ECLI:NL:RBMNE:2022:4672
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- K. de Meulder
- M.H.L. Debets
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening wegens niet-betaling griffierecht
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 25 oktober 2022 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening. Verzoekster, die bezwaar had gemaakt tegen een besluit van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, verzocht om een voorlopige voorziening nadat haar Ziektewet-uitkering was stopgezet per 15 juli 2022. De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zonder zitting uitspraak gedaan.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat verzoekster het verschuldigde griffierecht van € 50,- niet tijdig heeft betaald. De griffier had verzoekster per aangetekende brief op 19 september 2022 in de gelegenheid gesteld om het griffierecht binnen twee weken te voldoen. Aangezien verzoekster dit niet heeft gedaan en geen geldige reden heeft opgegeven voor de niet-betaling, heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.
De uitspraak is openbaar gedaan en er is geen mogelijkheid tot hoger beroep of verzet tegen deze beslissing. De voorzieningenrechter heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is verzonden aan de betrokken partijen, waarbij de griffier en de voorzieningenrechter aanwezig waren bij de uitspraak.