In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zitting houdende in Utrecht, op 11 november 2022 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure tussen een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, aangeduid als [verzoekster] B.V., en een particulier, aangeduid als [verweerder]. Het verzoek van [verzoekster] betreft de verlenging van de ontruimingstermijn van een villa die zij huurt van [verweerder]. De huurovereenkomst is voor onbepaalde tijd en [verzoekster] gebruikt de villa voor het bieden van naschoolse begeleiding en opvang voor autistische kinderen.
[verweerder] heeft de huur opgezegd per 1 augustus 2022 en de ontruiming aangezegd. [verzoekster] heeft hierop gereageerd met een verzoek om de ontruimingstermijn met een jaar te verlengen, omdat de belangen van de huurder bij voortzetting van het gebruik zwaarder wegen dan die van de verhuurder bij ontruiming. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de belangen van [verzoekster] zwaarder wegen, omdat de kwetsbare jongeren die zij opvangt een rustige omgeving nodig hebben, en dat het voor [verzoekster] moeilijk is om een alternatieve locatie te vinden.
De kantonrechter heeft het verzoek van [verzoekster] toegewezen en de ontruimingstermijn verlengd tot 1 augustus 2023. Tevens is [verweerder] veroordeeld in de proceskosten van [verzoekster], die zijn begroot op € 498,-. De wettelijke rente over deze kosten is toegewezen vanaf de vijftiende dag na betekening van de beschikking. De uitspraak is gedaan door mr. V. van Dam, kantonrechter, en openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.