Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Zittingsplaats Utrecht
1.De stukken
- het vonnis van deze rechtbank van 14 november 2014, waarbij betrokkene ter beschikking is gesteld met bevel tot verpleging van overheidswege omdat hij zich schuldig heeft gemaakt aan poging tot moord;
- stukken waaruit blijkt dat de terbeschikkingstelling is ingegaan op 28 februari 2015 en op 24 februari 2020 voorwaardelijk is beëindigd;
- de beslissing van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 22 juli 2021, waarbij de termijn van terbeschikkingstelling voor het laatst is verlengd met een jaar;
- de vordering van de officier van justitie van 17 januari 2022, die strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling met een jaar;
- het verlengingsadvies van [reclassering ] van 28 december 2021, opgemaakt door [reclasseringsmedewerker 1] (reclasseringswerker) en [unitmanager] (unitmanager), inhoudend het advies om de terbeschikkingstelling te beëindigen;
- het Pro Justitia-rapport van 15 januari 2022, opgemaakt door drs. H.A. Gerritsen, forensisch psychiater;
- de voortgangsverslagen over betrokkene, over de periode 23 december 2020 tot en met 29 september 2021.
2.Het onderzoek ter terechtzitting
3.Het standpunt van de reclassering
4.Het standpunt van de niet aan de inrichting verbonden deskundige
5.Het standpunt van de officier van justitie
6.Het standpunt van de verdediging
7.Het oordeel van de rechtbank
8.De beslissing
[betrokkene]voornoemd.