ECLI:NL:RBMNE:2022:6565

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
28 april 2022
Publicatiedatum
22 augustus 2023
Zaaknummer
C/16/535543 / KG ZA 22-92
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Intellectueel-eigendomsrecht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onrechtmatige uitlatingen in persbericht vanwege beschuldigingen van intellectuele eigendomsinbreuk

In deze zaak heeft Huisman Equipment B.V. een kort geding aangespannen tegen Mammoet Holding B.V. vanwege onrechtmatige uitlatingen in een persbericht. Huisman Equipment, dat gespecialiseerd is in de bouw van ringkranen, had een overeenkomst gesloten met BMS Heavy Cranes A/S voor de bouw van een ringkraan. Na de aankondiging van deze samenwerking heeft Mammoet Holding, die ook actief is in de kraanbouw en hijsen van zware objecten, een persbericht uitgegeven waarin zij suggereert dat Huisman Equipment mogelijk inbreuk maakt op haar intellectuele eigendomsrechten. Huisman Equipment beschuldigt Mammoet Holding van ongeoorloofde vergelijkende reclame en eist rectificatie van de uitlatingen.

De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de uitlatingen van Mammoet Holding onrechtmatig zijn. De rechter heeft vastgesteld dat de beschuldigingen van inbreuk op intellectuele eigendomsrechten onvoldoende onderbouwd waren op het moment van publicatie van het persbericht. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen van Huisman Equipment toegewezen, met uitzondering van de vordering die betrekking had op ongeoorloofde reclame, omdat Huisman Equipment daar geen belang bij had. Mammoet Holding is veroordeeld tot het staken van de onrechtmatige uitlatingen, het versturen van een rectificatie aan de media, en het plaatsen van een rectificatie op haar website. Daarnaast moet Mammoet Holding de proceskosten van Huisman Equipment vergoeden.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht
handelskamer
locatie Utrecht
zaaknummer / rolnummer: C/16/535543 / KG ZA 22-92
Vonnis in kort geding van 28 april 2022
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
HUISMAN EQUIPMENT B.V.,
statutair gevestigd te Rotterdam en kantoorhoudende te Schiedam,
eiseres,
advocaten mr. J.J.E. Bremer en mr. A.H. van Duijn te Den Haag,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MAMMOET HOLDING B.V.,
statutair gevestigd en kantoorhoudende te Utrecht,
gedaagde,
advocaten mr. T.P. Huizinga en mr. D.L. Frowijn te Waalre.
Partijen zullen hierna Huisman Equipment en Mammoet Holding genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 4 maart 2022 met producties 1 tot en met 12
  • de op 11 april van Huisman Equipment ontvangen producties 8 (nieuw) en 13
  • de op 11 april van Mammoet Holding ontvangen producties 1 tot en met 7
  • de op 11 april 2022 van Mammoet Holding ontvangen productie 8
  • de mondelinge behandeling van 13 april 2022
  • de pleitnota van Huisman Equipment
  • de pleitnota van Mammoet Holding.
1.2.
Op de zitting is meegedeeld dat er op 28 april 2022 vonnis wordt gewezen.

2.Waar gaat de zaak over?

2.1.
Huisman Equipment is een bedrijf dat, onder meer, ringkranen bouwt. Met een ringkraan kunnen zeer zware voorwerpen worden gehesen, zoals onderdelen voor windturbines. Ringkranen worden ontworpen en gebouwd in nauw overleg met de afnemer, om zo aan de specifieke behoeften van die afnemer te voldoen. Dat traject duurt lang. Met de bouw en koop van een ringkraan zijn grote financiële belangen gemoeid.
2.2.
Mammoet Holding is gespecialiseerd in het transporteren en hijsen van zware voorwerpen. Zij bouwt kranen voor soortgelijke doeleinden als de kranen die Huisman Equipment bouwt.
2.3.
