ECLI:NL:RBMNE:2022:5679

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
23 december 2022
Publicatiedatum
28 december 2022
Zaaknummer
16/659906-16
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege in een strafzaak met complexe persoonlijkheidsstoornissen

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 23 december 2022 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van een betrokkene, die in 2018 ter beschikking was gesteld vanwege mensenhandel. De rechtbank heeft het verzoek tot verlenging van de tbs-maatregel met verpleging van overheidswege voor de duur van een jaar afgewezen, omdat de behandeling naar verwachting meer dan een jaar zal duren. In plaats daarvan is de tbs-maatregel met twee jaar verlengd. De rechtbank baseerde haar beslissing op verschillende rapportages en adviezen van deskundigen, die wezen op de aanhoudende stoornissen van de betrokkene, waaronder een antisociale persoonlijkheidsstoornis, narcistische kenmerken en misbruik van middelen. De rechtbank concludeerde dat het recidivegevaar hoog is bij beëindiging van de maatregel en dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen of goederen een verlenging van de tbs-maatregel vereisen. De rechtbank heeft de positieve ontwikkelingen in de behandeling van de betrokkene erkend, maar oordeelde dat er nog veel te leren valt en dat de verlenging van twee jaar noodzakelijk is om de behandeling adequaat voort te zetten.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Lelystad
Parketnummer: 16/659906-16 (vordering verlenging tbs)
Beslissing op grond van artikel 6:6:10 van het Wetboek van Strafvordering van de meervoudige kamer voor strafzaken van 23 december 2022
in de zaak van de officier van justitie tegen de ter beschikking gestelde:
[betrokkene] ,
geboren op [geboortedatum] 1984 te [geboorteplaats] ,
thans verblijvende in [verblijfplaats] te [vestigingsplaats] ,
hierna te noemen: betrokkene.

1.De stukken

De rechtbank heeft acht geslagen op de zich in het dossier bevindende stukken waaronder:
  • het arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 9 november 2018 waarbij betrokkene ter beschikking is gesteld met bevel tot verpleging van overheidswege vanwege mensenhandel, meermalen gepleegd;
  • stukken waaruit blijkt dat de terbeschikkingstelling is ingegaan op 28 november 2018;
  • de beslissing van deze rechtbank van 28 december 2020, waarbij de termijn van terbeschikkingstelling voor het laatst is verlengd met twee jaar;
  • de vordering van de officier van justitie van 17 november 2022, die strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaar;
  • het verlengingsadvies van [verblijfplaats] van 28 oktober 2022, opgemaakt door [A] (hoofd behandeling), [B] (psychiater) en [C] (algemeen directeur en plv. hoofd van de instelling), inhoudend het advies om de terbeschikkingstelling met verpleging te verlengen met twee jaar;
  • het Pro Justitia-rapport van 9 november 2022, opgemaakt door [D] , forensisch psychiater;
  • het Pro Justitia-rapport van 14 november 2022, opgemaakt door [E] , forensisch psycholoog;
  • de wettelijke aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van de betrokkene, over de periode 22 oktober 2020 tot en met 7 oktober 2022;
  • de overige stukken van het de betrokkene betreffende dossier.

2.Het onderzoek ter terechtzitting

De behandeling van de zaak heeft op 12 december 2022 ter terechtzitting plaatsgevonden. Daarbij zijn gehoord:
- de officier van justitie, mr. A.A. Nieli;
- de betrokkene, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. D.G. Nagel, advocaat te Almere;
- de aan de kliniek verbonden deskundige, dhr. [A]

