ECLI:NL:RBMNE:2022:3399

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
24 augustus 2022
Publicatiedatum
24 augustus 2022
Zaaknummer
16/317172-20 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht; Materieel strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor grootschalige cocaïnehandel en witwassen

Op 24 augustus 2022 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij grootschalige cocaïnehandel en witwassen. De verdachte, geboren in 1960 in het Verenigd Koninkrijk, werd beschuldigd van het opzettelijk aanwezig hebben van 235 kilogram cocaïne en het plegen van voorbereidingshandelingen voor de grootschalige handel in cocaïne. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met anderen handelde in en opzettelijk aanwezig had van cocaïne in de periode van 26 maart 2020 tot en met 30 oktober 2020 in Vinkeveen. Daarnaast werd de verdachte beschuldigd van het witwassen van grote geldbedragen, waaronder € 478.690,00 en € 91.970,00, die afkomstig waren uit misdrijven. De rechtbank oordeelde dat de verdachte een aansturende rol had in de drugshandel en dat hij betrokken was bij het opzetten van een cocaïnewasserij. De rechtbank achtte de verdachte schuldig aan de tenlastegelegde feiten en legde een gevangenisstraf op van 10 jaren, met aftrek van het voorarrest. De rechtbank verwierp de verweren van de verdediging en oordeelde dat er voldoende bewijs was voor de betrokkenheid van de verdachte bij de drugshandel en het witwassen. De uitspraak benadrukt de ernst van de feiten en de impact van de drugshandel op de samenleving.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Utrecht
Parketnummer: 16/317172-20 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 24 augustus 2022
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1960] te [geboorteplaats] (Verenigd Koninkrijk),
thans gedetineerd in [verblijfplaats] ,
hierna: verdachte.

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 24 september 2021, 27 oktober 2021, 17 januari 2022, 22 maart 2022, 1 juni 2022 en 10 augustus 2022 (inhoudelijke behandeling).
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. B. Nitrauw en van hetgeen verdachte en zijn raadsman, mr. S. Schuurman, advocaat te Breukelen, naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De officier van justitie verdenkt verdachte ervan dat hij betrokken is geweest bij drie strafbare feiten. Deze verdenkingen staan beschreven in de tenlastelegging, die als bijlage is opgenomen in dit vonnis.
Kort gezegd verdenkt de officier van justitie verdachte ervan dat hij:
1. in de periode van 26 maart 2020 tot en met 30 oktober 2020 in Vinkeveen althans in NL, samen met anderen, heeft gehandeld in en/of opzettelijk aanwezig gehad van, onder meer, 235 kilogram cocaïne.
2. in de periode van 26 maart 2020 tot en met 30 oktober 2020 in Vinkeveen ten behoeve van de grootschalige handel in cocaïne voorbereidingshandelingen heeft gepleegd.
3.
primair
op 30 oktober 2020 in Vinkeveen € 478.690,00 en € 91.970,00, afkomstig uit enig misdrijf, heeft witgewassen;
subsidiair
op 30 oktober 2020 in Vinkeveen € 478.690,00 en € 91.970,00, afkomstig uit eigen misdrijf, heeft witgewassen.

3.VOORVRAGEN

3.1.
Ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie
De raadsman heeft gesteld dat de officier van justitie en de raadsman van medeverdachte [medeverdachte] afspraken hebben gemaakt over de omvang van de tenlastelegging, waardoor [medeverdachte] slechts is vervolgd (en veroordeeld) voor betrokkenheid bij de op de dag van zijn aanhouding aangetroffen partij cocaïne. Dat dergelijke afspraken niet gemaakt zijn met verdachte, is in strijd met het gelijkheidsbeginsel. Dit leidt tot niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in de vervolging van verdachte ten aanzien van de onder 2 en 3 ten laste gelegde feiten.
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het Openbaar Ministerie wel ontvankelijk is in de vervolging van verdachte. Net als in de zaak van [medeverdachte] heeft de officier van justitie in de onderhavige zaak contact gezocht met de verdediging over de omvang van de tenlastelegging. Dat dit niet heeft geresulteerd in daadwerkelijke afstemming, levert geen schending van het gelijkheidsbeginsel op.
3.2.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank ziet in het enkele feit dat, als gevolg van contact tussen het Openbaar Ministerie en de verdediging, de omvang van de vervolging van [medeverdachte] is beperkt en dit in de onderhavige zaak niet is bereikt geen schending van het gelijkheidsbeginsel. Daarom is er geen aanleiding om het Openbaar Ministerie in onderhavige zaak niet-ontvankelijk te verklaren in de vervolging van verdachte ten aanzien van de onder 2 en 3 ten laste gelegde feiten. Het verweer van de raadsman wordt verworpen.
Aan de in de wet gestelde voorvragen is voldaan: de dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het ten laste gelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen om de vervolging te schorsen.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie acht het onder feit 1, 2 en 3 primair ten laste gelegde wettig en overtuigend te bewijzen. Op grond van de bevindingen in het dossier moet worden geconcludeerd dat verdachte, samen met anderen, betrokken is geweest bij grootschalige drugshandel inclusief de bewerking van cocaïnepoeder tot blokken. Uit onderschepte cryptocommunicatie volgt dat verdachte hierbij een aansturende rol had. De officier van justitie ziet daarnaast voldoende bewijs voor het aanwezig hebben van de op 30 oktober 2020 in een loods in [plaats] aangetroffen 235 kilogram cocaïne, ook al was verdachte op het moment van de vondst niet in de loods aanwezig. Verdachte heeft zich voorts, gelet op de wijze van aantreffen van geldbedragen in zijn woning en leaseauto en op de onderschepte cryptocommunicatie, schuldig gemaakt aan witwassen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit dat verdachte integraal dient te worden vrijgesproken van alle aan hem ten laste gelegde feiten. Hij heeft aangevoerd dat verdachte wetenschap van noch zeggenschap over de aangetroffen cocaïne had. Verdachte kan op geen enkele wijze bij de loods worden geplaatst en daarnaast geldt dat meerdere personen toegang hadden tot de loods.
Ten aanzien van het onder feit 3 ten laste gelegde heeft de raadsman eveneens vrijspraak bepleit. Verdachte had geen wetenschap van de in de Range Rover aangetroffen geldbedragen. De autosleutels zijn niet bij hem aangetroffen, de auto stond niet in de loods en op de tassen is geen DNA van verdachte gevonden. Uit onderzoek aan de telefoon van [medeverdachte] blijkt dat hij degene was die de bewuste geldbedragen heeft verplaatst. Over de herkomst van de geldbedragen in zijn woning heeft verdachte een concrete en verifieerbare verklaring afgelegd. Het Openbaar Ministerie heeft onvoldoende onderzoek gedaan naar deze verklaring.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
4.3.1.
Bewijsmiddelen feit 1, 2 en 3 primair [1]
De rechtbank noemt hierna de bewijsmiddelen waarop zij haar oordeel baseert. De bewijsmiddelen worden telkens slechts gebruikt voor het bewijs van dat ten laste gelegde feit waarop deze blijkens de inhoud kennelijk betrekking hebben.
Verdachte heeft ter terechtzitting van 10 augustus 2022 het volgende verklaard (zakelijk weergegeven):
Voor mijn aanhouding maakte ik al ongeveer vier jaren gebruik van de loods aan de [adres] in [plaats] . De foto op pagina 611 van het dossier herken ik als een ruimte in die loods. Ik woon al negen jaren in de woning aan de [adres] . De BMW en de Opel Vivaro zijn auto’s van mij en de Range Rover heb ik geleased. Ik reed in die auto’s. Ik reed soms in de Alfa Giulietta van [medeverdachte] . Ik gebruikte de Renault Master. Ik wist dat daar een verborgen ruimte in zat. Het aangetroffen geld in mijn woning is van mij. Ik word [bijnaam 1] genoemd. [2]
[medeverdachte] heeft ter terechtzitting van 11 februari 2021 tijdens de behandeling van zijn zaak het volgende verklaard:
Ik werkte voor het [....] in die loods.
Verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] hebben, onder meer, het volgende waargenomen:
Op 30 oktober 2020 [3] zijn wij achter de Volkswagen Polo aangereden. Wij zagen dat het voertuig over de [straat] reed en vervolgens de doodlopende weg in
reed in de richting van de [adres] . Wij zagen dat de Volkswagen Polo, na ongeveer 5 minuten, de doodlopende straat weer uit kwam rijden. De bestuurder bleek te zijn genaamd: [medeverdachte] . [4] Bij de doorzoeking van de Volkswagen Polo trof ik aan:
- op de bijrijdersstoel lag de Apple IPhone telefoon van [medeverdachte]
- op de bijrijdersstoel lagen nog twee Apple IPhone telefoons
- op de bijrijdersstoel lag een bos sleutels voorzien van een autosleutel. [5]
Op 30 oktober 2020 werd de loods aan de [adres] in [plaats] betreden. Verbalisant [verbalisant 2] heeft in een proces-verbaal zijn bevindingen als volgt beschreven:
Ik heb het pand [adres] te [plaats] betreden. Ik voelde dat de voordeur van het pand gesloten was middels het aanwezig slot. Hierop heb ik met de in beslag genomen sleutelbos welke ik aantrof bij verdachte [medeverdachte] gepoogd het slot te openen. Ik zag en voelde dat, een sleutel uit de sleutelbos welke tevens was voorzien van de autosleutel paste in het slot en hiermee opende ik de voordeur. Ik zag dat er direct achter de voordeur een Opel Vivaro voorzien van het kenteken [kenteken] geparkeerd stond. Ik zag en voelde dat de aanwezige autosleutel paste op de geparkeerde Opel Vivaro. Ik heb de laadruimte van de Opel Vivaro geopend. Hierbij zag ik meerdere gesealde pakketten liggen. [6] Wij zagen een afgesloten deur welke toegang zou geven tot de bovenverdieping. Wij zagen op de bovenverdieping de volgende relevante zaken: een geprepareerde stapel OBS platen. Wij zagen dat de bovenste planken dusdanig scheef lagen dat hierdoor een verborgen ruimte zichtbaar werd. Hierin zagen wij pakketten liggen. Deze pakketten herkenden wij als zijnde kiloblokken harddrugs. [7]
De loods aan de [adres] in [plaats] is doorzocht. Verbalisant [verbalisant 3] heeft in een proces-verbaal zijn bevindingen als volgt beschreven:
Op vrijdag 30 oktober 2020 werd een bedrijfspand achter de woningen [nummer] en [nummer] , gelegen aan de [straat] te [plaats] doorzocht. In het voorste gedeelte stond een BMW geparkeerd voorzien van het kenteken [kenteken] . Direct achter de schuifdeur in de centrale hal stond een Opel geparkeerd voorzien van het kenteken [kenteken] . Aan de zijkant van het pand stonden drie voertuigen geparkeerd voorzien van de kentekens:
Range Rover: [kenteken]
Alfa Romeo: [kenteken]
Renault: [kenteken] [8] .
Tijdens de doorzoeking door de officier van justitie in beslag genomen goederen:
In het voertuig voorzien van het kenteken [kenteken] :
28x blokken met vermoedelijk verdovende middelen, goednummer 2724160 [9] ;
Zolder
Uit verborgen ruimte gemaakt van triplex:
207x blokken met vermoedelijk verdovende middelen, goednummer 2724152. [10]
Verbalisanten [verbalisant 4] en [verbalisant 5] van de Forensische Opsporing hebben in een proces-verbaal hun bevindingen over de verdovende middelen als volgt beschreven:
Goednummer: PLO900-202035327 1-2724152SIN AANZ6001NL
Relatie met SIN AANK17O2NL, AANKI6O9NL, AANKI7O3NL,AANKI6O8NLaantal 207 [11]
Goednummer: PLO900-202035327 1-2724160SIN AANZ6002NL
Relatie met SIN AANK16O6NLAantal 28 [12]
De middelen zijn vervolgens onderzocht door het Nederlands Forensisch Instituut:
AANK17O2NL, poeder wit, 81626 gram, bevat cocaïne [13] AANKI6O9NL, poeder, wit, 92281 gram, bevat cocaïne [14] AANKI7O3NL, poeder, wit, 27277,73 gram, bevat cocaïne [15] AANKI6O8NL, blokken, wit, 7217 gram, bevat cocaïne [16] AANKI6O6NL, poeder, wit, 27270,4 gram, bevat cocaïne. [17]
De in en rondom de loods aangetroffen voertuigen zijn door de douane onderzocht. Uit dit onderzoek is het volgende naar voren gekomen:
Renault Master
De laadruimte van het voertuig is aangepast. De ruimte is achteraf ingebouwd en wel op een zeer professionele wijze. [18] De personenauto, merk Renault, type Master, en met het Nederlandse kenteken [kenteken] is uitgerust om kennelijk goederen aan het ambtelijk toezícht te onttrekken. [19]
Opel Vivaro
Ik was belast met de doorzoeking van het voertuig voorzien van kenteken [kenteken] . Ik zag dat er een ruimte zat tussen twee wanden. Deze ruimte is een achteraf aangebrachte ruimte bedoeld om goederen aan ambtelijk toezicht te onttrekken. [20]
Alfa Romeo Giulietta
Wij waren belast met het doorzoeken ter inbeslagname van de Alfa Giulietta voorzien van Nederlands kenteken [kenteken] . Ik [verbalisant 10] , zag dat er een verborgen ruimte was aangebracht onder de linkerzijde van de achterbank. [21]
De bij de loods aangetroffen Range Rover is door de politie doorzocht. Verbalisant [verbalisant 6] heeft zijn bevindingen in een proces-verbaal als volgt beschreven:
Op zaterdag 31 oktober 2020 heb ik het voertuig Land Rover, type Velar, kenteken [kenteken] , doorzocht. Ik heb de volgende goederen aangetroffen:
Engels paspoort op naam van [verdachte] , geboren [1960] .
1 AH plastic tas met daarin Nederlandse bankbiljetten. Wit papiertje met daarop geschreven 193.800. [22]
1 Lidl plastic tas. In de Lidl tas Nederlandse bankbiljetten. Wit papiertje met daarop 285.000.
PL0900-2020353271-2724465, geld (Biljetten), totaal 193800EUR, meerdere bankbiljetten in een ah plastic tas
PL0900-2020353271-2724466, geld (Biljetten), totaal 285000EUR, meerdere bankbiljetten in een lidl plastic tas. [23]
De aangetroffen geldbedragen zijn inbeslaggenomen:
PL0900-2020353271-2724465, geld (Biljetten), [.] .01.02.003 [24]
PL0900-2020353271-2724466, geld (Biljetten), [.] .01.02.002 [25]
Vervolgens zijn de geldbedragen geteld:
IBN-code Geteld bedrag
[.] .01.02.002 € 285.000
[.] .01.02.003 € 193.800 [26]
Tevens is de huurwoning van verdachte aan de [adres] in [plaats] door de politie doorzocht. In een proces-verbaal staat het volgende beschreven:
Op vrijdag 30 oktober 2020 werd de woning aan de [adres] ter inbeslagneming doorzocht.
Badkamer
171 bankbiljetten van € 500, totaal € 85.500,-. Achter het bad in de badkamer zat een “verborgen ruimte”. De ruimte was afgesloten met een luik. In deze ruimte lag een toilettas met het opschrift “Juicy”. In deze toilettas zaten de biljetten van € 500,-
Slaapkamer
91 bankbiljetten van € 50,-. Bij elkaar opgeteld is dit totaal € 4550,-. De bankbiljetten zaten in een zwarte handtas. De zwarte handtas zat in een roze afgesloten koffer. Deze koffer lag op de bovenste plank van een kledingkast in de slaapkamer. [27]
De onder [medeverdachte] inbeslaggenomen Apple iPhone XS is onderzocht. Verbalisant [verbalisant 7] heeft daarover onder meer het volgende beschreven:
lk zag dat er een SIM-kaart in zat met telefoonnummer [telefoonnummer] . Verder zag ik dat de Whatsappgebruikersnaam [..] is en dat hij in gesprekken [medeverdachte] wordt genoemd. Op de telefoon zag ik enkele tientallen foto’s staan waarop [medeverdachte] staat. Gezien het bovenstaande is [medeverdachte] de gebruiker van deze telefoon. Lk zag een contact met de naam [bijnaam 1] en het telefoonnummer [telefoonnummer] . Dit telefoonnummer is in politiesystemen gekoppeld aan verdachte [verdachte] .