Eind 2021 is Huisman Equipment met BMS Heavy Cranes A/S (een Deens bedrijf dat is gespecialiseerd in het hijsen van zware voorwerpen, hierna: BMS) overeengekomen dat zij een ringkraan voor BMS gaat bouwen. De levering van die ringkraan is gepland voor de tweede helft van 2023.
2.4.
Voorafgaand aan het sluiten van de in 2.3 genoemde overeenkomst, heeft Huisman Equipment een “freedom to operate-onderzoek” laten uitvoeren. De uitkomst daarvan luidde dat de ringkraan voor BMS geen inbreuk maakt op intellectuele eigendomsrechten.
2.5.
Op 6 januari 2022 heeft Huisman Equipment een persbericht uitgebracht waarin zij wereldkundig maakt dat zij een ringkraan voor BMS gaat bouwen.
2.6.
In reactie daarop heeft Mammoet Holding op 3 februari 2022 een persbericht uit doen gaan, bestaande uit de navolgende tekst en afbeelding:
2.7.
In verschillende media – die gericht zijn op de branche waarin Huisman Equipment en Mammoet Holding actief zijn – zijn publicaties verschenen naar aanleiding van het persbericht van Mammoet Holding.
2.8.
Huisman Equipment heeft de auteurs van die publicaties gevraagd om een reactie van haar aan die publicaties toe te voegen. Een deel van de media heeft dat ook gedaan. De strekking van de reactie van Huisman Equipment is dat er geen sprake is van een inbreuk op de patenten of andere intellectuele eigendomsrechten van Mammoet Holding of anderen.
2.9.
Naar aanleiding van het persbericht van Mammoet Holding heeft Huisman Equipment octrooibureau [octrooibureau] aanvullend onderzoek laten verrichten. Dat onderzoek had als uitkomst dat er in Europa geen octrooien, octrooiaanvragen en (on)geregistreerde (gebruiks)modellen van Mammoet Holding en aan haar gelieerde partijen zijn, waar Huisman Equipment mogelijk inbreuk op maakt en ook dat inbreuk op een Europees auteursrecht hoogst onwaarschijnlijk is.
2.10.
Huisman Equipment vindt dat Mammoet Holding haar er in het persbericht onterecht van beschuldigt dat zij (mogelijk) inbreuk maakt op de intellectuele eigendomsrechten van Mammoet Holding en dat Mammoet Holding daardoor onrechtmatig handelt. Ook vindt Huisman Equipment dat de uitlatingen in het persbericht zijn aan te merken als ongeoorloofde vergelijkende reclame.
2.11.
Huisman Equipment vordert in dit kort geding dat Mammoet Holding:
- stopt met het doen van onrechtmatige uitlatingen;
- een rectificatie stuurt aan de media en anderen aan wie zij het persbericht heeft gestuurd of een gelijkluidende mededeling heeft gedaan;
- een rectificatie plaatst op haar website;
- opgeeft aan wie zij het persbericht heeft gestuurd of een gelijkluidende mededeling heeft gedaan;
- een dwangsom aan Huisman Equipment betaalt, als zij zich niet aan het bovenstaande houdt.

3.Hoe oordeelt de voorzieningenrechter?

3.1.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat de uitlatingen over Huisman Equipment in het persbericht van Mammoet Holding onrechtmatig zijn en wijst de vorderingen van Huisman Equipment (in aangepaste vorm) toe. Hieronder wordt uitgelegd waarom. Omdat de vorderingen al op deze grond (onrechtmatige uitlatingen) worden toegewezen en op de grond ongeoorloofde reclame niet méér zou worden toegewezen, heeft Huisman Equipment geen belang bij een beoordeling van die laatste grondslag. De voorzieningenrechter zal die grondslag dus niet beoordelen.
Toetsingskader onrechtmatige uitlatingen
3.2.
Als de vorderingen van Huisman Equipment worden toegewezen is dat een beperking van de vrijheid van meningsuiting van Mammoet Holding (artikel 10 lid 1 EVRM). Dit recht kan volgens het tweede lid van dat artikel alleen worden beperkt, als die beperking in de wet is geregeld en in een democratische samenleving nodig is. Van zo’n beperking is sprake als de uitlatingen onrechtmatig zijn (artikel 6:162 BW).
