ECLI:NL:RBMNE:2022:404
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Terugvordering van een rentedragende lening op basis van de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers (Tozo) na beëindiging van het bedrijf
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 7 februari 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen eisers, een ondernemer en haar partner, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Almere. De zaak betreft de terugvordering van een rentedragende lening die eisers hadden ontvangen op basis van de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers (Tozo). De lening van € 7.496,22 werd door verweerder teruggevorderd omdat eiseres haar onderneming had beëindigd.
Eisers voerden aan dat de beëindiging van het bedrijf niet vrijwillig was, maar het gevolg van de coronamaatregelen. Tijdens de zitting vroegen zij om kwijtschelding van de lening, omdat zij in financiële problemen verkeerden en onvoldoende middelen hadden voor hun levensonderhoud. De rechtbank oordeelde echter dat de Tozo-regeling vereist dat de lening altijd volledig moet worden terugbetaald, en dat er geen zeer dringende redenen waren om van de terugvordering af te zien.
De rechtbank concludeerde dat verweerder terecht de lening had teruggevorderd, aangezien eiseres haar onderneming had beëindigd. De rechtbank wees het beroep van eisers ongegrond en gaf aan dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gemaakt en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij de Centrale Raad van Beroep.