Op donderdag 29 oktober 2020 en vrijdag 30 oktober 2020 is er meerdere keren telefonisch contact geweest tussen contact [bijnaam 1] en de gebruiker van telefoonnummer [telefoonnummer] . Uit de call log gegevens blijkt dat zij van 22 september 2020 tot en met 30 oktober 2020 110 keer naar elkaar hebben gebeld. [28]
[..] . en [bijnaam 1] wisselen 2548 whatsappberichten uit in de periode 16 februari 2019 t/m 30 oktober 2020. [29]
De telefoon is op 23 maart 2021 nogmaals onderzocht. Verbalisant [verbalisant 7] heeft, onder meer, het volgende beschreven:
Door de opsporingsambtenaren die [medeverdachte] hebben aangehouden is beschreven dat [medeverdachte] na zijn staandehouding direct met één van zijn drie iPhones wilde gaan bellen. Lk heb bekeken met wie [medeverdachte] op de dag van zijn aanhouding contact heeft gehad en wie getracht heeft contact met hem op te nemen. [30]
In de ochtend voor zijn aanhouding hebben [medeverdachte] en [bijnaam 1] ( [verdachte] ) 12 keer contact met elkaar gezocht middels gespreksopgroepen waarbij ook 6 keer daadwerkelijk een gesprek heeft plaatsgevonden.
Na de aanhouding van [medeverdachte] heeft [bijnaam 1] ( [verdachte] ) nog 2 keer geprobeerd in contact te komen met [medeverdachte] . [31]
Vanuit onderzoek 26Lemont is toegang verkregen tot de gegevens van het EncroChataccount [encrochatnaam 2] @encrochat.com. In een proces-verbaal van bevindingen zijn door verbalisant [verbalisant 7] de overeenkomsten beschreven tussen [encrochatnaam 2] en [medeverdachte] :
-
De mast die [encrochatnaam 2] het meest frequent aanstraalt is de mast op de [straat] , dit betreft ook het GBA adres van [medeverdachte] .
-
Uit de encrochats blijkt dat [encrochatnaam 2] tussen maart en mei 2020 in Marokko is geweest samen met zijn moeder. Uit de Whatsapp-gegevens van de inbeslaggenomen telefoon van [medeverdachte] blijkt ook dat [medeverdachte] in die periode in Marokko is geweest met zijn moeder.
-
De nicknames die andere gebruikers aan het account van [encrochatnaam 2] hebben gegeven lijken een afgeleide te zijn van de voornaam van [medeverdachte] en één van die nicknames, [bijnaam 5] , wordt tevens door [medeverdachte] gebruikt als emailadres in zijn telefoon.
Uit de bevindingen is het vermoeden ontstaan dat [medeverdachte] de gebruiker is van het encrochataccount [encrochatnaam 2] . [32]
Een van de tegencontacten van [encrochatnaam 2] in de encrochat betreft het account [encrochatnaam 3] @encrochat.com. [33]
Vanuit onderzoek 26Lemont is toegang gegeven tot de gegevens van het EncroChataccount [encrochatnaam 3] @encrochat.com. In een proces-verbaal van bevindingen zijn door verbalisant [verbalisant 8] de overeenkomsten beschreven tussen [encrochatnaam 3] en verdachte:
-
De locatie die de encrotelefoon in gebruik bij [encrochatnaam 3] @encrochat.com het meest aanstraalt is de mast in [plaats] in de omgeving van het adres [adres] . Dit komt overeen met het GBA adres van [verdachte] (de rechtbank begrijpt: verdachte).
-
Uit de politiesystemen is gebleken dat de bijnaam van [verdachte] " [bijnaam 1] " is, wat mogelijk een afkorting is van [encrochatnaam 3] .
-
ln de encrochats van [encrochatnaam 3] spreekt hij van een verborgen ruimte in een Alfa Romeo Guilietta. Deze verborgen ruimte is ook aangetroffen in de witte Alfa Romeo Guilietta die in beslaggenomen is.
-
Op 14 mei 2020 zegt [encrochatnaam 3] dat het zijn dochters verjaardag is. Uit de politiesystemen is gebleken dat [verdachte] een dochter heeft die op [1995] is geboren.
Hierdoor kan geconcludeerd worden dat de gebruikersnaam [encrochatnaam 3] in gebruik is bij [verdachte] . [34]
De gesprekken tussen EncroChataccount [encrochatnaam 2] en encrochataccount [encrochatnaam 3] zijn onderzocht, hieruit is onder meer het volgende gebleken:
Op 2 juni 2020 heeft [medeverdachte] contact met ‘ [encrochatnaam 3] ’. Uit onderstaande berichten blijkt dat het vermoedelijk lijkt te gaan over een overdracht.
Resumerend wordt het volgende in de Engelse taal gezegd:
-
[encrochatnaam 3] zegt dat [medeverdachte] naar de [straat] moet gaan in [plaats] bij de [locatie] .
-
[encrochatnaam 3] stuurt [medeverdachte] een token.
-
[encrochatnaam 3] stuurt hem dan: 20986 5 euro [35]
De EncroChatberichten van de gebruiker ‘ [encrochatnaam 3] @encrochat.com’ in de periode van 26 maart tot en met 12 juni 2020 zijn onderzocht en daaruit is, onder meer, het volgende gebleken:
26 maart 2020
Op donderdag 26 maart zegt [encrochatnaam 4] tegen [verdachte] (de rechtbank begrijpt: verdachte) dat ze dinsdag 10 'bits' (noot: stuks) moeten afleveren in [plaats] . [36]
3 op 4 april 2020
[encrochatnaam 4] zegt dat hij [verdachte] nodig heeft om 45 ‘bits’ op te halen in ‘ [.] ’. Vervolgens neemt [verdachte] contact op met een gebruiker met de username ‘ [encrochatnaam 6] ’. [encrochatnaam 6] zegt dat hij 45 klaar heeft voor [verdachte] . [verdachte] geeft aan dat er niks op de weg is vanaf 5, dus beter in de morgen. [encrochatnaam 6] zegt dat het in [plaats] is. [verdachte] zegt dat [encrochatnaam 6] het in tassen met 10 en 5 (stuks) moet doen, zodat het in de stash past. En hij vraagt of [encrochatnaam 6] een goede plek heeft om het over te dragen. [37] Ze spreken de volgende dag om 10.00 uur af. [encrochatnaam 6] vraagt om een token en vraagt naar de auto. [verdachte] zegt dat het een Opel Vivaro is en hij stuurt een foto van het token. [38] Op 4 april stuurt [verdachte] een bericht dat hij op de [locatie] staat met een witte Opel Vivaro. [39]
6 april 2020
[encrochatnaam 4] vraagt kort daarop wat de stempel was van de ’45 bits’ die [verdachte] heeft. [verdachte] antwoordt dat het de “ [.] ” is. [40] [verdachte] stuurt een bericht naar [encrochatnaam 4] over een Alfa Giulietta waarbij de tank door de helft is gezaagd en waar twintig in kunnen en 22 als ze hem goed laden. [verdachte] schrijft dat hij morgen gaat proberen om de pick-up truck te registreren. De lasser had tegen hem gezegd dat hij er een vals bed bovenop kon maken dat er handmatig uitgetrokken kan worden. Er kan gemakkelijk vierhonderd in kwijt. Deze pick-up kan dan gemakkelijk naar België en naar Duitsland met een werkreferentie. [41]
11 april 2020
[encrochatnaam 4] zegt ook tegen [verdachte] dat hij de stash van zijn werk weg moet halen, zodat [verdachte] daar nooit mee in relatie kan worden gebracht. [42]
22 april 2020
[verdachte] zegt dat hij in een witte Alfa Guiletta komt [43] .