3.Het standpunt van de inrichting

Het standpunt van de inrichting blijkt uit het onder 1 genoemde rapport. Dit standpunt houdt, kort weergegeven, het volgende in.
Bij betrokkene is sprake van een antisociale persoonlijkheidsstoornis met borderlinekenmerken, waarbij eveneens in beschrijvende zin volgens de PCL-r sprake is van psychopathie. Daarnaast is er sprake van een narcistische persoonlijkheidsstoornis. Hij functioneert op benedengemiddeld niveau. Ook is er sprake van misbruik van cannabis en alcohol, in remissie door opname.
De kernproblematiek van betrokkene wordt gevormd door een criminele levensoriëntatie c.q. identiteit en een ernstig agressieprobleem. Er is geen sprake van zedenproblematiek in engere zin.
Betrokkene is gemotiveerd om de vaderrol voor zijn drie kinderen zo positief mogelijk in te vullen. Het gebruik van de logeerunit om zijn vaderrol te versterken is herhaaldelijk vertraagd door de coronamaatregelen en doordat beide moeders van zijn kinderen wisselend waren in hun motivatie voor de logeerunit. Zij balen onder andere van de egocentrische opstelling van betrokkene.
De afgelopen jaren heeft betrokkene zich constructief ingezet voor verschillende therapieën.
Op 14 februari 2022 is een verlofmachtiging voor begeleide verloven afgegeven. Hij doorloopt een stappenplan met begeleide verloven. Dit is herhaaldelijk vertraagd door onbetrouwbaarheden en eigengereid gedrag, maar er hebben zich nimmer incidenten voorgedaan. Sinds september 2022 heeft betrokkene netwerk- en vrijetijdsverloven.
Betrokkene blijkt beperkt open te zijn over de spanningen in zijn netwerk. Daardoor moesten de netwerkverloven verder uitgesteld worden. Naar verwachting zal het lopen van onbegeleide werkverloven de responsiviteit van de behandeling vergroten, mede omdat door succeservaringen de noodzaak voor narcistische overcompensatie wordt verkleind. Op 18 oktober 2022 is onbegeleid werkverlof goedgekeurd, mits betrokkene meewerkt aan een GPS-volgsysteem.
De inrichting schat het recidiverisico bij beëindiging van de tbs-maatregel hoog in.
De verwachting is dat betrokkene een regulier verloftraject zal doorlopen. De eerste vervolgstap zal een plaatsing op de zelfstandige wooneenheid van de Porto Cabins zijn. Het einddoel is waarschijnlijk een verblijf in een zelfstandige wooneenheid, met passende begeleiding en controle.
De inrichting heeft geadviseerd om de tbs-maatregel en de verpleging van overheidswege met twee jaar te verlengen.
De deskundige voornoemd heeft ter zitting het advies van de inrichting toegelicht.
De rapportages van de niet aan de inrichting verbonden deskundigen zijn op cruciale punten incompleet. De vijandigheid van betrokkene ontbreekt in de rapportages. Bij een nieuw uit te voeren PCL-r test zal betrokkene mogelijk een paar punten lager scoren, maar het gedrag van betrokkene is belangrijker voor een volgende stap dan de uitslag van de PCL-r-test. Betrokkene vertraagt zijn traject door zijn onbetrouwbare en vijandige gedrag. Bij één van de moeders van zijn kinderen gaat hij over grenzen heen, terwijl er twee begeleiders bij aanwezig zijn.
De deskundige heeft de indruk dat betrokkene zich bij de niet aan de inrichting verbonden deskundigen zo goed heeft gedragen dat zij de psychopathie niet zien. De deskundige onderschrijft niet dat de tbs-maatregel van betrokkene mogelijk volgend jaar voorwaardelijk kan worden beëindigd.
Er is onbegeleid werkverlof aangevraagd. Door zijn onbetrouwbaarheid heeft betrokkene alleen verlof bij het werkhuis en niet extern. Het is de bedoeling om de volgende keer ook onbegeleid boodschappenverlof aan te vragen. De volgende stap is overplaatsing naar de Porto Cabins en voor te bereiden op samenwerking met de reclassering. Dit kan pas als de onbegeleide werk- en boodschappenverloven goed verlopen. Betrokkene moet leren om feedback te ontvangen. Hoewel er zeker een positieve tendens zichtbaar is, is er nog wel een tekort aan vaardigheden.

