4.3Het oordeel van de rechtbank
Feit 1 en feit 2
Op 25 juli 2021 deed [slachtoffer 1] , die woont aan de [adres] in [plaats] , aangifte bij de politie. Hij verklaarde dat hij in de nacht van 25 juli 2021 thuis was. Hij hoorde om 02.35 uur gerommel. Daarna zag hij een persoon in zijn slaapkamer staan, die met een lampje in zijn gezicht scheen. Toen [slachtoffer 1] ging schreeuwen, heeft de persoon de woning verlaten. Beneden in de woning zag [slachtoffer 1] dat een raam dat grenst aan de tuin open stond. Het glas daarvan was gebroken en het kozijn was ontzet.
Op 25 juli 2021 deed [slachtoffer 2] , die woont aan de [adres] in [plaats] , aangifte bij de politie. Hij verklaarde dat hij eerder die dag werd gebeld door de buurman, die vertelde dat er bij hen was ingebroken. [slachtoffer 2] zag bij binnenkomst in de hal de kluis op de grond liggen, die normaal op zolder staat. De trap en de muur waren beschadigd. Ook het hek dat in de achtertuin van de woning staat en het kozijn van een raam aan de achterkant van de woning waren beschadigd.Volgens [slachtoffer 2] zijn de volgende goederen weggenomen:
- Een goud en metaal kleurig mannenhorloge van het merk Longines;
- Een goud en metaal kleurig vrouwenhorloge van het merk Longines;
- Een metalen sporthorloge;
- Een gouden broche in de letter H;
- Een witte parelketting;
- Een gouden ring;
- Een zilveren schakelketting;
- Een goudkleurige ketting;
- Een broche in de vorm van een vogel.
In de nacht van 25 juli 2021 kreeg de politie om 3.32 uur de melding om naar de [adres] in [plaats] te gaan. De melder had gezien dat er een man met een zaklamp stond te schijnen in de woningen. Even na 03.57 uur zag de politie een grijze Ford Focus, voorzien van het kenteken [kenteken] , staan in één van de parkeervakken aan de [straat] tegenover perceel [nummer] . In het voertuig zaten geen personen en het voertuig was nog warm.Dezelfde nacht kreeg de politie om 04.52 uur de melding van een woninginbraak aan de [adres] in [plaats] . Toen verbalisant [verbalisant 1] naar de achterkant van de woning rende, zag zij een persoon uit de tuin van die woning komen.
Verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3] zijn in de nacht van 25 juli 2021 rond 4.55 uur, nadat verbalisant [verbalisant 1] een persoon over de daken weg had zien rennen, naar de in de [straat] geparkeerde Ford Focus met kenteken [kenteken] gereden. Zij zagen toen dat, anders dan daarvoor, de ruiten van het voertuig beslagen waren en dat een persoon op de achterbank van het voertuig zat die wegdook bij het zien van de politie. Die persoon was [verdachte] , geboren op [2000] in [geboorteplaats] .
Om 05.05 uur hoorden verbalisanten [verbalisant 4] en [verbalisant 1] dat collega’s een persoon hadden aangehouden die helemaal nat van het zweet was. Verbalisant [verbalisant 1] zag vervolgens dat de aangehouden verdachte dezelfde persoon was als degene die zij eerder had zien weg rennen uit de tuin van de [adres] .
In de jas van verdachte [verdachte] werd een hoofdlampje gevonden.
Verbalisant [verbalisant 5] heeft een sporenonderzoek gedaan op de [adres] in [plaats] en de [adres] in [plaats] . In de woning aan de [adres] vond zij een roodkleurig breekijzer op een bureau in de studeerkamer (goednummer 2854593, SIN-nummer APD7969NL). In de nabije omgeving van de [straat] is in een brandgangetje een schroevendraaier gevonden (goednummer 2854479, SIN-nummer AAMO0706NL).
Verbalisant [verbalisant 6] heeft onderzoek gedaan naar de veiliggestelde werktuigsporen. Zij ontving de volgende goederen voor onderzoek:
[1] Zeven afvormingen van werktuigsporen, veiliggesteld tijdens een forensisch sporenonderzoek naar aanleiding van inbraak in een woning gelegen aan de [adres] te [plaats] .
[1.1] S1N AAMN8528NL, vindplaats: “sluitnaad raam, circa 10 cm vanaf onderzijde”;
[1.2] SIN AAMN8529NL, vindplaats: “raamdorpel inklimraam, links onder sluitnaad”;
[1.4] SIN AAMN8535NL, vindplaats: “onderzijde sluitnaad inklimraam”;
[1.5] SIN AANK2559NL, vindplaats: “raamdorpel onder inklimraam”;
[1.6] SIN AANK2560NL, vindplaats: “sluitnaad raam, circa 10 cm vanaf onderzijde”;
[1.7] SIN AANX0214NL, vindplaats: “raamdorpel onder inklimraam”.
[B] Een schroevendraaier, merk Sencys, kleur zwart/grijs, gewaarmerkt met: SIN AAMO0706NL, goednummer PL0900-2021238445-2854479.
Op grond van het vergelijkend werktuigsporenonderzoek concludeert verbalisant [verbalisant 6] dat de afgevormde indruksporen [1.1], [l .2], [l .4], [1.5], [1.6] en [l .7] waarschijnlijk zijn veroorzaakt met schroevendraaier [B].
Het Nederlands Forensisch Instituut (hierna: NFI) heeft onderzoek gedaan naar verfsporen die tijdens de woninginbraken zijn achtergelaten. Daarbij heeft het NFI de volgende twee hypothesen gebruikt:
Hypothese 1: De deur of het kozijn is beschadigd met het breekijzer [AAPD7969NL];
Hypothese 2: De deur of het kozijn is beschadigd met een willekeurig ander rood breekwerktuig.
Voor de beschadiging aan de dorpel onder het inklimraam aan de [adres] concludeert het NFI dat de resultaten waarschijnlijker zijn als de dorpel onder het inklimraam is beschadigd met het breekijzer [AAPD7969NL] dan wanneer het is beschadigd met een willekeurig ander rood breekwerktuig.
Voor de beschadiging aan de dorpel van het inklimraam aan de [adres] in [plaats] concludeert het NFI dat de resultaten iets waarschijnlijker zijn als de dorpel van het raam is beschadigd met het breekijzer [AAPD7969NL] dan wanneer het is beschadigd met een willekeurig ander rood breekwerktuig.
Interpretatie van de bewijsstukken.
Verdachte heeft verklaard dat hij tijdens de inbraak in [plaats] in de Ford Focus heeft gezeten. Hij had een joint gerookt en had in de auto geslapen. Die verklaring acht de rechtbank, gelet op de hierboven besproken bewijsmiddelen, volstrekt onaannemelijk.