werd er bij Promo Supermarkt een bedrag van 3,38 euro van deze rekening afgeschreven.
Op 28-11-2019 te 11:20:58 uur werd er bij Promo Supermarkt, een bedrag van 16,00 euro van de rekening afgeschreven.
Op 28-11-2019 te 11:31:42 uur werd er bij [supermarkt] supermarkt, een bedrag van 11,50 euro van de rekening afgeschreven.
Op 28-11-2019 te 11:33:39 uur werd er bij [winkel 2] , een bedrag van 12,99 euro van de rekening afgeschreven.
Op 28-11-2019 te 11:42:40 uur werd er bij [supermarkt] supermarkt, een bedrag van 11,52 euro van de rekening afgeschreven.
Bij opmaak was niet bekend of deze tijdstippen de verwerkingstijd of de
transactietijd betroffen. Hierdoor kunnen deze afwijken van de tijdstippen op de camerabeelden.
In het
proces-verbaal van bevindingenvan verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3] is onder meer, gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Op dinsdag 17 december 2019 kwamen wij ter plaatse op de [straat] te [woonplaats] . Hier zou een als gestolen gesignaleerd voertuig staan. Dit zou een voertuig van het merk Mercedes, type CLK320 en met het Poolse kenteken [kenteken] betreffen. Wij reden op de [straat] ter hoogte van perceel [nummer] . Hier ligt een parkeerplaats tussen twee woonblokken. Op deze parkeerplaats zagen wij het genoemde voertuig staan.
Verbalisanten [verbalisant 4] en [verbalisant 5] hebben in een
proces-verbaal forensisch onderzoek vervoermiddel (Mercedes [kenteken] )onder meer, zakelijk weergegeven, het volgende gerelateerd:
Het betreft hier een grijze Mercedes CLK 320 voorzien van een Pools kenteken, [kenteken] . Wij hebben in dit voertuig op de deurgreep aan de binnenzijde van het portier aan de bestuurderszijde voorin een spoor veiliggesteld.
Biologische spoor
Spoornummer: PL1500-2019351022-106181
SIN: AANC7041NL
Spooromschrijving: epitheel
Datum/tijd veiligstellen: 19 december 2019 om 16:57 uur
Plaats veiligstellen: binnenzijde deurgreep portier voorin bestuurderszijde
Bijzonderheden: Mercedes CLK 320 (Pools) [kenteken]
Een door ‘The Maastricht Forensic Insitute’ opgestelde
deskundigenrapportage Forensisch DNA-onderzoekvan 31 januari 2020 onder meer inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op de deurgreep aan de binnenzijde van het portier aan de bestuurderszijde voorin met SIN-nummer AANC7041NL is een DNA-mengprofiel afkomstig van celmateriaal van minimaal twee donoren, van wie zeker één man. Er is een DNA-hoofdprofiel afgeleid van een man. De frequentie van het DNA-hoofdprofiel is kleiner dan één op één miljard. Het DNA-hoofdprofiel matcht met het DNA-profiel van [verdachte] .
Verbalisant [verbalisant 6] heeft in een
proces-verbaal forensisch onderzoek woning ( [adres] [woonplaats] )onder meer, zakelijk weergegeven, het volgende gerelateerd:
Ik kwam op vrijdag 29 november 2019 voor een forensisch onderzoek aan op de locatie [adres] te [woonplaats] . Ik zag aan de houten garagedeur, ter hoogte van het slot, sporen van braak. Ik zag buiten op de grond, net links van de voordeur van de woning, een schoffel zonder houten steel liggen. Ik zag dat de schoffel wat verbogen was. Omdat de schoffel mogelijk door de dader(s) is gebruikt bij het open wrikken van de houten garagedeur heb ik deze met een wattenstaafje bemonsterd op de mogelijke aanwezigheid van biologische sporen.
