In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 27 juni 2022, zijn de beroepen van eiseres gegrond verklaard omdat de Belastingdienst Toeslagen niet tijdig heeft beslist op haar bezwaarschriften. Eiseres had twee bezwaarschriften ingediend, één op 29 juli 2021 en de andere op 20 september 2021, tegen besluiten van respectievelijk 27 juli 2021 en 8 september 2021. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Belastingdienst niet binnen de wettelijk vereiste termijnen heeft beslist, ondanks een ingebrekestelling van eiseres op 31 januari 2022.
De rechtbank heeft de hoogte van de dwangsom vastgesteld op € 1.442,- per zaak, met een totaal van € 2.884,-, en heeft de Belastingdienst opgedragen om binnen tien weken na de uitspraak alsnog besluiten bekend te maken. Tevens is bepaald dat de Belastingdienst een dwangsom van € 100,- per dag moet betalen voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,- per zaak. Eiseres heeft recht op een vergoeding van de proceskosten, die is vastgesteld op € 379,50 per zaak, totaal € 759,-, en het griffierecht moet ook door de Belastingdienst aan eiseres worden vergoed.
De rechtbank heeft de beroepen gegrond verklaard, het niet tijdig nemen van besluiten vernietigd en de Belastingdienst opgedragen om alsnog binnen de gestelde termijnen te handelen. Deze uitspraak benadrukt de verplichtingen van bestuursorganen om tijdig te beslissen op bezwaarschriften en de gevolgen van het niet naleven van deze termijnen.