ECLI:NL:RBMNE:2022:3553

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
5 september 2022
Publicatiedatum
5 september 2022
Zaaknummer
16-218190-21
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Materieel strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van openlijke geweldpleging door onvoldoende bewijs en alternatieve scenario's

Op 5 september 2022 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van openlijke geweldpleging op 14 augustus 2021 te Zeist. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken, omdat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs was om de tenlastelegging te ondersteunen. Tijdens de zittingen op 28 december 2021, 26 april 2022 en 22 augustus 2022 zijn de verklaringen van de aangever, zijn vriendin, de verdachte en zijn medeverdachten uitvoerig besproken. De rechtbank concludeerde dat de verklaringen van de aangever en zijn vriendin niet voldoende steun vonden in het dossier, en dat het alternatieve scenario van de verdachte niet kon worden uitgesloten. De rechtbank oordeelde dat de aangifte onvoldoende werd ondersteund door bewijs, en dat de verklaringen van getuigen niet betrouwbaar waren. Hierdoor kon de rechtbank niet tot een bewezenverklaring komen.

De benadeelde partij, die zich in het geding voegde, vorderde een schadevergoeding van € 10.906,50, maar omdat de verdachte werd vrijgesproken, werd de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering. De rechtbank heeft de zaak zorgvuldig gewogen en kwam tot de conclusie dat de verdachte niet schuldig was aan de openlijke geweldpleging, wat leidde tot de vrijspraak.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummer: 16-218190-21 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 5 september 2022
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 2001 te [geboorteplaats] ,
ingeschreven in de Basisregistratie personen op het adres:
[adres] , [woonplaats] .

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van de politierechter van 28 december 2021 en, na verwijzing naar de meervoudige kamer, op de terechtzittingen van 26 april 2022 en 22 augustus 2022. De zaak is gelijktijdig met de zaken tegen de twee medeverdachten inhoudelijk behandeld op 22 augustus 2022.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. A.P. Altena en van hetgeen verdachte en zijn raadsman, mr. M. Hoevers, advocaat te Amersfoort, alsmede de benadeelde partij [benadeelde] en diens advocaat, mr. A.Y. Bleeker, naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht. De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
op 14 augustus 2021 te [plaats] openlijk en in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [benadeelde] , terwijl dit geweld bij die [benadeelde] lichamelijk letsel ten gevolge heeft gehad.

