ECLI:NL:RBMNE:2022:3672

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
12 augustus 2022
Publicatiedatum
14 september 2022
Zaaknummer
AWB 22/1478, AWB 22/1471 en AWB 22/1470
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursprocesrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet-betaling griffierecht

In deze zaak hebben eisers beroep aangetekend tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente De Ronde Venen, gedateerd 24 januari 2022. De rechtbank heeft vastgesteld dat eisers het verschuldigde griffierecht van € 184,- niet hebben betaald. Op 7 mei 2022 is aan eisers een aangetekende brief verzonden met de mededeling dat het griffierecht binnen vier weken betaald moest worden. Op 5 juni 2022 is een herinnering verzonden, maar ook na deze herinnering is het griffierecht niet voldaan. De rechtbank heeft in overweging genomen dat, volgens artikel 8:41 van de Algemene wet bestuursrecht, het niet betalen van het griffierecht leidt tot niet-ontvankelijkheid van het beroep.

De rechtbank heeft geen zitting gehouden, omdat dit in deze zaak niet nodig was. Eisers hebben geen geldige reden gegeven voor het niet betalen van het griffierecht. De rechtbank heeft vastgesteld dat de bezwaarschriften van eisers terecht als beroepschrift zijn doorgezonden, maar dat de fout van verweerder in de publicatie van de bezwaarclausule niet leidt tot een vrijstelling van het griffierecht. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep niet inhoudelijk kan worden behandeld en heeft het beroep daarom kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.

Eisers hebben geen gelijk gekregen en er is geen proceskostenvergoeding toegewezen. De uitspraak is gedaan door rechter J.J. Catsburg en is openbaar uitgesproken op 12 augustus 2022. De griffier was verhinderd om de uitspraak te ondertekenen.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummers: UTR 22/1478, UTR 22/1471 en UTR 22/1470

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 12 augustus 2022 in de zaak tussen

[eiser] , te [woonplaats] , zaaknummer UTR 22/1478, eiser

[eiseres 1], te [woonplaats] , zaaknummer UTR 22/1471, eiseres 1
[eiseres 2], te [woonplaats] , zaaknummer UTR 22/1470, eiseres 2,
gezamenlijk: eisers
,
en
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente De Ronde Venen, te Mijdrecht, verweerder

Procesverloop

Deze uitspraak gaat over de beroepen van eisers tegen het besluit van verweerder van 24 januari 2022.
Op 7 mei 2022 is aan eisers de nota voor het betalen van het griffierecht aangetekend verzonden, met een termijn van vier weken.
Op 5 juni 2022 is aan eisers een herinnering verzonden voor het betalen van het griffierecht, met een termijn van vier weken.

Overwegingen

1. De rechtbank nodigt partijen niet uit voor een zitting, omdat dat in deze zaak niet nodig is. Eisers hebben namelijk het griffierecht niet betaald, waardoor de rechtbank de zaak niet inhoudelijk kan behandelen. Hieronder legt de rechtbank dat verder uit.
2. Iemand die in beroep gaat moet griffierecht betalen. Dit staat in artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). In dit geval is het griffierecht € 184,-.
3. Als het griffierecht niet wordt betaald is de hoofdregel dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk mag behandelen. Soms is dat anders. Dan is er een geldige reden waarom het griffierecht niet door de rechtbank is ontvangen. Het gaat dan om omstandigheden waar eisers niets aan kunnen doen.
4. De rechtbank heeft eisers op 7 mei 2022 een aangetekende brief gestuurd, waarin staat dat eisers het griffierecht binnen vier weken moeten betalen aan de rechtbank. Op 5 juni 2022 heeft de rechtbank aan eisers een herinnering gestuurd, waarbij eisers opnieuw een termijn van vier weken is gegund.
5. De rechtbank heeft het bedrag niet ontvangen. Eisers hebben daar geen geldige reden voor gegeven. Verweerder heeft de bezwaarschriften van eisers als beroepschrift doorgezonden aan de rechtbank. [1] Dat is terecht omdat eisers niet tegen een besluit op bezwaar in bezwaar kunnen. Verweerder heeft echter een verkeerde publicatie in het huis-aan-huisblad De Groene Venen gedaan en daarin ten onrechte een bezwaarclausule opgenomen. Eiser en eiseres 1 zijn van mening dat verweerder door deze fout het griffierecht verschuldigd is en niet zij. Eiseres 2 heeft geen reden gegeven waarom zij het griffierecht niet betaalt. Voor het in behandeling nemen van een beroep zijn eisers volgens de wet griffierecht verschuldigd. Als eiser en eiseres 1 vinden dat verweerder dat moet betalen, dan moeten zij dat met verweerder regelen nadat zij het griffierecht hebben voldaan. Hun standpunt dat verweerder het griffierecht moet betalen, betekent echter niet dat eisers het griffierecht niet verschuldigd zijn.
6. Het beroep zal niet inhoudelijk worden behandeld en de rechtbank zal geen uitspraak over het beroep doen. Het beroep is kennelijk niet-ontvankelijk (artikel 8:54 Awb).
7. Eisers krijgen geen gelijk en daarom ook geen vergoeding van zijn proceskosten.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.J. Catsburg, rechter, in aanwezigheid van M.A.W.M. Engels, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 12 augustus 2022.
De griffier is verhinderd om de
uitspraak te ondertekenen
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum op de stempel die hierboven staat. Als u graag een zitting wilt waarbij u persoonlijk uw mening aan de rechter kunt geven, kunt u dit in uw verzetschrift aangeven.

Voetnoten

1.Op grond van artikel 6:15 van de Awb.