ECLI:NL:RBMNE:2022:3481

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
16 augustus 2022
Publicatiedatum
30 augustus 2022
Zaaknummer
UTR 22/1979
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht

Deze uitspraak betreft een beroep dat door eiser is ingesteld op 5 mei 2022 bij de Rechtbank Midden-Nederland. De rechtbank heeft besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat eiser het griffierecht niet op tijd heeft betaald. Volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het verplicht om griffierecht te betalen bij het indienen van een beroep. In dit geval bedroeg het griffierecht € 50,-. De rechtbank heeft eiser op 17 juni 2022 een aangetekende brief gestuurd waarin werd aangegeven dat het griffierecht binnen vier weken moest worden betaald. Echter, de rechtbank heeft het bedrag niet op tijd ontvangen en eiser heeft geen geldige reden opgegeven voor deze vertraging. Hierdoor kon de rechtbank de zaak niet inhoudelijk behandelen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is op basis van artikel 8:54 Awb. De beslissing houdt in dat er geen vergoeding van proceskosten zal plaatsvinden. De uitspraak is gedaan door mr. J.G. Nicholson, rechter, en is openbaar uitgesproken op 16 augustus 2022. Eiser heeft de mogelijkheid om binnen zes weken na de uitspraak een verzetschrift in te dienen als hij het niet eens is met deze beslissing.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
Zaaknummer: UTR 22/1979

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 16 augustus 2022 in de zaak tussen

[eiser] , te [woonplaats] , eiser,

(gemachtigde: [gemachtigde] )
en

onbekende verweerder.

Procesverloop

Deze uitspraak gaat over het beroep dat eiser heeft ingesteld op 5 mei 2022.

Overwegingen

1. De rechtbank nodigt partijen niet uit voor een zitting, omdat dat in deze zaak niet nodig is. Eiser heeft namelijk het griffierecht niet (op tijd) betaald, waardoor de rechtbank de zaak niet inhoudelijk kan behandelen. Hieronder legt de rechtbank dat verder uit.
2. Iemand die in beroep gaat moet griffierecht betalen. Dit staat in artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). In dit geval is het griffierecht € 50,-.
3. Als het griffierecht niet (op tijd) wordt betaald is de hoofdregel dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk mag behandelen. Soms is dat anders. Dan is er een geldige reden waarom het griffierecht niet door de rechtbank is ontvangen. Het gaat dan om omstandigheden waar eiser niets aan kan doen.
4. De rechtbank heeft eiser op 17 juni 2022 een aangetekende brief gestuurd, waarin staat dat eiser het griffierecht binnen vier weken moet betalen aan de rechtbank.
5. De rechtbank heeft het bedrag niet (op tijd) ontvangen. Eiser heeft daar geen geldige reden voor gegeven.
6. Het beroep is kennelijk niet-ontvankelijk (artikel 8:54 Awb). Het beroep zal niet inhoudelijk worden behandeld.
7. Van een vergoeding van de proceskosten is geen sprake.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.G. Nicholson, rechter, in aanwezigheid van
P.W. Hogenbirk griffier
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 16 augustus 2022.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak kunt u een brief sturen naar de rechtbank waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een verzetschrift. U moet dit verzetschrift indienen binnen 6 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum op de stempel die hierboven staat. Als u graag een zitting wilt waarbij u persoonlijk uw mening aan de rechter kunt geven, kunt u dit in uw verzetschrift aangeven.