ECLI:NL:RBMNE:2022:3262
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Naheffingsaanslag parkeerbelasting en beroep op overmacht
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 11 augustus 2022 uitspraak gedaan in een geschil over een naheffingsaanslag parkeerbelasting. Eiser, die zijn auto op een gefiscaliseerde parkeerplaats had geparkeerd, ontving op 20 juli 2021 een naheffingsaanslag van € 69,69, omdat hij geen parkeerbelasting had voldaan. Eiser stelde dat hij door een defect aan zijn auto niet in staat was om tijdig de verschuldigde parkeerbelasting te betalen. Hij had zijn auto geparkeerd en was naar de woning van zijn zoon gereden, waar hij de Audi service dienst belde om het defect te melden. Eiser voerde aan dat de hectische situatie hem verhinderde om de parkeerbelasting te betalen.
De rechtbank oordeelde dat een beroep op overmacht alleen kan slagen in geval van een (levensbedreigende) noodsituatie of een spoedeisende situatie. De rechtbank was van mening dat de omstandigheden die eiser aanvoerde niet onder deze definitie vielen. Eiser had, ondanks de stressvolle situatie, eerst de parkeerbelasting kunnen betalen voordat hij de service dienst belde. De rechtbank concludeerde dat de naheffingsaanslag terecht was opgelegd en verklaarde het beroep ongegrond. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak werd gedaan door rechter R.C. Stijnen, in aanwezigheid van griffier R.P. Stehouwer, en werd openbaar uitgesproken op 11 augustus 2022. Een afschrift van de uitspraak is verzonden aan de betrokken partijen.