ECLI:NL:RBMNE:2022:768
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet-betaling griffierecht en ontbreken uitspraak op bezwaar
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, wordt het beroep van eiseres behandeld dat op 15 oktober 2021 is ingediend. De rechtbank heeft besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat eiseres het griffierecht niet heeft betaald. Volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het verplicht om griffierecht te betalen om een beroep in te dienen. In dit geval bedraagt het griffierecht € 49,-. De rechtbank heeft eiseres op 12 december 2021 een aangetekende brief gestuurd met de mededeling dat het griffierecht binnen vier weken betaald moest worden. Deze brief is echter niet door eiseres afgehaald en is geretourneerd aan de rechtbank. De rechtbank heeft de brief vervolgens per gewone post verzonden, maar eiseres heeft het griffierecht niet op tijd betaald.
De rechtbank stelt vast dat eiseres geen geldige reden heeft gegeven voor het niet betalen van het griffierecht. Hierdoor is het beroep kennelijk niet-ontvankelijk, zoals bepaald in artikel 8:54 Awb. Daarnaast heeft eiseres ook geen kopie van de uitspraak op bezwaar ingediend, terwijl de rechtbank hier wel om had gevraagd. Dit is een extra reden voor de niet-ontvankelijkheid van het beroep. De rechtbank besluit dat het beroep niet inhoudelijk zal worden behandeld en dat er geen proceskostenvergoeding zal plaatsvinden.
De uitspraak is gedaan door rechter mr. R.C. Stijnen en griffier K.F.K. Hoogbruin op 26 januari 2022. De beslissing is openbaar gemaakt via rechtspraak.nl.