Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
domicilie gekozen hebbende ten kantore van zijn raadsvrouw,
1.De procedure
2.Waar gaat het over?
[minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2020 te [geboorteplaats] .
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 20 mei 2022 uitspraak gedaan in een echtscheidingsprocedure tussen een vrouw en een man, beiden van Eritrese afkomst. De vrouw was ten tijde van het huwelijk minderjarig, wat de rechtbank niet belette om het huwelijk als rechtsgeldig te erkennen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vrouw op het moment van het huwelijk 17 jaar oud was, en dat het huwelijk in Eritrea onder bepaalde voorwaarden kan worden erkend, ondanks de huwelijksleeftijd van 18 jaar. De rechtbank heeft de bevoegdheid om te oordelen over de echtscheiding, omdat de vrouw haar gewone verblijfplaats in Nederland heeft.
De rechtbank heeft het verzoek tot echtscheiding toegewezen, waarbij partijen hebben aangegeven dat het huwelijk duurzaam is ontwricht. Tevens heeft de rechtbank het ouderschapsplan, dat partijen hebben opgesteld voor hun minderjarige kind, aan de beschikking gehecht. De rechtbank heeft de beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de uitspraak onmiddellijk effect heeft, ook al kan er nog hoger beroep worden ingesteld.
De uitspraak is gedaan door (kinder)rechter mr. R.R. Everaars-Katerberg, in samenwerking met griffier mr. A. Minkjan. Tegen deze beschikking kan binnen drie maanden hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te Arnhem-Leeuwarden.