3.3.
Bij de beantwoording van de vraag of een uitlating onrechtmatig is, moeten twee belangrijke maatschappelijke belangen worden afgewogen. Aan de ene kant het belang dat Huisman Equipment niet door publicaties wordt blootgesteld aan lichtvaardige verdachtmakingen. Aan de andere kant het belang dat niet – door gebrek aan bekendheid bij het grote publiek – misstanden die de samenleving raken, kunnen blijven voortbestaan. Welke van deze belangen in dit geval zwaarder weegt, hangt af van alle relevante omstandigheden. De omstandigheden die tegen elkaar moeten worden afgewogen zijn onder andere:
  • aan de ene kant de aard van de gepubliceerde verdenkingen en de ernst van de te verwachten gevolgen voor Huisman Equipment en aan de andere kant de ernst van de misstand die de publicatie aan de kaak wil stellen;
  • de mate waarin de verdenkingen op het moment van de publicatie steun vonden in het toen beschikbare feitenmateriaal;
  • de inkleding van de verdenkingen;
  • de mate van waarschijnlijkheid dat in het algemeen belang het nagestreefde doel langs andere – voor Huisman Equipment minder schadelijke – wegen met een redelijke kans op spoedig succes had kunnen worden bereikt;
  • de kans dat de informatie ook zonder de verweten publicatie in de publiciteit zou zijn gekomen.
Toepassing toetsingskader
De aard van de verdenkingen en ernst van de gevolgen ten opzichte van de ernst van de misstand
3.4.
In het persbericht staat dat Mammoet Holding onderzoekt of Huisman Equipment met de ringkraan die zij bouwt voor BMS, inbreuk maakt op de intellectuele eigendomsrechten van Mammoet Holding, meer in het bijzonder op haar patenten. Ook staat daarin dat Mammoet Holding wereldleider is in de desbetreffende branche, dat zij de drijvende kracht is achter innovatie in die branche, onder meer ten aanzien van ringkranen, dat die innovatie een van haar grondslagen vormt en dat zij daarom in rechte optreedt tegen inbreuken op haar (intellectuele eigendoms)rechten terzake. Volgens Mammoet Holding bevat het persbericht geen directe beschuldiging van inbreuk. Dat moge zo zijn, maar door de desbetreffende tekst wordt wel de indruk gewekt dat er sprake kan zijn van een inbreuk op octrooien of andere intellectuele eigendomsrechten van Mammoet Holding (zie hierover meer in 3.11 en 3.12). Bovendien levert de tekst voldoende grond voor de veronderstelling dat er een inhoudelijke reden is om naar de mogelijkheid van een inbreuk onderzoek te doen. Aldus bezien wijst de tekst in de richting van een serieuze verdenking, die grote gevolgen voor Huisman Equipment kan hebben. Dat er sprake kan zijn van een IE-inbreuk, waarnaar onderzoek gaande is, kan namelijk leiden tot terughoudendheid bij de afnemers van Huisman Equipment om de kraan bij haar aan te kopen of deze te gaan gebruiken. Huisman Equipment kan haar klanten weliswaar vrijwaren voor de gevolgen van een IE-inbreuk wanneer deze later zou komen vast te staan, maar die vrijwaring geldt slechts in de relatie tussen Huisman Equipment en haar afnemer, niet in de relatie tussen Mammoet Holding en die afnemer, wanneer deze rechtstreeks door Mammoet Holding zou worden aangesproken. Ook omdat met de koop en bouw van de kranen waar het hier om gaat veel geld en tijd is gemoeid, zullen klanten niet graag een kraan kopen als het risico bestaat dat zij deze kraan niet mogen gebruiken door een verbod wegens inbreuk op IE-rechten. De markt is klein en gespecialiseerd, terwijl de spelers op die markt weinig kennis hebben over intellectuele eigendom. Het is aldus voldoende aannemelijk dat de suggestie dat de ringkraan van Huisman Equipment mogelijk inbreuk maakt op intellectuele eigendomsrechten, negatieve gevolgen zal hebben voor de bedrijfsvoering van Huisman Equipment. Dat Huisman Equipment, volgens Mammoet Holding, voorlopig haar handen vol heeft aan de bouw van de ringkraan voor BMS doet daar niet aan af.
