Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
thans gedetineerd te [verblijfplaats] ,
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
Ik zag dat [verdachte] naar de keuken liep en terug kwam met een keukenmes in zijn rechterhand. Ik hoorde [verdachte] zeggen dat ik hem te veel pijn had gedaan en ik nu moest boeten voor wat ik hem had aangedaan. Ik zag dat [verdachte] uithaalde met het mes. Ik zag dat [verdachte] het mes ter hoogte van zijn borst hield en voor zich uit stak en mij opzettelijk in mijn been sneed/stak met het mes. Ik voelde dat dit met kracht ging. Ik voelde een stekende drukkende pijn.
Ik zag dat ik een snee in mijn bovenbeen had. Ik zag dat hier bloed uit kwam. Ik zag dat dit een snee was van ongeveer 5 centimeter.
Ik zag en voelde dat hij mij vervolgens stak met het mes in mijn rechterhand. Ik probeerde mij niet af te weren maar zag echt dat [verdachte] mij opzettelijk in mijn hand stak. Ik zag dat hij opnieuw het mes dicht bij zich hield en een steekbeweging maakte naar mijn hand. Ik voelde dat hij stak in mijn rechter pink. Ik voelde veel pijn en kon mijn pink niet goed bewegen. Ik zag dat mijn pink dikker werd. [4] Ik zag dat [verdachte] opstond en naar de voorraadkast liep en een witte ijzeren stang pakte. De stang was van een kleding rek.
Ik zag dat [verdachte] richting mij kwam. Ik kreeg meerdere klappen over mijn gehele lichaam. Ik kreeg ook klappen met [verdachte] zijn vuisten op mijn gezicht. Ik voelde een enorme pijn. Ik voelde een branderige, stekende pijn door mijn hele lijf. Ik zag direct mijn lichaam opzwellen. Ik zag ook dat ik meerdere blauwe plekken op mijn lichaam had.
Alle mishandelingen bij elkaar en dus het hele incident heeft ongeveer 3 uur geduurd. Ik ben echt doodsbang voor [verdachte] . [5]
B: sat: 100%, thorax symmetrisch, drukpijnlijk rechts, VAG bdz
C: RR 120/80 mm Hg, p /min, buik soepel, bekken stabiel, femora in lijn.
D: alert, PEARRL, glucose:
E: hematoom hoofd, pijnlijke arm en bovenbeen links, hematomen voorvoet, rechterbeen snijwond, pijn nek
1. trauma capitis
2. multplele hematomen linker arm, rechter arm, bovenbeen links, onderbeen links, zonder aanwijzingen fractuur [6]
aanmerkelijkekans op het intreden van zwaar lichamelijk letsel. De rechtbank concludeert dan ook dat verdachte geweld heeft gepleegd tegen zijn levensgezel, aangeefster [slachtoffer] , als gevolg waarvan zij letsel heeft opgelopen, maar de rechtbank heeft niet de overtuiging bekomen dat sprake was van geweldshandelingen met de aanmerkelijke kans op het intreden van zwaar lichamelijk letsel.
5.BEWEZENVERKLARING
zijn levensgezel, [slachtoffer] , heeft mishandeld door voornoemde [slachtoffer]
- één of meerdere malen met een mes in de benen en handen van die [slachtoffer] heeft gestoken en gesneden en
- meerdere malen met een stang heeft geslagen op het lichaam van die [slachtoffer] en
- één of meerdere malen heeft geslagen en gestompt tegen het lichaam van die [slachtoffer] ,
6.STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF EN MAATREGELEN
- het uittreksel uit de Justitiële Documentatie van verdachte van 19 april 2022, waaruit blijkt dat verdachte eerder in 2017 door het gerechtshof Arnhem-Leeuwaarden is veroordeeld voor partnermishandeling van zijn vorige vriendin. De rechtbank neemt dit in strafverzwarende zin mee;
- een psychiatrisch onderzoek pro justitia betreffende de verdachte van 22 februari 2022, opgesteld door drs. H.A. Gerritsen, forensisch psychiater;
- een psychologisch onderzoek pro justitia betreffende de verdachte van 21 februari 2022, opgesteld door drs. T. ’t Hoen, gezondheidspsycholoog, en
- het reclasseringsadvies 20 mei 2022, opgesteld door J. Post, reclasseringswerker GGZ Inforsa.
9.VOORLOPIGE HECHTENIS
10.BENADEELDE PARTIJ
11.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
12.BESLISSING
primairten laste gelegde;
het subsidiairten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
gevangenisstrafvan 8 maanden;
ter beschikking wordt gestelden stelt daarbij de volgende voorwaarden betreffende het gedrag van de ter beschikking gestelde:
zolang en indien het Openbaar Ministerie dit verbod nodig acht.
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] geheel toe tot een bedrag van € 1.083,27;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 juni 2021 tot de dag van volledige betaling;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer] aan de Staat € 1.083,27 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 juni 2021 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 20 dagen gijzeling. De toepassing van die gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed.
ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om
aan zijn levensgezel, [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen
- één of meerdere malen met een mes, in elk geval een scherp en/of puntig
voorwerp, in het gezicht/hoofd en/of de benen en/of de handen, in elk geval het
lichaam van die [slachtoffer] heeft gestoken en/of gesneden en/of
- dat mes, in elk geval een scherp en/of puntig voorwerp heeft ingebracht en/of
geduwd in de vagina van die [slachtoffer] en/of (vervolgens) één of meerdere malen
heeft rondgedraaid en/of (in) heeft gestoken en/of gesneden en/of
- één of meerdere malen met een ijzeren stang, in elk geval een hard en/of zwaar
voorwerp, heeft geslagen op het lichaam van die [slachtoffer] en/of
- één of meerdere malen heeft geslagen en/of gestompt op/tegen het lichaam van
die [slachtoffer] en/of
- één of meerdere malen heeft getrokken aan het haar van die [slachtoffer] terwijl de
uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
(art 304 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht)
(art 302 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
kunnen leiden:
zijn levensgezel, [slachtoffer] ,
heeft mishandeld door voornoemde [slachtoffer]
- één of meerdere malen met een mes, in elk geval een scherp en/of puntig
voorwerp, in het gezicht/hoofd en/of de benen en/of de handen, in elk geval het
lichaam, te steken en/of te snijden en/of
- (bij voornoemde [slachtoffer] ) een mes, in elk geval een scherp en/of puntig
voorwerp, in de vagina te brengen en/of te duwen en/of (vervolgens) één of
meerdere malen rond te draaien en/of (in) te steken en/of te snijden en/of
- één of meerdere malen met een ijzeren stang, in elk geval een hard en/of zwaar
voorwerp, te slaan op het lichaam en/of
- één of meerdere malen te slaan en/of te stompen op/tegen het lichaam en/of
- één of meerdere malen te trekken aan het haar;
(art 300 lid 1 Wetboek van Strafrecht, art 304 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht)