ECLI:NL:RBMNE:2022:529

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
23 februari 2022
Publicatiedatum
15 februari 2022
Zaaknummer
UTR 21/3820
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens niet-betaling griffierecht

In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, wordt het beroep van eiser tegen een besluit van verweerder, het Centrum Indicatiestelling Zorg, behandeld. Het beroep betreft een besluit dat op 29 juli 2021 is genomen. De rechtbank heeft besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat dit in deze zaak niet noodzakelijk is. Dit is gebaseerd op artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), aangezien eiser het griffierecht niet heeft betaald.

De rechtbank legt uit dat het betalen van griffierecht een vereiste is voor het indienen van een beroep, zoals vermeld in artikel 8:41, eerste lid, van de Awb. In dit geval bedraagt het griffierecht € 49,-. De rechtbank heeft eiser op 21 oktober 2021 een aangetekende brief gestuurd met de mededeling dat het griffierecht binnen vier weken betaald moest worden. Aangezien het griffierecht niet is ontvangen en eiser geen geldige reden heeft gegeven voor deze niet-betaling, kan de rechtbank het beroep niet inhoudelijk behandelen.

De rechtbank concludeert dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is en er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De beslissing is genomen door rechter R.J.A. Schaaf en is op 23 februari 2022 uitgesproken. De uitspraak zal openbaar worden gemaakt via rechtspraak.nl.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 21/3820

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 23 februari 2022 in de zaak tussen

[eiser] , te [woonplaats] , eiser

(gemachtigde: mr. M. el Ahmadi),
en

Centrum Indicatiestelling Zorg, verweerder.

Procesverloop

Deze uitspraak gaat over het beroep van eiser tegen het besluit van verweerder van
29 juli 2021.

Overwegingen

1. De rechtbank nodigt partijen niet uit voor een zitting, omdat dat in deze zaak niet nodig is (artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)). Eiser heeft namelijk het griffierecht niet betaald, waardoor de rechtbank de zaak niet inhoudelijk kan behandelen. Hieronder legt de rechtbank dat verder uit.
2. Iemand die in beroep gaat moet griffierecht betalen. Dit staat in artikel 8:41, eerste lid, van de Awb. In dit geval is het griffierecht € 49,-.
3. Als het griffierecht niet (op tijd) wordt betaald, is de hoofdregel dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk mag behandelen. Soms is dat anders. Dan is er een geldige reden waarom het griffierecht niet door de rechtbank is ontvangen. Het gaat dan om omstandigheden waar eiser niets aan kan doen.
4. De rechtbank heeft eiser op 21 oktober 2021 een aangetekende brief gestuurd, waarin staat dat eiser het griffierecht binnen vier weken moet betalen aan de rechtbank.
5. De rechtbank heeft het bedrag niet ontvangen. Eiser heeft daar geen geldige reden voor gegeven.
6. Het beroep zal niet inhoudelijk worden behandeld en de rechtbank zal geen uitspraak over het beroep doen. Het beroep is kennelijk niet-ontvankelijk.
7. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. R.J.A. Schaaf, rechter, in aanwezigheid van
J. Fagel, griffier. De beslissing is uitgesproken op 23 februari 2022 en zal openbaar worden gemaakt door publicatie op rechtspraak.nl.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum op de stempel die hierboven staat. Als u graag een zitting wilt waarbij u persoonlijk uw mening aan de rechter kunt geven, kunt u dit in uw verzetschrift aangeven.