3.5.
Volgens Mammoet Holding rezen er naar aanleiding van een webinar van Huisman Equipment en het persbericht van Huisman Equipment vragen in de markt en kon Mammoet Holding deze vragen alleen goed beantwoorden door zelf een persbericht uit te brengen. Mammoet Holding wil dus geen maatschappelijke misstand aan de kaak stellen, maar komt (hoofdzakelijk) op voor haar eigen bedrijfsbelang.
De mate waarin de verdenkingen op het moment van de publicatie steun vonden in het feitenmateriaal
3.6.
Voor vaststelling van of onderzoek naar een mogelijke inbreuk op IE-rechten is het nodig de rechten te bezien waarvan de bescherming wordt ingeroepen, naast de beoordeling van de vraag of op die rechten inbreuk wordt gemaakt. Mammoet Holding is degene die bij uitstek weet of zou moeten weten welke intellectuele eigendomsrechten zijzelf bezit. Zeker nu het om slechts vier, zeer specifieke elementen gaat. Volgens Mammoet Holding heeft haar ringkraan immers vier kenmerkende elementen, voor zover in dit geding van belang:
de kraan draait op een ring om een centrale ballast heen;
de kraan beweegt over de ring via hydraulische sledeschoenen;
een dubbele achtermast die spits toeloopt (“A-frame”), verbindt de ballast met de kraan;
de mastdelen kunnen worden opgebroken in segmenten die in een container kunnen worden vervoerd (“containerized”).
Mogelijke inbreuken op bedrijfsgeheimen of contractbreuk zijn hier niet van belang, omdat Mammoet Holding in haar persbericht noemt dat zij IE-inbreuken onderzoekt. Daarbij noemt Mammoet Holding met name octrooien (“patent-infringement”). Omtrent haar mogelijk geschonden octrooien heeft Mammoet Holding echter, ook ter zitting, niet meer verklaard dan dat het in gang gezette onderzoek zich daarop richt. Dan wist zij dus op het moment van publicatie van het persbericht ook niet welke van haar octrooirechten hier in het gedrang zouden kunnen komen. Daarbij komt dat de rapporten van Huisman Equipment en [octrooibureau] erop wijzen dat er geen octrooien (of andere IE-rechten) van Mammoet Holding worden geschonden, wat aansluit bij de stelling van Huisman Equipment dat geen van de vier genoemde elementen IE-rechtelijk (met name octrooirechtelijk) is beschermd.
3.7.
Daar komt bij dat Huisman Equipment heeft ontkend dat de genoemde elementen 2 en 4 (sledeschoenen en containerized) voorkomen in de kraan die zij voor BMS bouwt. Mammoet Holding heeft dit onvoldoende weersproken.
3.8.
Mammoet Holding zegt bovendien dat zij op het moment van de publicatie van het persbericht, en nu nog steeds, moe(s)t onderzoeken of Huisman Equipment inbreuk maakt op haar IE-rechten en dat daarbij een onzekere factor is dat pas in 2023 bekend is hoe de ringkraan die Huisman Equipment voor BMS bouwt er daadwerkelijk uitziet, omdat deze dan pas is voltooid. Volgens Mammoet Holding is het noodzakelijk dat dit onderzoek op wereldwijde basis gebeurt en behelst het ook octrooi-aanvragen (naast mogelijke inbreuken op bedrijfsgeheimen of contractuele afspraken). Het onderzoek gaat daarom lang duren. Ook ondanks dat de mogelijke IE-inbreuk door Huisman Equipment beweerdelijk op de door Mammoet Holding genoemde elementen van de kraan ziet, is dus kennelijk nog langere tijd tijd niet inzichtelijk (voor Mammoet Holding) of en in welk feitelijk opzicht de door Huisman Equipment te bouwen kraan daadwerkelijk inbreuk maakt op haar rechten.
