2.5.Op 3 april 2018 is een notariële “Boedelbeschrijving, rekening en verantwoording en verdeling” opgesteld. Hierin staat vermeld:
Op drie april tweeduizend achttien, verscheen voor mij,
mr. [D] , notaris in de gemeente [gemeente] ,
1. de heer mr. [E] , (...), te dezen handelende in zijn hoedanigheid van secretaris/penningmeester van het bestuur van de hierna te noemen stichting alsmede algeheel gevolmachtigde van een medebestuurslid van:
de stichting: [stichting] ,
(...)
De stichting: [stichting] , hierna ook te noemen: “de stichting”.
De stichting handelt te dezen als:
a. executeur in na te melden nalatenschap;
b. schriftelijk gevolmachtigde van:
- de heer [eiser sub 2] (....)
- mevrouw [eiseres sub 1] (...)
2. de heer [gedaagde sub 1] , (...)
3. de heer [gedaagde sub 2] , (...)
4. mevrouw [gedaagde sub 3] (...)
DOEL VAN DEZE AKTE
De verschenen personen verklaarden:
(...) en
- te willen overgaan tot de verdeling van hetgeen op de aangenomen dag van
verdeling nog tot de nalatenschap van overledene behoort.
Daartoe gaven de verschenen personen, handelend als gemeld, te kennen:
Overledene
Op [2016] is te [gemeente] overleden:
de heer [C] (hierna te noemen: de overledene), geboren te
[geboorteplaats] op [1930] , laatst wonende
[adres] , [postcode] [plaats] , gemeente [gemeente] .
De overledene had bij zijn overlijden de Nederlandse nationaliteit.
Burgerlijke staat
Overledene is eerder gehuwd geweest met [F] , welk -
huwelijk op [2014] door overlijden is ontbonden.
Afstammelingen
Als kinderen van de overledene zijn geboren:
1. genoemde heer [eiser sub 2] ;
2. genoemde heer [gedaagde sub 1] ;
3. genoemde heer [gedaagde sub 2] ;
4. genoemde mevrouw [gedaagde sub 3] ;
5. genoemde mevrouw [eiseres sub 1] .
Volgens de aan mij, notaris, verstrekte gegevens heeft de overledene geen andere
kinderen achtergelaten en zijn er geen kinderen met achterlating van afstammelingen
vooroverleden.
Uitbetaling
Blijkens voormelde staat van inventarisatie, berekening en toedeling zal aan ieder van de erfgenamen worden toebedeeld, voor wat betreft:
1. genoemde heer [eiser sub 2] , een bedrag in contanten groot acht en veertig
duizend zes honderd twee en zeventig euro en acht en tachtig eurocent (€ 48.672,88);
2. genoemde heer [gedaagde sub 1] , een bedrag in contanten groot acht en veertig
duizend zes honderd twee en zeventig euro en acht en tachtig eurocent (€ 48.672,88);
3. genoemde heer [gedaagde sub 2] , een bedrag in contanten groot acht en veertig
duizend zes honderd twee en zeventig euro en acht en tachtig eurocent (€ 48.672,88);
4. genoemde mevrouw [gedaagde sub 3] , een bedrag in contanten groot twee en vijftig duizend twee honderd vier en zestig euro en acht en tachtig eurocent (€ 52.264,88);
5. genoemde mevrouw [eiseres sub 1] , een bedrag in contanten groot acht en veertig
duizend zes honderd twee en zeventig euro en acht en tachtig eurocent (€ 48.672,88).
Hiermee is volgens verklaring van de verschenen persoon, handelend als gemeld, de onderhavige verdeling naar het volkomen genoegen van de erfgenamen geschied, zal ieder het hem of haar toekomende in gemelde vorm ontvangen, zodat zij na ontvangst van gemelde bedragen niets meer van elkaar te vorderen hebben en elkaar over en weer volledige kwijting en décharge verlenen zonder enig voorbehoud.
Voorts is deze verdeling geschied onder de volgende bedingen:
a. alle in de verdeling betrokken goederen zijn toebedeeld in de staat waarin ze zich op gemelde aangenomen dag van verdeling, te weten een december tweeduizend zeventien bevonden met alle daaraan verbonden lusten en lasten;
b. de baten, waaronder de slotrenten vervallen na de genomen dag van verdeling en lasten met betrekking tot deze goederen komen -evenals overige eventueel nagekomen baten en lasten- vanaf bedoelde dag ten voordele respectievelijk ten laste van de erfgenamen in evenredigheid met de grootte van hun erfdeel;
c. ieder van de erfgenamen aanvaarden de verdeling te hunnen bate of schade; van het recht ontbinding of vernietiging van de verdeling te vorderen wordt door de erfgenamen afstand gedaan;
d. de boedelpapieren blijven onder berusting van de stichting onder gehoudenheid als volgens de wet.