4.Het standpunt van de niet aan de inrichting verbonden deskundigen

De psychiater heeft het volgende benoemd.
Bij betrokkene is sprake van een persoonlijkheidsstoornis met antisociale, narcistische, borderline en psychopathische kenmerken, mogelijk ook ADHD en een matig ernstige stoornis in het gebruik van alcohol en cannabis in langdurige remissie in de tbs-setting. De persoonlijkheidsstoornis lijkt minder scherp aan de orde dan enkele jaren terug. De eerder benoemde forse psychopathie ziet de psychiater niet meer terug, de indruk is meer die van psychopatische trekken.
Bij beëindiging van de tbs-maatregel wordt het recidiverisico op korte termijn matig tot hoog geschat. Bij een geleidelijk ondersteunde getoetste afbouw van de maatregel wordt het risico op laag tot matig geschat.
Betrokkene heeft actief meegewerkt aan de behandeling. Hij lijkt veel meer rationeel besef te hebben over hoe hij in een relatie staat en de emoties die hij met zijn gedrag bij een ander oproept. Het is nog niet echt verankerd en moet nog verder verstevigd worden, maar het is een belangrijke stap. Omdat de forse antisociale/narcistische persoonlijkheidsstoornis slechts beperkt toegankelijk is voor behandeling mag de bereikte winst op rationeel/cognitief vlak in combinatie van abstinentie van middelen en het geen contact meer hebben met het oude drugs- en criminele netwerk als een positieve ontwikkeling worden gezien.
De psychiater adviseert dat als het werkverlof enige maanden voldoende loopt ook ingezet wordt op breder onbegeleid verlof. Als de ontwikkelingen komend jaar voldoende getoetst kunnen worden, er zich geen grote problemen voordoen en betrokkene zich voldoende committeert, is er over ruim een jaar mogelijk een situatie dat het toezicht naar de reclassering kan worden overgedragen en de maatregel voorwaardelijk kan worden beëindigd.
Gelet op het matig tot hoge recidiverisico, de fase van de behandeling en de noodzaak van geleidelijke en getoetste overgang naar de volgende stappen heeft de psychiater verlenging van de tbs-maatregel geadviseerd. Daarbij is geadviseerd om de verlengingen met één jaar te laten plaatsvinden, zodat over een jaar beoordeeld kan worden of een voorwaardelijke beëindiging aan de orde is.
De psycholoog heeft het volgende benoemd.
Bij betrokkene is sprake van een gebrekkige ontwikkeling en een ziekelijke stoornis van de geestvermogens in de zin van een persoonlijkheidsstoornis met antisociale en narcistische kenmerken en problematisch middelengebruik in het verleden. De psycholoog kan geen psychopathie bij betrokkene vaststellen.
Bij beëindiging van tbs-maatregel scoort betrokkene hoog op de risicohanteringsitems.
De behandeling lijkt bij betrokkene aan te slaan; er is meer inzicht, controle en besef. Er zit een positief momentum in de behandeling en dat moet worden aangejaagd door naast behandeling ook snel verder te gaan met de resocialisatie. Onbegeleid verlof lijkt haalbaar en als het betrokkene lukt om verder te profiteren van de behandeling en hij goed kan omgaan met een toename van vrijheden, dan komt wonen buiten de kliniek ook snel dichterbij. Het is belangrijk betrokkene nu de kans te geven om te laten zien wat hij kan en de verantwoordelijkheid ook bij hem te leggen.
De psycholoog adviseert daarom de tbs-maatregel met verpleging van overheidswege met één jaar te verlengen.

5.Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft naar aanleiding van het verhandelde ter zitting haar vordering strekkende tot verlenging van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege met twee jaar gehandhaafd.

6.Het standpunt van de verdediging

De raadsvrouw heeft gepleit voor een verlenging van de maatregel voor de duur van een jaar. Daartoe is aangevoerd dat de onafhankelijke deskundigen los van elkaar hebben geadviseerd om de tbs-maatregel met één jaar te verlengen. Er moet adequaat gehandeld worden en doorgepakt worden. Hoe betrokkene zich gedraagt bij onbegeleid verlof geeft behandelinzichten. Dat verlof moet dan wel geregeld worden.
De raadsvrouw heeft tevens aangegeven dat komend jaar ook contact moet worden gelegd met de reclassering voor de beoordeling of volgend jaar de tbs-maatregel voorwaardelijk beëindigd kan worden.

