In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 14 juni 2022, wordt het beroep van eiseres behandeld tegen de Belastingdienst/Toeslagen. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen een besluit van de Belastingdienst van 8 juni 2021, maar de Belastingdienst heeft niet tijdig op dit bezwaar beslist. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres op 9 juli 2021 bezwaar heeft gemaakt en dat de Belastingdienst in zijn brief van 25 augustus 2021 heeft bevestigd dat uiterlijk op 13 oktober 2021 een besluit zou worden genomen. Aangezien deze termijn is overschreden, heeft eiseres de Belastingdienst op 15 februari 2022 in gebreke gesteld. De rechtbank heeft geoordeeld dat de Belastingdienst alsnog binnen een termijn van dertien weken na de uitspraak een besluit moet nemen, waarbij bijzondere omstandigheden zijn erkend die deze termijn rechtvaardigen. Eiseres heeft verzocht om een hogere dwangsom, maar de rechtbank heeft bepaald dat de dwangsom € 100,- per dag bedraagt, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, het niet tijdig nemen van een besluit vernietigd en de Belastingdienst veroordeeld tot betaling van proceskosten aan eiseres. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn geïnformeerd over hun mogelijkheden om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.