ECLI:NL:RBMNE:2022:4333

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
11 november 2022
Publicatiedatum
1 november 2022
Zaaknummer
10066363
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging ontruimingstermijn huurovereenkomst voor onbepaalde tijd met betrekking tot villa voor zorgverlening

In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zitting houdende in Utrecht, op 11 november 2022 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure tussen een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, aangeduid als [verzoekster] B.V., en een particulier, aangeduid als [verweerder]. Het verzoek van [verzoekster] betreft de verlenging van de ontruimingstermijn van een villa die zij huurt van [verweerder]. De huurovereenkomst is voor onbepaalde tijd en [verzoekster] gebruikt de villa voor het bieden van naschoolse begeleiding en opvang voor autistische kinderen.

[verweerder] heeft de huur opgezegd per 1 augustus 2022 en de ontruiming aangezegd. [verzoekster] heeft hierop gereageerd met een verzoek om de ontruimingstermijn met een jaar te verlengen, omdat de belangen van de huurder bij voortzetting van het gebruik zwaarder wegen dan die van de verhuurder bij ontruiming. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de belangen van [verzoekster] zwaarder wegen, omdat de kwetsbare jongeren die zij opvangt een rustige omgeving nodig hebben, en dat het voor [verzoekster] moeilijk is om een alternatieve locatie te vinden.

De kantonrechter heeft het verzoek van [verzoekster] toegewezen en de ontruimingstermijn verlengd tot 1 augustus 2023. Tevens is [verweerder] veroordeeld in de proceskosten van [verzoekster], die zijn begroot op € 498,-. De wettelijke rente over deze kosten is toegewezen vanaf de vijftiende dag na betekening van de beschikking. De uitspraak is gedaan door mr. V. van Dam, kantonrechter, en openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht
kantonrechter
locatie Utrecht
zaaknummer: 10066363 UE VERZ 22-253 JPd/45024
Beschikking van 11 november 2022
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[verzoekster] B.V.,
gevestigd in [vestigingsplaats] ,
verder ook te noemen: [verzoekster] ,
verzoekende partij,
gemachtigde: mr. M.B. Bruinsma,
tegen:
[verweerder],
wonend in [woonplaats] ,
verder ook te noemen: [verweerder] ,
verwerende partij,
gemachtigde: mr. V.L.M.J. Boitelle.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift van [verzoekster] , ter griffie binnengekomen op 25 augustus 2022,
  • het verweerschrift van [verweerder] ter griffie binnengekomen op 4 september 2022,
  • het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 14 oktober 2022, waaraan de zittingsaantekeningen zijn gehecht.
1.2.
Hierna is uitspraak bepaald.

2.De motivering

2.1.
[verzoekster] heeft van [verweerder] de villa aan de [adres] in [plaats] gehuurd (hierna ook: het gehuurde). Het betreft een huurovereenkomst voor onbepaalde tijd. [verzoekster] gebruikt deze ruimte - kort gezegd - voor naschoolse begeleiding, individuele begeleiding, vakantieweken en weekendopvang van autistische kinderen en voor ouderbegeleiding .
2.2.
Per brief van 12 april 2022 heeft [verweerder] de huur opgezegd tegen 1 augustus 2022 en de ontruiming aangezegd tegen die datum. [verzoekster] heeft in die opzegging berust. In het op 25 augustus 2022 ingekomen verzoekschrift vraagt [verzoekster] de ontruimingstermijn te verlengen voor een periode van één jaar, met veroordeling van [verweerder] in de proceskosten met rente. [verweerder] heeft zich in eerste instantie op het standpunt gesteld dat het verzoek moet worden afgewezen. Ter zitting heeft hij bij monde van zijn advocaat echter aangegeven zich te refereren aan het oordeel van de kantonrechter.
2.3.
Een dergelijk verzoek kan op grond van artikel 7:230a van het Burgerlijk Wetboek slechts worden toegewezen indien de belangen van de huurder door de ontruiming ernstiger worden geschaad dan die van verhuurder bij voortzetting van het gebruik.
2.4.
Het verzoek van [verzoekster] is tijdig ingediend en zal worden toegewezen. De belangen van huurder worden door de ontruiming namelijk ernstiger geschaad dan die van verhuurder bij voortzetting van het gebruik.
[verzoekster] vangt kwetsbare jongeren op en begeleidt ze. Daarvoor is een rustige prikkelarme omgeving nodig en de bosrijke omgeving in [plaats] past daar, volgens de onbetwiste stelling van [verzoekster] , goed bij. [verzoekster] heeft toegelicht dat de huidige locatie daardoor uniek is en het lastig is om een passende ruimte te vinden waar zij haar uitgebreide diensten kan verlenen, te meer nu zij met gecontracteerde zorg gebonden is aan de regio [.] . Indien de villa op korte termijn moet worden ontruimd, zullen de kwetsbare bezoekers van [verzoekster] dus niet elders opgevangen kunnen worden. Daar staat het belang van [verweerder] tegenover dat hij kopers van de villa geen duidelijkheid kan geven omtrent het kunnen gebruikmaken daarvan. Zorginstellingen willen weten wanneer zij in de ruimte kunnen. Concreet zicht op een koper heeft [verweerder] evenwel niet en [verweerder] heeft ter zitting aangegeven niet op hete kolen te zitten. Zijn belang weegt dan ook niet op tegen het belang van [verzoekster] .
2.5.
Partijen hebben niet aangevoerd het oneens te zijn over de som die de huurder gedurende de termijn waarmee de verlenging heeft plaatsgevonden zal moeten betalen waardoor de kantonrechter die niet zal vaststellen en de rechten en verplichtingen uit de huurovereenkomst tussen partijen van kracht blijven.
2.6.
[verweerder] heeft ongelijk gekregen. Hij zal daarom de proceskosten van [verzoekster] moeten betalen. De kosten van [verzoekster] worden begroot op € 498,- aan salaris gemachtigde (twee punten keer het tarief van € 249). De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten zal worden toegewezen met inachtneming van de hierna te bepalen termijn.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
verlengt de termijn waarbinnen het gehuurde dient te worden ontruimd tot 1 augustus 2023;
3.2.
veroordeelt [verweerder] in de proceskosten aan de kant van [verzoekster] , tot de uitspraak van deze beschikking begroot op € 498 aan salaris gemachtigde, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de vijftiende dag na de datum van betekening van deze beschikking tot de dag van volledige betaling.
Deze beschikking is gegeven door mr. V. Van Dam, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 11 november 2022.