ECLI:NL:RBMNE:2022:3960
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- R.C. Stijnen
- A.C. van den Boogaard
- M.M. Janssen
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek niet-ontvankelijk na einduitspraak door de rechter
Op 3 oktober 2022 heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een wrakingszaak. Verzoeker had op 21 september 2022 een verzoek tot wraking ingediend tegen mr. Ö. Duran bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Dit verzoek werd echter doorgestuurd naar de wrakingskamer van de rechtbank Midden-Nederland, waar het op 26 september 2022 werd ontvangen. Na navraag bleek dat niet mr. Ö. Duran, maar mr. P. Elferink de behandelend rechter was in de relevante zaken. De wrakingskamer besloot om het wrakingsverzoek zonder zitting te behandelen, in afwijking van de gebruikelijke procedure.
De wrakingskamer heeft vastgesteld dat in de zaken waartegen het wrakingsverzoek was gericht, op 14 september 2022 einduitspraak was gedaan. Volgens artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering kan een rechter niet meer gewraakt worden nadat er een einduitspraak is gedaan, omdat de behandeling van de zaak dan is geëindigd. Het doel van wraking, namelijk het voorkomen van bemoeienis van een vooringenomen rechter, kan niet meer worden bereikt na een einduitspraak.
Daarom heeft de wrakingskamer besloten dat verzoeker niet-ontvankelijk is in zijn wrakingsverzoek. De beslissing is openbaar uitgesproken op 3 oktober 2022, en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing. De griffier is opgedragen om deze beslissing te communiceren aan alle betrokken partijen.