ECLI:NL:RBMNE:2022:4673
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing voorlopige voorziening omgevingsvergunning communicatiemast wegens te late indiening bezwaarschrift
Op 4 oktober 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen een verzoeker en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente [plaats]. De zaak betreft een verzoek om een voorlopige voorziening tegen een omgevingsvergunning voor het plaatsen van een communicatiemast, die op 1 juli 2022 aan de vergunninghouder was verleend. Verzoeker, samen met andere omwonenden, heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar het bezwaarschrift is te laat ingediend. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat het bezwaarschrift op 16 augustus 2022 is ingediend, terwijl de wettelijke termijn van zes weken na de bekendmaking van het besluit op 1 juli 2022 op 12 augustus 2022 eindigde.
De voorzieningenrechter heeft overwogen dat de publicatie van het besluit in het gemeenteblad op 14 juli 2022 niet de wettelijke bezwaartermijn verlengt. De voorzieningenrechter oordeelt dat verzoeker en de omwonenden niet tijdig hebben gereageerd en dat er geen geldige reden is voor de te late indiening van het bezwaarschrift. Hierdoor is het bezwaar kennelijk niet-ontvankelijk.
Gelet op deze overwegingen heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen als kennelijk ongegrond. Er zijn geen proceskosten aan de zijde van de verzoeker toegewezen. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.