26 april 2020
[verdachte] ontvangt een bericht van [encrochatnaam 5] . Ze spreken af om 32 over te dragen bij de supermarkt. Er volgt ook een bevestiging van de overdracht aan [encrochatnaam 5] en [encrochatnaam 4] . [44]
2 mei 2020
[encrochatnaam 9] zegt dat als zij klaar zijn, [verdachte] hun man in Nederland kan ontmoeten en het logistieke deel uit kunnen afstemmen. Vervolgens laat [verdachte] aan [encrochatnaam 4] weten dat hij in contact is met ‘hem’ en dat hij eerst ‘zijn man’ gaat ontmoeten om de dingen te regelen. [verdachte] zegt tegen [encrochatnaam 10] dat hij vandaag misschien zijn chauffeur nodig heeft en dat hij zijn chauffeur op stand-by moet zetten. [45]
3 mei 2020
[encrochatnaam 8] vraagt aan [verdachte] of hij morgen 49 komt halen. [encrochatnaam 8] zegt dat hij voor hem kan vacumeren. [verdachte] zegt dat ze dubbel gevacumeerd moet worden en met tape, dan doet [verdachte] “dog spray” erop en dan meteen weer weg. [46]
7 mei 2020
[encrochatnaam 4] stuurt naar [verdachte] het bericht dat de mensen die het werk gaan doen, met drie personen komen. [encrochatnaam 4] vraagt of ze in het huis/op de locatie van [verdachte] kunnen slapen. [verdachte] zegt dat het oké is. [encrochatnaam 4] zegt dat [verdachte] ervoor moet zorgen dat hij de apparatuur moet verplaatsen, zodat er alleen maar honderd ‘bits’ per dag zijn. [verdachte] zegt dat hij goed nieuws heeft want hij heeft de sealer voor het vacumeren. [encrochatnaam 4] zegt dat [verdachte] een klein beetje van het poeder moet nemen en het moet wassen. [47]
10 mei 2020
Op zondag 10 mei moet [verdachte] er ook voor zorgen dat hij niet alle 'bits' op dezelfde plaats heeft staan als waar ze werken. [verdachte] zegt dat dat ook niet zo is, dat als het klaar is dat het boven ligt. [48]
11 mei 2020
[verdachte] informeert bij een gebruiker met de username ‘ [username] ’ of deze een transport(lijn) heeft naar Noorwegen. [49]
12 mei 2020
[verdachte] stuurt naar [encrochatnaam 4] dat hij net een top stashvoertuig heeft gezien, een Mercedes Citan met een lange wielbasis. Er kunnen 130 ‘bits’ in, en als ze van onder kijken, kunnen ze niks zien. [50]
14 mei 2020
[verdachte] vraagt aan [encrochatnaam 4] wat geld, omdat hij de stashlocaties moet betalen. [verdachte] vraagt aan [encrochatnaam 4] of ze volgende week beginnen met persen.. [51]
15 mei 2020
[verdachte] zegt dat hij bij “ [bijnaam 2] ” is. [52]
16 mei 2020
[verdachte] vraagt wanneer de vijftig komen en of [encrochatnaam 4] aan ‘ [encrochatnaam 1] ’ kan vragen of ze de poeder in ‘5s’ willen hebben of ‘in ones’. Hij gaat ermee aan de slag en heeft zakken en tape nodig.
17 mei 2020
[verdachte] vraagt aan [encrochatnaam 4] of hij ‘ [encrochatnaam 1] ’ nog gesproken heeft over de wijze van verpakken. [verdachte] stuurt later een bericht naar [encrochatnaam 8] . Hij schrijft dat hij ‘bits’ aan het intapen is. [verdachte] stuurt twee foto’s naar [encrochatnaam 8] . Hij schrijft dat de poeder in de pakketten zitten die geel gemarkeerd zijn. [53]
19 mei 2020
[encrochatnaam 7] stuurt een bericht naar [verdachte] waarin hij vraagt om een adres. [verdachte] stuurt “ [.] [straat] [plaats] [locatie] ”. [verdachte] zegt dat hij het op pallets geleverd wilt hebben en dat de afspraak vóór 18:00 uur moet zijn. [54]
20 mei 2020
In de ochtend van 20 mei vraagt [encrochatnaam 7] aan [verdachte] hoe laat hij zijn pupil kan brengen om alles te maken. [verdachte] zegt dat hij aan het wachten is op hem. ln de middag stuurt [encrochatnaam 7] een bericht dat 'hij' (derde) er is in een kleine oude Clio. [verdachte] stuurt een bericht naar [encrochatnaam 4] dat ze er zijn, dat ze aan het uitladen zijn en alles aan het opzetten. Kort daarop stuurt [encrochatnaam 7] een bericht dat de mannen aan het werk zijn en hij vraagt wanneer ze elkaar kunnen ontmoeten voor een gesprek. [55]
21 mei 2020
[encrochatnaam 4] vraagt of [verdachte] een warehouse rondom [plaats] kan regelen voor zaterdag. Het is voor een taxi naar de UK te laden. Een grote vrachtwagen. [verdachte] heeft er zelf geen, maar gaat het aan iemand vragen. [verdachte] vraagt hoeveel [encrochatnaam 4] kan betalen voor een warehouse. [encrochatnaam 4] vraagt hoeveel ze vragen want het is enkel om een vrachtwagen te laden naar de UK. [56]
26 mei 2020
[encrochatnaam 4] zegt dat [verdachte] erg druk is de laatste tijd. [verdachte] zegt dat het maanden non-stop is geweest. [57] [encrochatnaam 4] stuurt een foto naar [verdachte] en vraagt of dat de ‘bits’ zijn en wat hij ervan vindt. [verdachte] zegt dat het er goed uitziet, maar dat het nog niet droog is. [58]
27 mei 2020
[encrochatnaam 4] vraagt hoeveel er al klaar zijn voor de verkoop. [verdachte] zegt dat om twee uur [bijnaam 2] komt om te ‘koken’. [verdachte] zegt er alleen (bit) gesplist te hebben.
[encrochatnaam 4] zegt dat er meer materiaal in willen doen om meer ‘bits’ te maken. [verdachte] moet naar [plaats] gaan om een lading kleine tassen te kopen om ze in te doen. [verdachte] zegt dat hij met ‘hem’ (derde) zal spreken als hij klaar is. [encrochatnaam 4] zegt dat ze van 100 er 115 willen maken. [59]
28 mei 2020
[verdachte] stuurt een bericht naar [encrochatnaam 4] dat hij een top appartement heeft gevonden. [encrochatnaam 4] vraagt wat [verdachte] daar gaat doen, opslag? [verdachte] zegt dat het perfect is om in te pakken, geen buren en je kunt er gemakkelijk naar binnen en naar buiten. [60]
29 mei 2020
[encrochatnaam 4] zegt dat ze de 'bits' zo snel mogelijk nodig hebben en zegt dat [verdachte] een andere stempels moet doen. [verdachte] zegt dat ze [.] / Mercedes logo hebben. [61]
5 juni 2020
[verdachte] stuurt een bericht naar [encrochatnaam 4] . Hij zit tot zijn in de shit en hij heeft een enorme hoeveelheid aceton waar hij van af moet komen. [62]
Uit EncroChatberichten van de gebruiker ‘ [encrochatnaam 3] @encrochat.com’ blijkt dat [encrochatnaam 3] bezig was met het opzetten van een cocaïnewasserij.
Uit de berichten blijkt dat:
-
[verdachte] een bericht krijgt dat de bits in poeder komen en krijgt een foto van zakken
-
[verdachte] 500 kilo dat verborgen is in poeder heeft opgehaald
-
[verdachte] dat poeder goed moet wassen zodat het niet stinkt
-
[verdachte] zegt dat er een vat van 170 liter met afval aceton is
-
[verdachte] zegt dat hij het poeder, de bits, twee keer heeft gewassen
-
[verdachte] na het wassen aan het vacumeren en tapen is
-
[verdachte] iemand heeft die alles op gaat zetten en de apparatuur aan gaat sluiten
-
[verdachte] vraagt wanneer “de mannen” aan het werk gaan omdat hij het poeder moet halen
-
[verdachte] zegt dat er 3 opgesloten zijn in de loods en dat ze aan het werk zijn. [63]
Een foto, op 20 mei 2020 verstuurd via EncroChat door [encrochatnaam 3] , is vergeleken met een ruimte in de loods aan de [adres] in [plaats] :
Op dinsdag 30 maart 2021 zijn wij, verbalisanten, [verbalisant 8] en [verbalisant 9] naar de [adres] te [plaats] geweest. Wij zijn achterin de loods geweest gelegen op het perceel [adres] . In de loods zat een aparte ruimte (foto 2) welke overeen komt met foto 1 (de rechtbank begrijpt: de op 20 mei 2022 verstuurde foto) genomen vanuit ongeveer dezelfde hoek.