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het ten laste gelegde openlijke geweld wettig en overtuigend te bewijzen. Hiertoe heeft de officier van justitie – kort samengevat – aangevoerd dat het scenario dat aangever en zijn vriendin hebben geschetst meer ondersteuning vindt in het dossier dan het scenario dat verdachte en zijn medeverdachten hebben geschetst. De officier van justitie hecht daarbij waarde aan de verklaring van de onpartijdige getuige [getuige 1] en de bewijsmiddelen die zien op het door aangever bekomen letsel. De officier van justitie verzoek partieel vrij te spreken voor de ten laste gelegde strafverzwarende omstandigheid dat het geweld letsel ten gevolge heeft gehad, nu het dossier onvoldoende aanknopingspunten biedt om bepaald letsel te kunnen toerekenen aan specifieke verdachten.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van het ten laste gelegde.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Vrijspraak
Uit het dossier blijkt dat geweld is gepleegd jegens aangever en dat aangever daarbij aanzienlijk letsel heeft opgelopen aan zijn schouder. De rechtbank is echter van oordeel dat op grond van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte zich heeft schuldig gemaakt aan de ten laste gelegde openlijke geweldpleging. In deze zaak staan de verklaringen van aangever en zijn vriendin, en de (op grote lijnen eenduidige) verklaringen van verdachte en zijn twee medeverdachten haaks op elkaar. De vraag of het ten laste gelegde kan worden bewezen hangt daarom af van de inhoud van overige bewijsmiddelen, en de mate van steun die deze biedt aan de geschetste scenario’s. De rechtbank zal hierna uitleggen waarom zij van oordeel is dat de aangifte onvoldoende wordt ondersteund om in dit geval te komen tot een bewezenverklaring.
De verklaring van de vriendin van aangever, getuige [getuige 2] , biedt steun aan de aangifte. [getuige 2] heeft op meerdere momenten gedetailleerd verklaard over het door haar waargenomen geweld, en door wie dit zou zijn gepleegd. Hierbij is van belang dat aangever in tegenstelling tot [getuige 2] niet heeft verklaard over concrete geweldshandelingen door specifieke personen. De verklaringen hierover van [getuige 2] staan op zichzelf.
De belastende verklaring van getuige [getuige 1] van 14 augustus 2021 zou in beginsel ook ondersteuning kunnen bieden aan de aangifte, maar de rechtbank acht deze verklaring niet bruikbaar voor het bewijs. [getuige 1] is namelijk op 6 april 2022 gehoord bij de rechter-commissaris en heeft daar in tegenstelling tot haar eerdere verklaring – kort gezegd – verklaard niets van het incident te hebben waargenomen. Gelet hierop hecht de rechtbank geen waarde aan haar eerdere belastende verklaring.
In het dossier bevindt zich ook informatie over het door aangever opgelopen letsel. Uit een geneeskundige verklaring volgt dat na het incident een van de schouders van aangever uit de kom is geraakt, dat hij achter een van zijn oren een hematoom (blauwe plek) had, en dat hij op zijn buik en knie enkele oppervlakkige (schaaf)wonden had. Dit letselbeeld past naar het oordeel van de rechtbank niet goed bij de geweldshandelingen die zijn beschreven door aangever en (met name) zijn vriendin, namelijk het door tenminste drie personen veelvuldig schoppen en slaan op het lichaam van aangever, onder meer tegen het hoofd. De letselfoto’s bevestigen het beeld van relatief beperkt letsel. De letselinformatie kan op grond van het voorgaande niet dienen als steunbewijs voor de aangifte.
Naast voornoemde verklaringen en stukken bevinden zich in het dossier de uitvoerige verklaringen van verdachte en zijn twee medeverdachten. Deze verklaringen komen er – kort gezegd – op neer dat medeverdachte [medeverdachte] een trap heeft uitgedeeld aan aangever, dat aangever deze trap heeft gepareerd, en dat [medeverdachte] en aangever vervolgens samen zijn gevallen. Verdachte is hierop tussenbeide gekomen, waarna de betrokkenen uit elkaar zijn gegaan. Dit alternatieve scenario kan op grond van de beschikbare letselinformatie niet worden uitgesloten.
Omdat het scenario als geschetst door aangever en zijn vriendin eveneens niet kan worden bevestigd op grond van de beschikbaar letselinformatie, en er verder geen (betrouwbaar) steunbewijs is voor een van de twee scenario’s, is de rechtbank van oordeel dat het voorhanden zijnde bewijs onvoldoende overtuigend is om het ten laste gelegde te kunnen bewezen verklaren. Verdachte wordt derhalve vrijgesproken.

5.BENADEELDE PARTIJ

[benadeelde] heeft zich als benadeelde partij in het geding gevoegd en vordert een bedrag van € 10.90650. Dit bedrag bestaat uit € 5.906,50 materiële schade en € 5.000,- immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte ten laste gelegde feit.
5.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de vordering wordt toegewezen, inclusief de wettelijke rente en de schadevergoedingsmaatregel.
5.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft (primair) verzocht de vordering niet-ontvankelijk te verklaren.
5.3
Het oordeel van de rechtbank
Verdachte wordt vrijgesproken van het ten laste gelegde. Voor de vordering tot schadevergoeding betekent dit dat de benadeelde partij daarin niet-ontvankelijk zal worden verklaard.

6.BESLISSING

De rechtbank:
Vrijspraak
- verklaart het ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Benadeelde partij
  • verklaart [benadeelde] niet-ontvankelijk in de vordering;
  • veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door de verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.H.M. Druijf, voorzitter, mr. A.A.T. Werner en mr. M.E. Dekker, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R.H.A. de Poot, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 5 september 2022.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 14 augustus 2021 te [plaats] openlijk, te weten aan de [weg] te [plaats] , in elk geval op of aan de openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een persoon, te weten [benadeelde] , door:
- Die [benadeelde] tegen zijn zij te schoppen, en/of
- Die [benadeelde] op de grond te trekken, en/of
- Die [benadeelde] tegen/op het hoofd te trappen, en/of
- Die [benadeelde] tegen/op de benen en/of in de buik te schoppen/trappen, en/of
- Een brandende sigaret op het lichaam van die [benadeelde] te gooien, en/of
- Door op die [benadeelde] te gaan liggen en/of zitten, en/of
- Aan die arm van [benadeelde] te trekken, en/of
terwijl dit door hem gepleegde geweld enig lichamelijk letsel, te weten
- Een schouder die uit de kom is, en/of
- Verschillende kneuzingen, en/of
- Verschillende zwellingen
voor die [benadeelde] ten gevolge heeft gehad.