Biologische spoor
Spoornummer: PL0900-2019357010-151113
SIN: AAN05555NL
Spooromschrijving: epitheel
Plaats veiligstellen: door dader(s) achtergelaten schoffel (zonder steel)
Bijzonderheden: buiten voor de deur van de woning aangetroffen
Een
deskundigenrapport van het NFI:
“DNA-onderzoek naar aanleiding van een inbraak gepleegd in Nagele op 28 november 2019”van 2 januari 2020 inhoudende, zakelijk weergegeven:
DNA-onderzoek
Het in Tabel 1 vermelde sporenmateriaal is onderworpen aan een DNA-onderzoek.
Tabel 1 Resultaten, interpretatie en conclusie van het vergelijkend DNA-onderzoek.
SIN en omschrijving
Beschrijving DNA-profiel
Celmateriaal kan afkomstig zijn van
Matchkans
AANO5555NL#01
Epitheel
afgeleid DNA-hoofdprofiel van een man
[verdachte]
kleiner dan één op één miljard
Verbalisant [verbalisant 1] heeft volgens het daarvan opgemaakte
proces-verbaal van bevindingenonder meer het volgende gerelateerd, zakelijk weergegeven:
Ik ontving het rapport van het NFI van het bij de woninginbraak aan de [adres] te [woonplaats] van 28 november 2019 veilig gestelde DNA spoor. Dit veilig gestelde DNA-profiel kwam overeen met die van verdachte: [verdachte] , geboren op [1989] te Polen. Ik heb de camerabeelden van de Jumbo en van perceel [adres] te [woonplaats] vergeleken met de politiefoto van [verdachte] . Ik herken hierbij [verdachte] als de verdachte NN2.
De hiervoor weergegeven bewijsmiddelen worden steeds gebruikt tot het bewijs van het feit of de feiten, waarop zij blijkens hun inhoud uitdrukkelijk betrekking hebben. Sommige onderdelen van de bewijsmiddelen hebben niet betrekking op alle feiten, maar op één of meerdere feiten.
Bewijsoverwegingen
Op 28 november 2019 is tussen 8.00 en 16.00 uur ingebroken in de woning aan [adres] te [woonplaats] , waarbij onder meer een auto en bankpassen zijn weggenomen. In de teruggevonden auto en op een verbogen schoffel zonder steel die vlakbij de voordeur van de woning lag, wordt DNA aangetroffen dat te herleiden is naar verdachte. Naar aanleiding daarvan wordt de politiefoto van verdachte vergeleken met de verschillende camerabeelden en wordt verdachte herkend als NN2, die op 28 november 2019 omstreeks 9.00 uur samen met een onbekend gebleven andere persoon vanuit de richting van de woning loopt, om 10.40 uur wederom bij de woning wordt gezien en die een half uur later betalingen verricht met bankpassen die bij de inbraak zijn weggenomen.
De rechtbank stelt vast dat het bij de plaats van delict aangetroffen en tot de persoon van verdachte te herleiden DNA-spoor, noch het tot de verdachte te herleiden DNA-spoor in de weggenomen auto, alsmede de herkenning door de verbalisant, afzonderlijk een bewezenverklaring kunnen schragen. Echter, wanneer deze bewijsmiddelen in onderling verband en samenhang worden beschouwd, dragen deze ondubbelzinnig bij aan het bewijsoordeel dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft begaan. Het DNA-spoor op de schoffel brengt verdachte in verband met het op de plaats van delict gevonden voorwerp, terwijl het DNA-spoor in de auto verdachte in verband brengt met een (deel van) de buit. Uit de camerabeelden en herkenning van de verbalisant kan worden opgemaakt dat verdachte betalingen heeft verricht met een gestolen bankpas.
Ten aanzien van het ten laste gelegde medeplegen overweegt de rechtbank als volgt.
Gelet op het feit dat verdachte zich met een ander om ongeveer 09:00 uur rond de woning van aangevers begaf, verdachte zich na de aankoop van de koevoet door de ander in de doe-het-zelf-zaak rond 10:00 uur bij die ander voegde om weer naar de betreffende woning te lopen en dat verdachte samen met de ander ongeveer een uur later in de Jumbo heeft betaald met de gestolen pinpas, is naar het oordeel van de rechtbank sprake van een gezamenlijke uitvoering, zodat het ten laste gelegde medeplegen onder 1, 2 en 3 kan worden bewezen.