-
de panelen van de muur en het plafond
-
de ventilator aan de muur
-
de betonnen vloer
-
de tl-lamp aan het plafond
Opvallend is dat (de rechtbank begrijpt: op foto 1) op de zijkant van de tafels de sticker zichtbaar is met de tekst: [.] .nl. Het bedrijf van [verdachte] . [64]
Onder [medeverdachte] is een No1BC cryptotelefoon inbeslaggenomen. In deze telefoon is onder meer het volgende chatgesprek aangetroffen:
Bij zijn (de rechtbank begrijpt: [medeverdachte] ) aanhouding lagen twee Apple iPhones op de bijrijdersstoel van de Polo. Eén van de telefoons bleek een No1BC cryptophone. Op deze telefoon stond een versleutelde chat van 28, 29 en 30 oktober 2020 van de gebruiker van de telefoon genaamd ' [bijnaam 3] ' met een gebruiker met de naam ' [bijnaam 4] [bijnaam 3] is vermoedelijk [medeverdachte] . [65]
29-10-2020
[bijnaam 3]
Hebbe jou mensen meachien tijd nu ??
Kunnen we dit snel droppen en meer opppikken
4 grote tassen. 1 kleine ah tas.
650k. 193.800k. 600k. 400k. 285k. Dit is wat we geteld hebbe per tas zit briefje in wat et is.
[bijnaam 4]
Ik ga even vragen bro.
Maar niet in 1x.
Zijn veel controles vandaag.
[bijnaam 3]
Wordt morgen dan bro zegt ie [66]
4.3.2.
Bewijsoverweging
4.3.2.1. Rechtmatigheid EncroChatbewijs
Voor zover de raadsman heeft bedoeld het standpunt dat de bewijsvergaring van de EncroChatberichten onrechtmatig is geweest te handhaven, oordeelt de rechtbank dat voor de onderbouwing hiervan geen concrete aanknopingspunten zijn gegeven. De rechtbank gaat daarom aan dit verweer voorbij.
4.3.2.2. (Voorbereiding van) handel in harddrugs
Op basis van voornoemde bewijsmiddelen acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich, samen met anderen, schuldig heeft gemaakt aan de handel in harddrugs, met inbegrip van de bewerking van cocaïnepoeder tot blokken, (feit 1) en de voorbereiding daarvan (feit 2). De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Aanleiding onderzoek
Op 30 oktober 2020 is, naar aanleiding van opvallend rijgedrag van (onder andere) [medeverdachte] , in een loods aan de [adres] in [plaats] 235 kilogram cocaïne aangetroffen. De rechtbank gaat ervan uit dat [medeverdachte] kort voor de inval van de politie in de loods is geweest, gelet op de door hem afgelegde route en de bij hem aangetroffen sleutels van de loods en de zich daarin bevindende Opel Vivaro en zolder met partijen cocaïne.
Onderzoek telefoons [medeverdachte]
Op grond van het onderzoek dat is verricht naar de telefoons van [medeverdachte] stelt de rechtbank vast dat [medeverdachte] op 30 oktober 2020 en in de maanden daaraan voorafgaand in nauw contact stond met een persoon die in zijn telefoon staat als ‘ [bijnaam 1] ’. Het telefoonnummer van [bijnaam 1] is het nummer van verdachte. Bij [medeverdachte] is tevens een encrotelefoon aangetroffen. [medeverdachte] kan worden geïdentificeerd als de gebruiker van het EncroChataccount met de naam ‘ [encrochatnaam 2] ’. Uit de EncroChatberichten van dit account blijkt dat [medeverdachte] onder meer gesprekken heeft gevoerd over blokken colo (cocaïne) en over grote geldbedragen. Een van de tegencontacten van dit EncroChataccount was een gebruiker met de naam ‘ [encrochatnaam 3] ’.
Verdachte is [encrochatnaam 3]
De rechtbank stelt vast dat verdachte de gebruiker was van het EncroChataccount [encrochatnaam 3] . Zo straalde de encrotelefoon van dit account het meeste aan in de omgeving van het adres [adres] in [plaats] , de woning van verdachte. Voorts benoemde de gebruiker van dit account op 14 mei 2020 dat het zijn dochters verjaardag was. Uit politiesystemen blijkt dat de geboortedatum van de dochter van verdachte [1995] is. De rechtbank wordt gesterkt in haar overtuiging dat verdachte de gebruiker is van het account [encrochatnaam 3] , nu vanuit dit account een foto is verzonden van een eettafel in een woonruimte die later door zijn vrouw is herkend als een ruimte in hun woning aan de [adres] .
Betrokkenheid en rol verdachte
De loods aan de [adres] was op het moment van de inval in gebruik bij verdachte. Dit geldt ook voor de in en om de loods aangetroffen voertuigen met verborgen ruimtes en de Range Rover, waarin tassen contant geld zijn aangetroffen. Weliswaar blijkt uit chatgesprekken dat [medeverdachte] een gesprek heeft gevoerd over tassen met geldbedragen die precies overeenkomen met de bedragen vermeld in de aangetroffen tassen contant geld, maar telefoongegevens duiden er ook op dat [medeverdachte] en verdachte in de ochtend van 30 oktober 2020 meermalen contact met elkaar hebben gehad. Op het moment dat [medeverdachte] werd aangehouden probeerde hij nog iemand te bellen. De rechtbank concludeert op grond van de belgegevens dat dit verdachte moet zijn geweest; verdachte was namelijk de enige die heeft geprobeerd [medeverdachte] te bereiken na zijn aanhouding. [medeverdachte] heeft bij de behandeling van zijn zaak op de zitting van 11 februari 2021 verklaard dat hij voor verdachte werkte. Dat ziet de rechtbank ook terug in de chatgesprekken, daterend van 26 maart 2020 tot en met 12 juni 2020. Daarin is te lezen dat verdachte [medeverdachte] meermaals opdracht gaf om voor een overdracht ergens heen te rijden. Dat het om een overdracht van harddrugs ging blijkt naar het oordeel van de rechtbank uit het feit dat er steeds werd gesproken over ‘bits’; blokken cocaïne, en ‘tokens’; briefjes van vijf euro waarmee de leverancier en afnemer elkaar als zodanig konden identificeren. Verdachte had, blijkens de chatgesprekken, nagenoeg dagelijks contact met diverse personen. Hierbij werd onder meer gesproken over bits, tokens, geldbedragen, sealen, stashlocaties en poeder. Verdachte sprak met anderen over het wassen, vacumeren en tapen van blokken cocaïne. Ook had verdachte veelvuldig contact over het vervoeren en de opslag van ladingen in binnen- en buitenland. Opvallend zijn daarnaast de chatgesprekken die gaan over een cocaïnewasserij die operationeel is geweest in een loods. Verdachte is dagenlang bezig geweest met de voorbereiding hiervan en heeft geregeld dat mensen konden werken in de loods en voorzien waren van een slaapplek. Toen de cocaïnewasserij eenmaal in werking was verstuurde hij hiervan een foto. De ruimte op deze foto blijkt een ruimte in de loods aan de [adres] te zijn en op de tafels op de foto zijn stickers aangebracht met de naam van het bedrijf van verdachte. Uit de chatgesprekken komt duidelijk naar voren dat verdachte een aansturende rol had in een organisatie die op grote schaal in cocaïne handelt. Verdachte werd op zijn beurt weer aangestuurd door een andere persoon, iemand met de gebruikersnaam ‘ [encrochatnaam 4] ’.
Alternatief scenario
Het door verdachte op de terechtzitting geschetste alternatieve scenario waarin verdachte wetenschap had van noch zeggenschap had over de bij hem in gebruik zijnde loods en auto aangetroffen verdovende middelen, schuift de rechtbank als ongeloofwaardig terzijde.
4.3.2.3. Witwassen
De rechtbank acht het onder feit 3 primair ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen en overweegt het volgende. Naar aanleiding van het aantreffen van de cocaïne in de loods van verdachte, is de buiten de loods aangetroffen Range Rover en verdachtes woning aan de [adres] te [plaats] doorzocht. Bij deze doorzoekingen zijn grote geldbedragen aangetroffen.
Geldbedragen in de Range Rover
In de Range Rover is een geldbedrag van in totaal € 478.690 aangetroffen. Dit geldbedrag is aangetroffen in twee boodschappentassen met daarbij handgeschreven briefjes waarop bedragen stonden vermeld. De rechtbank heeft bij de overwegingen over de handel in harddrugs al opgemerkt dat in een chatgesprek van [medeverdachte] is gesproken over geldbedragen die exact overeenkomen met de bedragen die zijn vermeld als op de aangetroffen briefjes. De rechtbank heeft ook al overwogen dat dit gesprek plaatsvond in de context van de handel in harddrugs waarin [medeverdachte] werd aangestuurd door verdachte. Nu een directe link met de bedragen in het chatgesprek zich niet in het dossier bevindt oordeelt de rechtbank dat, mede gelet op de voor het normale betalingsverkeer ongebruikelijk wijze van bewaren dan wel vervoeren, niet anders kan zijn dat de geldbedragen in de Range Rover afkomstig zijn uit enig misdrijf.
