In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen het uitblijven van een beslissing door de Belastingdienst/Toeslagen op haar aanvraag van 26 april 2021 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. Eiseres stelt dat verweerder niet tijdig heeft beslist en heeft verweerder in gebreke gesteld op 11 mei 2022. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden en dat het beroep gegrond is. De rechtbank heeft verweerder opgedragen om alsnog binnen een termijn van twaalf weken na het verweerschrift een besluit te nemen, met een uiterste datum van 16 januari 2023. Indien verweerder deze termijn overschrijdt, moet hij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast is verweerder veroordeeld tot betaling van de proceskosten van eiseres ter hoogte van € 379,50 en het terugbetalen van het griffierecht van € 50,-. De uitspraak is gedaan door mr. M.C. Verra op 22 november 2022.