Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.Het verloop van de procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
498,00(1 punten x tarief € 498,00)
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft [eiser] op 2 juli 2022 een kort geding aangespannen tegen [gedaagde] wegens het niet uitbetalen van loon en vakantiebijslag. De mondelinge behandeling vond plaats op 29 juli 2022, waarbij [eiser] en zijn gemachtigde aanwezig waren, maar [gedaagde] niet. De kantonrechter heeft op basis van de overgelegde stukken en het ontbreken van verweer van [gedaagde] geoordeeld dat [eiser] recht heeft op zijn loon en vakantiebijslag. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [gedaagde] niet tijdig aan haar loonbetalingsverplichtingen heeft voldaan en dat zij de wettelijke verhoging verschuldigd is. Tevens is vastgesteld dat [gedaagde] de salarisspecificaties van juli 2022 niet heeft verstrekt, wat in strijd is met artikel 7:626 BW. De vorderingen van [eiser] zijn toegewezen, inclusief de wettelijke verhoging en rente, en [gedaagde] is veroordeeld tot betaling van de proceskosten. Het vonnis is uitgesproken op 5 augustus 2022.