3.9.
Op grond van dit een en ander vindt de voorzieningenrechter het voldoende aannemelijk dat Mammoet Holding op het moment van de publicatie van het persbericht (anders dan het persbericht suggereerde) geen concrete aanleiding had om aan te nemen dat er mogelijk een octrooi (of een ander IE-recht) van haar werd geschonden, althans niet in een mate die de publicatie rechtvaardigde. Van Mammoet Holding mag extra terughoudendheid mogen verwacht bij het doen van uitlatingen wanneer de onderbouwing daarvan volgens haar nog jaren op zich laat wachten.
De inkleding van de verdenkingen
3.10.
In het persbericht van Mammoet Holding staat dat zij onderzoekt of Huisman Equipment inbreuk maakt op haar intellectuele eigendomsrechten, met name op haar octrooien. Dat is geen harde beschuldiging, maar het wekt - zoals gezegd - wel de suggestie dat er grond bestaat om een inbreuk te onderzoeken, zeker nu er meerdere malen op wordt gewezen dat er juridische stappen zullen worden ondernomen als er een inbreuk wordt geconstateerd. Mammoet Holding is marktleider, zodat een persbericht van haar serieus zal worden genomen. Bovendien is het persbericht wereldwijd gepubliceerd in gezaghebbende (vak)media, waardoor het de belangrijkste marktdeelnemers zal hebben bereikt. Het is aannemelijk dat lezers van het persbericht zullen aannemen dat Mammoet Holding een goede reden heeft om dit, kostbare, onderzoek naar inbreuk op haar octrooien en andere IE-rechten op te starten en om daarover de desbetreffende branche te informeren door de in geding zijnde publicatie het licht te doen zien. Dat wordt versterkt doordat Mammoet Holding in het persbericht foto’s van haar kraan en de kraan die Huisman Equipment voor BMS gaat bouwen naast elkaar heeft afgebeeld. Hierbij speelt een rol dat de spelers op de markt geen specifieke kennis van het IE-recht hebben en dus niet weten dat de omstandigheid dat de kranen op het eerste gezicht op elkaar lijken, niet automatisch betekent dat er ook sprake is van een inbreuk op intellectuele eigendomsrechten.
3.11.
Dat er in het algemeen vaker in de media wordt aangekondigd dat juridische stappen worden overwogen, zoals Mammoet Holding zegt, maakt het bovenstaande niet anders. In de door Mammoet Holding overgelegde persberichten geeft de betrokken persoon aan wat er volgens hem/haar niet deugt en kondigt deze vervolgens aan juridische stappen te overwegen. Het gaat in die gevallen om duidelijke omschreven verwijten. Dat ligt hier anders doordat Mammoet Holding haar (niet concreet omschreven) verwijten in de sleutel van het begrip ‘mogelijk’ plaatst. Dat maakt niet dat zij deze eerder mag uiten. In tegendeel, het maakt – gelet op de hierboven genoemde omstandigheden – dat ook zij hier de nodige zorgvuldigheid in acht moest nemen.
De kans dat het doel van Mammoet Holding ook op andere manieren kon worden bereikt
3.12.
Mammoet Holding zegt dat zij de vragen – die rezen naar aanleiding van een webinar van Huisman Equipment en het persbericht van Huisman Equipment – alleen goed kon beantwoorden door zelf een persbericht uit te brengen, vanwege de hoeveelheid vragen en omdat zij niet wist bij wie de vragen leefden.
3.13.