Verdachte heeft verklaard dat hij geen wetenschap had van de geldbedragen die zijn aangetroffen in de Range Rover, maar de rechtbank acht dat ongeloofwaardig. De Range Rover werd immers door verdachte geleased, verdachte reed erin en zijn paspoort is in het voertuig aangetroffen. Nu hiernaast door [medeverdachte] is gesproken over geldbedragen in tassen en verdachte [medeverdachte] aanstuurde in de handel in harddrugs, is de rechtbank van oordeel dat verdachte weldegelijk op de hoogte was van de aanwezigheid van het geld in zijn auto en daar, ook op afstand, over beschikte. Verdachte heeft het geldbedrag van € 478.690 dan ook op 30 oktober 2020 voorhanden gehad.
Geldbedragen in de woning
In de woning van verdachte is een bedrag van € 85.500 aangetroffen in een afgesloten ruimte achter het bad in de badkamer en in een tas in een gesloten koffer in een kledingkast een bedrag van € 4.550. Het geldbedrag in de badkamer bestond uit 171 biljetten van € 500. Gelet op de wijze waarop de geldbedragen waren opgeborgen, het feit dat biljetten van € 500 in het normale betalingsverkeer zeer ongebruikelijk zijn en verdachte, blijkens het voorgaande, betrokken was bij grootschalige handel in cocaïne, is zonder meer het ernstige vermoeden ontstaan dat het aangetroffen geld van misdrijf afkomstig is.
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat de in de woning aangetroffen geldbedragen opbrengst betreft van legale werkzaamheden van zijn [....] . Zonder dit nader toe te lichten heeft verdachte, naar het oordeel van de rechtbank, een onvoldoende concrete en niet verifieerbare verklaring gegeven voor de herkomst van het geld. Verdachte heeft desgevraagd nog wel verklaard het geld te hebben gepind van zijn bankrekening maar dat acht de rechtbank, gelet op de aangetroffen coupures van € 500, hoogst onwaarschijnlijk. Nu verdachte geen concrete, min of meer verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring heeft gegeven voor de herkomst van de aangetroffen geldbedragen in zijn woning, ligt het - anders dan de verdediging stelt - niet op de weg van het Openbaar Ministerie om nader onderzoek te verrichten.
Partiële vrijspraak
In de woning van verdachte zijn in en op een nachtkastje twee portemonnees aangetroffen met daarin bedragen van respectievelijk € 365 en € 1.555. De rechtbank is van oordeel dat, mede gelet op de plek waar de portemonnees zijn aangetroffen, de niet bijzonder hoge bedragen en de coupures waaruit de geldbedragen bestonden (biljetten van 5, 10, 20 en 50 euro) niet zonder meer kan worden aangenomen dat sprake is van witwassen. De rechtbank zal verdachte in zoverre vrijspreken.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
1. op tijdstippen in de periode van 26 maart 2020 tot en met 30 oktober 2020 in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, telkens opzettelijk heeft bewerkt en verwerkt en afgeleverd en verstrekt en vervoerd en opzettelijk aanwezig heeft gehad, telkens hoeveelheden van een materiaal bevattende cocaïne, (onder meer op 30 oktober 2020: 235 kilo), telkens een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I
2. op tijdstippen in de periode van 26 maart 2020 tot en met 30 oktober 2020 in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, telkens om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk bewerken, verwerken, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of binnen en/of buiten het grondgebied van Nederland brengen van (een) hoeveelhe(i)d(en) cocaïne, in elk geval telkens (een) middel(en) vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I voor te bereiden en/of te bevorderen,
- een of meer anderen heeft getracht te bewegen om dat/die feit(en) te plegen, te
doen plegen, mede te plegen, uit te lokken en/of om daarbij behulpzaam te zijn
en/of om daartoe gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen te verschaffen,
en/of
- zich of (een) ander(en) gelegenheid, middelen, inlichtingen tot het plegen van
dat/die feit(en) heeft getracht te verschaffen,
-, voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen en/of gelden
voorhanden gehad, waarvan verdachte wist of ernstige redenen had om te
vermoeden, dat dat/die bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en),
immers heeft hij verdachte, tezamen en in vereniging met anderen telkens:
- geld en/of verpakkingsmateriaal en/of opslagruimte en/of een bereidingsruimte
(cocaïnewasserij) en/of voertuigen met verborgen ruimte en/of stempels met logo,
bestemd voor het bestellen, vervoeren, opslaan, verbergen, bereiden, bewerken,
verwerken, verpakken, afleveren, verstrekken, kopen, verkopen of financieren van
eerdergenoemde harddrugs, voorhanden gehad en/of
- (telefonische) contact en/of (een) ontmoeting(en)
en/of (een) afspra(a)k(en) gehad en/of gemaakt met een of meer transporteur(s),
afnemer(s), verkoper(s), tussenperso(o)n(en), verlener(s) van hand- en
spandiensten en/of ander(en) met betrekking tot de hoeveelheid, prijs, kwaliteit,
export, import, opzetten van een transportlijn naar Noorwegen, levering, betaling,
koop, verpakking, vacumeren, stempels met logo's
inbouwen van stash-ruimtes in voertuigen, opslag, bereidingsruimte
(cocaïnewasserij), bereider ( [.] ) en het vervoer van eerdergenoemde harddrugs
en
- een of meer van eerdergenoemd(e) perso(o)n(en) voorzien van informatie en/of
opdrachten en/of geld en/of een (tijdelijke) opslag- en/of bereidings- en/of
verblijfplaats ten behoeve van het vervoeren, opslaan, verbergen, verpakken,
vacumeren, bewerken, verwerken, indrukken van een logo, afleveren, verstrekken,
kopen en/of financieren van eerdergenoemde harddrugs en/of
- tot vorenomschreven feiten opdracht gegeven en/of daartoe hand- en
spandiensten verricht;
3. op 30 oktober 2020 te [plaats] , gemeente [gemeente] ,
voorwerpen, te weten(in zijn voertuig) een geldbedrag van € 487.690 en(in zijn woning) een geldbedrag van € 90.050,00, voorhanden heeft gehad terwijl hij wist dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad. Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit, zodat dit strafbaar is.
Het bewezen verklaarde levert volgens de wet de volgende strafbare feiten op:
Feit 1
medeplegen van het opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd, en opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd;
Feit 2
medeplegen van, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden of te bevorderen, een ander trachten te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te plegen, uit te lokken, daarbij behulpzaam te zijn of om daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen te verschaffen en zich/een ander gelegenheid, middelen of inlichtingen tot het plegen van dat feit trachten te verschaffen en voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen en gelden voorhanden hebben, waarvan hij weet of ernstige reden heeft om te vermoeden dat zij bestemd zijn tot het plegen van dat feit, meermalen gepleegd;
Feit 3
witwassen.

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 jaren, met aftrek van het voorarrest.
8.2
Het standpunt van de verdediging
Voor zover de rechtbank verdachte niet vrijspreekt heeft de raadsman verzocht de hoogte van de gevangenisstraf te matigen, nu niet is gebleken dat verdachte een grote speler is in de handel in harddrugs. Zo heeft verdachte zelf geen handelingen verricht met betrekking tot de drugshandel en gaf hij enkel en alleen informatie door. Daarnaast heeft de raadsman verzocht om bij de strafoplegging rekening te houden met de persoonlijke omstandigheden van verdachte, in het bijzonder de gezondheidssituatie van de partner van verdachte.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van de strafbare feiten, de omstandigheden waaronder verdachte die feiten heeft gepleegd en de persoonlijke omstandigheden van verdachte.
