In deze civiele procedure, behandeld door de kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland, heeft eiseres, een besloten vennootschap, een vordering ingesteld tegen gedaagde, eveneens een besloten vennootschap, wegens onbetaalde facturen voor het plaatsen van keukens. De eiseres heeft facturen ter waarde van € 11.259,55 gestuurd naar gedaagde en een andere handelsnaam, maar gedaagde betwistte de vordering op basis van de stelling dat eiseres de verkeerde vennootschap had gedagvaard. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er onduidelijkheid bestond over wie de juiste contractpartij was, maar oordeelde dat de verwarring voor rekening van gedaagde moest komen, aangezien deze onder een gemeenschappelijke naam met haar zustermaatschappij naar buiten was opgetreden.
De procedure begon met een dagvaarding en een conclusie van antwoord, maar de mondelinge behandeling ging niet door omdat eiseres de procedure wilde intrekken, wat gedaagde niet accepteerde. De kantonrechter heeft vervolgens bepaald dat de procedure schriftelijk zou voortzetten. Eiseres heeft betoogd dat gedaagde onterecht een beroep deed op verrekening van facturen en dat zij gehouden was tot betaling van de openstaande bedragen, vermeerderd met rente en kosten. Gedaagde heeft zich enkel verdedigd door te stellen dat eiseres de verkeerde vennootschap had gedagvaard.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat eiseres voldoende bewijs heeft geleverd van de door haar verrichte werkzaamheden en dat gedaagde aansprakelijk is voor de betaling van de facturen. De vordering van eiseres is integraal toegewezen, inclusief de gevorderde buitengerechtelijke kosten. Gedaagde is veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 2.238,41. De uitspraak is gedaan op 28 september 2022.