In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 18 november 2022, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag op 7 april 2021, maar de Belastingdienst/Toeslagen had niet tijdig beslist. Eiseres stelde verweerder in gebreke op 4 mei 2022, waarna zij op 4 augustus 2022 beroep instelde. De rechtbank oordeelde dat de beslistermijn was overschreden en dat verweerder alsnog een besluit moest nemen. De rechtbank bepaalde dat verweerder dit binnen twaalf weken moest doen, met een uiterste datum van 25 januari 2023. Tevens werd een bestuurlijke dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn werd overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres kreeg ook een vergoeding voor proceskosten van € 379,50 en het door haar betaalde griffierecht van € 50,- moest door verweerder worden vergoed. De rechtbank benadrukte dat de dwangsomregeling van toepassing was en dat de termijn voor het nemen van een besluit in dit geval was verlengd.