Ernst van de feiten
Verdachte heeft zich ruim een half jaar, samen met anderen, schuldig gemaakt aan grootschalige handel in cocaïne, . Verdachte had beschikking over grote hoeveelheden cocaïne, leverde die zelf aan afnemers en stuurde anderen om bestellingen af te leveren. Ook het regelen van opslagplekken, auto’s met verborgen ruimtes en het uitstippelen van transportroutes naar het buitenland behoorde tot zijn werkzaamheden. Uit chatberichten komt naar voren dat verdachte hier dagelijks mee bezig was en steeds waardevoller werd voor de organisatie waarin hij zich bevond. Het is algemeen bekend dat harddrugs, mede vanwege de zeer verslavende werking ervan, schadelijk zijn voor de gezondheid van de gebruikers. De verspreiding van en de handel in harddrugs gaan bovendien gepaard met vele andere vormen van zware criminaliteit en hebben daarom een ontwrichtende invloed op de samenleving. Verdachte heeft zich bij zijn keuze om zich bezig te houden met grootschalige drugshandel niet bekommerd om de gezondheidsrisico’s voor anderen of de schadelijke gevolgen voor de maatschappij. Zo heeft verdachte bijgedragen aan het in stand houden van de ondermijnende criminaliteit die rondom de handel en productie van drugs de laatste jaren grote vormen aanneemt. Daaronder valt ook het witwassen van de inkomsten uit de drugshandel, waardoor de integriteit van het financiële handelsverkeer wordt aangetast.
Verdachte heeft ook een cocaïnewasserij opgezet en aangestuurd in zijn loods. Het bewerken (wassen) van cocaïne vormt niet alleen een belangrijke onmisbare schakel bij de handel en verkoop van cocaïne. Dit bewerken van cocaïne brengt ook vele gevaren met zich. De rechtbank wijst op de schade aan het milieu door de afvalstoffen en op het (explosie)gevaar van de chemisch instabiele stoffen die bij het wassen van de cocaïne worden gebruikt. Door zo te handelen heeft verdachte de bewoonster van een ruimte in diezelfde loods in levensgevaar gebracht en is hij aan alle andere kwalijke gevolgen van zijn handelen voorbijgegaan. De rechtbank rekent dit verdachte ernstig aan.
Persoonlijke omstandigheden
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 30 juni 2021, waaruit blijkt dat verdachte niet eerder in Nederland is veroordeeld voor soortgelijke feiten. Op een uittreksel uit de justitiële documentatie in het Verenigd Koninkrijk van 31 oktober 2020 staat wel een veroordeling voor een soortgelijk feit, maar deze is niet recent.
De straf
Gezien de ernst van de feiten, kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van aanzienlijke duur. Bij de bepaling van de duur van de gevangenisstraf heeft de rechtbank acht geslagen op straffen die in soortgelijke zaken plegen te worden opgelegd. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking de omvang van de drugshandel, de grootte van de handelsvoorraad, de hoogte van de witgewassen geldbedragen, de aansturende rol van de verdachte in het geheel en het feit dat hij geen opening van zaken heeft gegeven. Alles afwegende acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 10 jaren, met aftrek van het voorarrest, passend en geboden. In de gezondheidssituatie van de partner van verdachte ziet de rechtbank geen aanleiding de straf te matigen. Verdachte heeft met zijn handelen het risico om als gevolg van detentie niet voor haar te kunnen zorgen op de koop toegenomen.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de veroordeelde in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

9.BESLAG

9.1.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de inbeslaggenomen cocaïne, pgp-telefoons en Renault Master moeten worden onttrokken aan het verkeer. Hij vordert verbeurdverklaring van alle aangetroffen geldbedragen en de Opel Vivaro. De Range Rover moet worden teruggegeven aan de rechthebbende.
9.2.
Standpunt verdediging
De verdediging heeft geen standpunt ingenomen over het beslag.
9.3
Oordeel van de rechtbank
Onttrekking aan het verkeer
De rechtbank zal de volgende in beslag genomen voorwerpen onttrekken aan het verkeer:
  • Opel Vivaro, goednummer 630309;
  • Renault Master, goednummer 2724154,
Het onder feit 1 en 2 bewezen verklaarde is met deze auto’s begaan. De voertuigen hebben verborgen bergruimtes. Om die reden zijn deze voorwerpen van zodanige aard, dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet of met het algemeen belang.
De rechtbank zal daarnaast de volgende in beslag genomen voorwerpen onttrekken aan het verkeer:
  • HTC HD Mini (pgp), goednummer 2724390;
  • Blackberry (pgp), goednummer 2724379,
PGP-telefoons kunnen worden gebruikt bij het plegen van strafbare feiten en de belemmering van de opsporing van die strafbare feiten. Om die reden zijn zij van zodanige aard, dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met het algemeen belang.
Tevens zal de rechtbank de volgende inbeslaggenomen voorwerpen onttrekken aan het verkeer:
  • 28 blokken cocaïne, goednummer 2724160;
  • 207 blokken cocaïne, goednummer 2724152;
  • twee gripzakjes cocaïne, goednummer 629417;
  • twee bakjes cocaïne, goednummer 629418,
Genoemde voorwerpen zijn vatbaar voor onttrekking aan het verkeer, aangezien met betrekking tot die voorwerpen het feit is begaan, terwijl die voorwerpen van zodanige aard zijn, dat het ongecontroleerde bezit daarvan in strijd is met de wet.
Verbeurdverklaring
De rechtbank zal de volgende inbeslaggenomen voorwerpen verbeurdverklaren. Met betrekking tot en met behulp van deze voorwerpen is het bewezen verklaarde begaan, dan wel zijn deze voorwerpen uit de baten van strafbare feiten verkregen:
  • Muntgeld € 427,07, goednummer 2724574;
  • Briefgeld € 285.000,00, goednummer 2724466;
  • Briefgeld € 193.800,00, goednummer 2724465;
  • Briefgeld € 85.500,00, goednummer 629419;
  • Briefgeld € 4.550,00, goednummer 629422.
Teruggave aan verdachte
De rechtbank zal de volgende in beslag genomen voorwerpen retour geven aan de verdachte:
  • Briefgeld € 365,00, goednummer 629420;
  • Briefgeld € 1.555,00, goednummer 629421;
  • Briefgeld € 900,00, goednummer 668575.
Teruggave aan de rechthebbende
De rechtbank zal het volgende in beslag genomen voorwerp retour geven aan degene die redelijkerwijs als rechthebbende van dit voorwerp kan worden aangemerkt:
- Range Rover, goednummer 2724148.

10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen
  • 33, 33a, 36b, 36c, 36d, 46, 47, 57 en 420bis van het Wetboek van Strafrecht en
  • 2, 10 en 10a van de Opiumwet;
zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

11.BESLISSING

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvan
10 (tien) jaren;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
Beslag
- verklaart de volgende voorwerpen
onttrokken aan het verkeer:
  • Opel Vivaro, goednummer 630309;
  • Renault Master, goednummer 2724154,
  • HTC HD Mini (pgp), goednummer 2724390;
  • Blackberry (pgp), goednummer 2724379,
  • 28 blokken cocaïne, goednummer 2724160;
  • 207 blokken cocaïne, goednummer 2724152;
  • twee gripzakjes cocaïne, goednummer 629417;
  • twee bakjes cocaïne, goednummer 629418;
- verklaart de volgende voorwerpen
verbeurd:
  • Muntgeld € 427,07, goednummer 2724574;
  • Briefgeld € 285.000,00, goednummer 2724466;
  • Briefgeld € 193.800,00, goednummer 2724465;
  • Briefgeld € 85.500,00, goednummer 629419;
  • Briefgeld € 4.550,00, goednummer 629422;
- gelast de
teruggave aan verdachtevan de volgende voorwerpen:
  • Briefgeld € 365,00;
  • Briefgeld € 1.555,00;
  • Briefgeld € 900,00;
- gelast de
teruggave aan de rechthebbendevan het volgende voorwerp:
 Range Rover, goednummer 2724148.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J.P. Schotman, voorzitter, mrs. L.M.M. Heppe en S. Ourahma, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C.A. Chanier, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 24 augustus 2022.
