Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
thans gedetineerd in de P.I. Lelystad.
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
5.BEWEZENVERKLARING
6.STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF
- een meldplicht bij reclassering;
- locatieverbod (zonder elektronische monitoring);
- meewerken aan schuldhulpverlening;
- dagbesteding;
- netwerkanalyse.
9.BESLAG
10.BENADEELDE PARTIJ
- Waarde weggenomen goederen € 20.330,-
- Zorgkosten 2020 € 435,89
- Zorgkosten 2021 € 179, 36
11.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
12.BESLISSING
gevangenisstrafvan
20 maanden;
een gedeelte van 6 maanden van de gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene en bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
proeftijd van twee (2) jarenvast;
- verklaart [slachtoffer] voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op € 746,-;