7.Het oordeel van de rechtbank

Maximering
Betrokkene is bij arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 9 november 2018 veroordeeld voor mensenhandel, meermalen gepleegd.
Het hof heeft daarin overwogen dat de opgelegde terbeschikkingstelling niet is gemaximeerd.
Stoornis en recidivegevaar
Uit het verlengingsadvies en de Pro Justitia-rapportages blijkt dat er nog steeds sprake is van een stoornis bij betrokkene, te weten een persoonlijkheidsstoornis met antisociale en narcistische kenmerken en misbruik van cannabis en alcohol, in remissie door opname. De inrichting en de psychiater zien daarnaast ook borderline en psychopathische kenmerken, waarbij de inrichting spreekt over psychopathie. Deze psychopathie wordt door de psycholoog niet meer waargenomen. Door de psychiater wordt tevens benoemd dat er mogelijk sprake is van ADHD.
Het recidivegevaar wordt bij beëindiging van de maatregel als hoog ingeschat.
De rechtbank heeft geen reden om aan de juistheid en betrouwbaarheid van de inhoud van het advies en de rapportages van de deskundigen te twijfelen en neemt dit over.
Verlenging
Gelet op het advies van de inrichting en de niet aan de inrichting verbonden deskundigen en hetgeen overigens ter zitting naar voren is gekomen, is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen verlenging van de terbeschikkingstelling eist. Zij is van oordeel dat wordt voldaan aan de vereisten van proportionaliteit en subsidiariteit.
Uit het verlengingsadvies en de rapportages komt naar voren dat betrokkene zich goed heeft ingezet voor zijn behandeling. Hij maakt mooie stappen. De (begeleide) verloven verlopen naar wens, maar betrokkene heeft nog wel het nodige te leren.
De komende periode zal het verlof verder worden uitgebreid en daarmee ook de vrijheden van betrokkene, waarbij een plaatsing op de zelfstandige wooneenheid in het verschiet ligt.
De rechtbank gaat voorbij aan het verzoek van betrokkene om de termijn van terbeschikkingstelling vooralsnog met een jaar te verlengen. Het uitgangspunt van de rechtbank is dat, wanneer aannemelijk is geworden dat de behandeling meer tijd in beslag zal nemen dan een jaar, de terbeschikkingstelling - behoudens bijzondere omstandigheden - verlengd dient te worden met een termijn van twee jaar.
De rechtbank stelt op basis van het verlengingsadvies en de door de deskundige ter zitting gegeven toelichting en de rapportages vast dat niet te verwachten is dat binnen een jaar gronden aanwezig kunnen zijn die een beëindiging van de terbeschikkingstelling rechtvaardigen. Verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van een jaar zou bij betrokkene de verwachting kunnen wekken dat dit wel het geval zou zijn. De inrichting heeft onderbouwd geadviseerd om te verlengen met twee jaar en de onafhankelijke psychiater heeft aangegeven dat over
ruimeen jaar, en dus niet binnen een jaar, mogelijk een situatie bestaat waarin het toezicht naar de reclassering kan worden overgedragen. De rechtbank is van oordeel dat het verloftraject dat betrokkene nog dient te doorlopen niet binnen een jaar te realiseren is.
De rechtbank ziet overigens ook geen aanleiding een vinger aan de pols te houden.
De rechtbank zal daarom de maatregel met twee jaar verlengen.

8.De beslissing

De rechtbank verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege van
[betrokkene]met twee jaar.
Deze beslissing is genomen door mr. J.W.B. Snijders Blok, voorzitter, mrs. H. den Haan en V.A. Groeneveld, rechters, in tegenwoordigheid van mr. B.T. Feenstra als griffier en in het openbaar uitgesproken op 23 december 2022.
Mr. H. den Haan is buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.