De oudste rechter is buiten staat om dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
1. hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 26 maart 2020 tot en
met 30 oktober 2020 te Vinkeveen, gemeente De Ronde Venen, althans in
Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
(telkens) opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en/of verwerkt en/of verkocht en/of
afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd en/of opzettelijk aanwezig heeft gehad,
telkens hoeveelheden van een materiaal bevattende cocaïne (onder meer op 30
oktober 2020: 235 kilo), (telkens) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet
behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die
wet;
(art 10 lid 4 Opiumwet, art 2 ahf/ond B Opiumwet, art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek
van Strafrecht)
2. hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 26 maart 2020 tot en
met 30 oktober 2020 te Vinkeveen, gemeente De Ronde Venen, althans in
Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
(telkens) om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de
Opiumwet, te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, verkopen,
afleveren, verstrekken, vervoeren en/of binnen en/of buiten het grondgebied van
Nederland brengen van (een) hoeveelhe(i)d(en) cocaïne, in elk geval (telkens) (een)
middel(en) vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I voor te bereiden en/of
te bevorderen,
- een of meer anderen heeft getracht te bewegen om dat/die feit(en) te plegen, te
doen plegen, mede te plegen, uit te lokken en/of om daarbij behulpzaam te zijn
en/of om daartoe gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen te verschaffen,
en/of
- zich of (een) ander(en) gelegenheid, middelen, inlichtingen tot het plegen van
dat/die feit(en) heeft getracht te verschaffen,
-voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen en/of gelden of andere betaalmiddelen
voorhanden gehad, waarvan verdachte wist of ernstige redenen had om te
vermoeden, dat dat/die bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en),
immers heeft hij verdachte, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen (telkens):
- geld en/of verpakkingsmateriaal en/of opslagruimte en/of bereidingsruimte
(cocaïnewasserij) en/of voertuigen met verborgen ruimte en/of stempels met logo,
bestemd voor het bestellen, vervoeren, opslaan, verbergen, bereiden, bewerken,
verwerken, verpakken, afleveren, verstrekken, kopen, verkopen, financieren van
eerdergenoemde harddrugs, voorhanden gehad en/of
- (telefonische) contact(en) en/of (een) ontmoeting(en) en/of (een) bespreking(en)
en/of (een) afspra(a)k(en) gehad en/of gemaakt met een of meer transporteur(s),
afnemer(s), verkoper(s), tussenperso(o)n(en), verlener(s) van hand- en
spandiensten en/of ander(en) met betrekking tot de hoeveelheid, prijs, kwaliteit,
export, import, opzetten van een transportlijn naar Noorwegen, levering, betaling,
koop, verpakking, vacumeren, stempels met logo's, verhulling met deklading,
uithaal, inbouwen van stash-ruimtes in voertuigen, opslag, bereidingsruimte
(cocaïnewasserij), bereider ( [.] ) en/of het vervoer van eerdergenoemde harddrugs
en/of
- een of meer van eerdergenoemd(e) perso(o)n(en) voorzien van informatie en/of
opdrachten en/of geld en/of een (tijdelijke) opslag- en/of bereidings- en/of
verblijfplaats ten behoeve van het vervoeren, opslaan, verbergen, verpakken,
vacumeren, bewerken, verwerken, indrukken van een logo, afleveren, verstrekken,
kopen en/of financieren van eerdergenoemde harddrugs en/of
- tot vorenomschreven feiten opdracht gegeven en/of daartoe hand- en
spandiensten verricht;
(art 10 lid 4 Opiumwet, art 10 lid 5 Opiumwet, art 10a lid 1 ahf/sub 2 alinea
Opiumwet)
3. hij op of omstreeks 30 oktober 2020 te Vinkeveen, gemeente De Ronde Venen,
althans in Nederland, een voorwerp, te weten (in zijn voertuig) een geldbedrag van
€ 478.690,00 en/of (in zijn woning) een geldbedrag van € 91.970,00, heeft verworven, voorhanden gehad, overgedragen en/of omgezet, en/of van dat voorwerp gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf;
(art 420bis lid 1 ahf/ond b Wetboek van Strafrecht)
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou
kunnen leiden:
hij op of omstreeks 30 oktober 2020 te Vinkeveen, gemeente De Ronde Venen,
althans in Nederland, een voorwerp, te weten (in zijn voertuig) een geldbedrag van
€ 478.690,00 en/of (in zijn woning) een geldbedrag van € 91.970,00, heeft verworven en/of voorhanden gehad, terwijl hij wist dat dat voorwerp geheel of gedeeltelijk, onmiddellijk, afkomstig was uit eigen misdrijf.;
(art 420bis.1 Wetboek van Strafrecht)

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren. De processen-verbaal zijn als bijlagen opgenomen bij de in de wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal van 2 februari 2021 en 26 juli 2021, respectievelijk genummerd 20009-0092 en 20009-0092/1, opgemaakt door de politie Landelijke Eenheid Team 2e Lijns Opsporing Zuid-Oost, doorgenummerd pagina 1 tot en met 796. Tevens wordt verwezen naar het bijbehorend beslagdossier, genummerd 20009-0077, opgemaakt door de politie Landelijke Eenheid Team 2e Lijns Opsporing Zuid-Oost, doorgenummerd pagina 1 tot en met 436.
2.Verklaring verdachte ter terechtzitting van 10 augustus 2022.
3.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 30 oktober 2020, p. 174.
4.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 30 oktober 2020, p. 174.
5.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 30 oktober 2020, p. 176.
6.Proces-verbaal van binnentreden d.d. 30 oktober 2020, p. 246.
7.Proces-verbaal van binnentreden d.d. 30 oktober 2020, p. 247.
8.Proces-verbaal doorzoeking d.d. 31 oktober 2020, p. 523.
9.Proces-verbaal doorzoeking d.d. 31 oktober 2020, p. 524.
10.Proces-verbaal doorzoeking d.d. 31 oktober 2020, p. 525.
11.Proces-verbaal onderzoek verdovende middelen inclusief NFI-bijlagen d.d. 16 november 2020, beslagdossier, genummerd 20009-0077, p. 334 (beslagdossier).
12.Proces-verbaal onderzoek verdovende middelen, p. 335-336 (beslagdossier).
13.NFI-rapport d.d. 13 november 2020, p. 337 (beslagdossier).
14.NFI-rapport d.d. 13 november 2020, p. 338 (beslagdossier).
15.NFI-rapport d.d. 13 november 2020, p. 339 (beslagdossier).
16.NFI-rapport d.d. 13 november 2020, p. 340 (beslagdossier).
17.NFI-rapport d.d. 13 november 2020, p. 341 (beslagdossier).
18.Onderzoek douane aan Renault, type master, kenteken [kenteken] d.d. 19 november 2020, p. 302.
19.Onderzoek douane aan Renault, type master, kenteken [kenteken] d.d. 19 november 2020, p. 303.
20.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 31 oktober 2021, p. 311.
21.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 30 oktober 2021, p. 681.
22.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 31 oktober 2021, beslagdossier, genummerd 20009-0077, p. 74.
23.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 31 oktober 2021, beslagdossier, genummerd 20009-0077, p. 75.
24.Kennisgeving van inbeslagneming, p. 97 (beslagdossier).
25.Kennisgeving van inbeslagneming, p. 95 (beslagdossier).
26.Kennisgeving van inbeslagneming, p. 99 (beslagdossier).
27.Proces-verbaal d.d. 31 oktober 2021 doorzoeking [adres] , p. 548.
28.Proces-verbaal van bevindingen Onderzoek IPhone XS d.d.5 februari 2021, p. 460.
29.Proces-verbaal van bevindingen Onderzoek IPhone XS d.d.5 februari 2021, p. 464.
30.Proces-verbaal van bevindingen Pv contacten [medeverdachte] op de dag van zijn aanhouding, p. 612.
31.Proces-verbaal van bevindingen Pv contacten [medeverdachte] op de dag van zijn aanhouding, p. 615.
32.Proces-verbaal van bevindingen Identificatie [encrochatnaam 2] als [medeverdachte] , p. 484.
33.Proces-verbaal van bevindingen Identificatie [encrochatnaam 2] als [medeverdachte] , p. 482.
34.Proces-verbaal van bevindingen Identificatie Encro, p. 522.
35.Proces-verbaal van bevindingen encrochats [encrochatnaam 2] , p. 486.
36.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’ d.d. 30 april 2021, p. 572.
37.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 572.
38.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 573.
39.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 574.
40.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 574.
41.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 575.
42.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 575.
43.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 578.
44.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 580.
45.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 582.
46.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 583.
47.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 583.
48.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 585.
49.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 585.
50.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 585.
51.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 586.
52.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 586.
53.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 588.
54.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 589.
55.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 590.
56.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 591.
57.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 592.
58.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 593.
59.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 593.
60.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 594.
61.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 595.
62.Proces-verbaal van bevindingen EncroChats ‘ [encrochatnaam 3] ’, p. 600.
63.Proces-verbaal van bevindingen cocaïnewasserij en versnijdingslab, p. 607.
64.Proces-verbaal van bevindingen cocaïnewasserij, p. 610.
65.Proces-verbaal van bevindingen chatberichten No1BC, p. 312.
66.Proces-verbaal van bevindingen chatberichten No1BC, p. 313.