Mammoet Holding heeft als productie 4 en 5 reacties overgelegd op het persbericht van Huisman Equipment, respectievelijk het persbericht van Mammoet Holding. Het gaat om een beperkt aantal reacties, zeker als er rekening mee wordt gehouden dat sommige personen meerdere reacties plaatsten. De reacties hebben de strekking dat de ringkraan die Huisman Equipment voor BMS gaat bouwen erg veel lijkt op die van Mammoet Holding. Er worden geen concrete vragen aan Mammoet Holding gesteld. Er mag op grond van deze informatie van worden uitgegaan dat als klanten van Mammoet Holding concrete vragen hadden, ze die rechtsreeks aan Mammoet Holding konden stellen en Mammoet Holding die vragen één op één kon beantwoorden. Dat er voldoende grond bestond voor Mammoet Holding om die vragen te beantwoorden door voor de gewraakte publicatie te kiezen, is bij die stand van zaken niet aannemelijk.
De kans dat de informatie ook zonder het persbericht in de publiciteit zou zijn gekomen
3.14.
De voorzieningenrechter vindt het aannemelijk dat er zonder het persbericht van Mammoet Holding beduidend minder aandacht zou zijn geweest voor de vraag of Huisman Equipment mogelijk inbreuk maakt op IE-rechten van Mammoet Holding.
Overige omstandigheden
3.15.
Volgens Mammoet Holding zijn ook de volgende omstandigheden nog van belang. Tijdens een webinar heeft Huisman Equipment foto’s van kranen van Mammoet Holding laten zien. Die foto’s staan ook op haar website. Huisman Equipment zou aan Mammoet Holding hebben toegezegd dat zij geen ringkraan zou bouwen van het type dat Mammoet Holding bouwt, omdat zij daarvan geen kennis had. Huisman Equipment betreedt nu toch een nieuw marksegment. Tot slot heeft Huisman Equipment bewust het contact met Mammoet Holding afgehouden.
Hierdoor heeft Huisman Equipment het, volgens Mammoet Holding, zelf in de hand gewerkt dat marktdeelnemers een verband leggen tussen de kranen van Huisman Equipment en die van Mammoet Holding en dat Mammoet Holding twijfels kreeg over de legitimiteit van de ringkraan die Huisman Equipment voor BMS bouwt. Doordat de ringkraan nog niet is gebouwd, is een inbreukactie nog niet mogelijk. Wat Mammoet Holding resteerde is het publiceren van het persbericht met de betreffende inhoud. Zij is daarbij niet lichtvaardig geweest, alles volgens Mammoet Holding.
3.16.
Het bovenstaande schetst in de ogen van de voorzieningenrechter de aanleiding van het persbericht, maar legitimeert dit persbericht niet. Huisman Equipment heeft voldoende aannemelijk gemaakt dat de getoonde foto’s de kranen betreffen die Huisman Equipment heeft gebouwd toen zij nog met Mammoet Holding samenwerkte. Bovendien betwist Huisman Equipment dat zij de bedoelde toezegging heeft gedaan. Het betreden van een marktsegment door Huisman Equipment wat Mammoet Holding liever niet ziet, legt hier naar zijn aard reeds geen gewicht in de schaal. Datzelfde geldt voor de beweerdelijke terughoudendheid van Huisman Equipment in haar contact met Mammoet Holding, mede gelet op het feit dat zij de details uit haar contract met BMS begrijpelijkerwijs niet aan de grote klok heeft willen hangen. In al hetgeen Mammoet Holding in dit verband gesteld heeft, is daarom geen grond gelegen om tot een ander oordeel te kunnen leiden.
Vorderingen
3.17.
De vordering om het doen van onrechtmatige uitlatingen te staken en gestaakt te houden, zal worden toegewezen, maar alleen voor zover het gaat om de uitlatingen zoals in het persbericht weergegeven. Voor het overige is de vordering te ruim geformuleerd.
3.18.
De vordering om een rectificatie te sturen, wordt ook toegewezen, maar alleen voor zover het gaat om de (vak)media en andere personen aan wie het persbericht is gezonden. Voor het overige is de vordering te ruim geformuleerd. Bovendien is het waarschijnlijk dat eventuele andere ontvangers van het persbericht of andere uitlatingen met die strekking, kennis nemen van deze rectificatie. Aan de veroordeling zal de na te melden termijn worden verbonden.
