In deze zaak heeft eiseres, een hotel-restaurant in [plaats], een vergunning aangevraagd voor het parkeren van voertuigen op het binnenterrein van haar hotel, dat de bestemming 'tuin' heeft. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gooise Meren heeft deze vergunning geweigerd, omdat het parkeren in strijd is met het bestemmingsplan en niet aanvaardbaar is vanuit ruimtelijk oogpunt. De rechtbank heeft geoordeeld dat het college terecht heeft geoordeeld dat het parkeren op het binnenterrein in strijd is met het bestemmingsplan. De rechtbank heeft vastgesteld dat de bestemming 'Tuin-1' en de dubbelbestemming 'Archeologie' op het binnenterrein rusten, en dat parkeren daar niet als normaal gebruik van een tuin kan worden aangemerkt. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat het college in redelijkheid het belang van een goede ruimtelijke ordening zwaarder heeft laten wegen dan het belang van eiseres om te parkeren. Eiseres heeft verder aangevoerd dat het gelijkheidsbeginsel is geschonden, omdat in de omgeving door anderen zonder vergunning wordt geparkeerd. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat er geen sprake is van gelijke gevallen, omdat de bestemmingen verschillen. De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard en haar geen griffierecht of proceskostenvergoeding toegekend.