ECLI:NL:RBMNE:2022:3312
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen uitspraak op bezwaar inzake belastingaanslag
In deze zaak heeft eiser op 31 mei 2021 bezwaar ingediend tegen een belastingaanslag van 31 maart 2021. De heffingsambtenaar heeft op 13 juli 2021 uitspraak gedaan op het bezwaar. Eiser heeft op 22 juli 2021 beroep ingesteld bij de rechtbank. Na een gewijzigde uitspraak op bezwaar op 12 oktober 2021, heeft de rechtbank eiser verzocht om het beroep in te trekken of voort te zetten. Eiser heeft hierop niet gereageerd, wat de rechtbank deed concluderen dat hij het niet eens was met de gewijzigde uitspraak.
De rechtbank overweegt dat, omdat er inmiddels een nieuwe uitspraak op bezwaar is, eiser geen procesbelang meer heeft bij de beoordeling van de eerdere uitspraak op bezwaar van 13 juli 2021. Het beroep tegen deze uitspraak moet daarom niet-ontvankelijk worden verklaard. De rechtbank wijst erop dat eiser, ondanks een verzoek om beroepsgronden aan te voeren, geen gronden heeft ingediend tegen de uitspraak op bezwaar van 12 oktober 2021. Hierdoor is onduidelijk waarom eiser het niet eens is met deze uitspraak.
Zonder beroepsgronden kan de rechtbank het beroep niet inhoudelijk behandelen, wat leidt tot de conclusie dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is. Eiser krijgt geen gelijk en er wordt geen proceskostenvergoeding toegekend. De rechtbank verklaart het beroep tegen de uitspraken op bezwaar van 13 juli 2021 en 12 oktober 2021 niet-ontvankelijk.