3.19.
Ook wordt Mammoet Holding veroordeeld om een rectificatie op haar website te plaatsen. Dat het persbericht nooit op de website van Mammoet Holding is gepubliceerd, staat daaraan niet in de weg. Het gaat erom dat de rectificatie de lezers van het oorspronkelijke persbericht bereikt. Die kans wordt vergroot doordat de rectificatie op de website van Mammoet Holding wordt geplaatst. Mammoet Holding hoeft de rectificatie niet met een pop-up op haar homepage te plaatsen, een hyperlink die doorverwijst naar het persbericht is voldoende. Ook hoeft de tekst geen kwart-pagina te beslaan. In de veroordeling ligt besloten dat de rectificatie goed leesbaar is. Het is aan Mammoet Holding om te bepalen hoe zij dit inricht.
3.20.
Mammoet Holding wordt veroordeeld om op te geven aan wie zij het persbericht heeft gezonden. Voor het overige is de vordering te ruim geformuleerd.
3.21.
De door Huisman Equipment gevorderde dwangsom wordt ook toegewezen.
Proceskosten
3.22.
Mammoet Holding krijgt ongelijk en moet daarom de proceskosten van Huisman Equipment betalen. Die kosten worden begroot op:
- betekening oproeping € 108,26
- griffierecht 676,00
- salaris advocaat
1.016,00
Totaal € 1.800,26
3.23.
De nakosten en de wettelijke rente over de proceskosten en de nakosten, worden toegewezen op de manier die in “De beslissing” staat.

4.De beslissing

De voorzieningenrechter
4.1.
beveelt Mammoet Holding om onmiddellijk na betekening van dit vonnis de uitlatingen uit het persbericht of uitlatingen van gelijke strekking te staken en gestaakt te houden,
4.2.
beveelt Mammoet Holding om binnen twee dagen na betekening van dit vonnis de volgende rectificatie te sturen aan de (vak)media of andere personen aan wie het persbericht is gezonden door of namens Mammoet Holding:
4.3.
beveelt Mammoet Holding om binnen twee dagen na betekening van dit vonnis de volgende rectificatie te plaatsen op haar website, door het plaatsen van dit bericht op haar homepage of door het plaatsen van een hyperlink op haar homepage die naar de rectificatie doorlinkt, en deze rectificatie daar twee maanden geplaatst te houden:
4.4.
beveelt Mammoet Holding om binnen twee dagen na betekening van dit vonnis schriftelijke opgave te doen aan Huisman Equipment van de namen van de (vak)media of andere personen aan wie het persbericht is verzonden door of namens Mammoet Holding,
4.5.
veroordeelt Mammoet Holding om aan Huisman Equipment een dwangsom te betalen van € 10.000,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij niet aan de in 4.1 en/of 4.2 en/of 4.3 en/of 4.4. uitgesproken hoofdveroordeling voldoet, tot een maximum van € 500.000,00 is bereikt,
4.6.
bepaalt dat geen dwangsommen zullen worden verbeurd voor zover dit naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar moet worden geacht, in aanmerking genomen de mate waarin aan het vonnis is voldaan, de ernst van de overtreding en de mate van verwijtbaarheid van de overtreding,
4.7.
veroordeelt Mammoet Holding in de proceskosten, aan de zijde van Huisman Equipment tot op heden begroot op € 1.800,26, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de vijftiende dag na de datum van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
4.8.
veroordeelt Mammoet Holding in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 163,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat Mammoet Holding niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 85,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, en te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over de nakosten met ingang van de vijftiende dag na de betekening van dit vonnis tot aan de dag van volledige betaling,
4.9.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
4.10.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door voorzieningenrechter mr. R.A. Steenbergen, bijgestaan door griffier mr. M. Braam, en in het openbaar uitgesproken op 28 april 2022. [1]

Voetnoten

1.MB (4209)