ECLI:NL:RBMNE:2022:579
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek tegen rechter in herroepingsprocedure
In deze wrakingszaak heeft verzoekster een wrakingsverzoek ingediend tegen mr. V. van Dam, de behandelend rechter in een herroepingsprocedure. De wraking is ingediend na een verzoek tot herstel van een eerder vonnis, waarin verzoekster vier fouten in het vonnis van 3 november 2021 aanvoert. Verzoekster stelt dat deze fouten duiden op partijdigheid van de rechter, omdat de tegenpartij ten onrechte zou zijn bevoordeeld. De wrakingskamer heeft op 1 februari 2022 de zaak in het openbaar behandeld, waarbij zowel verzoekster als mr. Van Dam aanwezig waren. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat het wrakingsverzoek ongegrond is, omdat het enkele feit dat er mogelijk fouten zijn gemaakt in een vonnis, niet voldoende is om te concluderen dat er sprake is van vooringenomenheid of partijdigheid van de rechter. De wrakingskamer heeft ook geoordeeld dat verzoekster ontvankelijk is in haar verzoek, omdat de kantonrechter nog moet beslissen op het herstelverzoek. De wrakingskamer heeft de beslissing op 15 februari 2022 openbaar uitgesproken, waarbij het verzoek tot wraking is afgewezen en de procedure in de oorspronkelijke stand moet worden voortgezet.