ECLI:NL:RBMNE:2022:2764
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Einduitspraak bestuursrecht inzake WIA-uitkering en motiveringsgebreken medische beoordeling
Op 24 mei 2022 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht, uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). Deze einduitspraak volgt op een tussenuitspraak van 11 februari 2022, waarin de rechtbank het Uwv de gelegenheid gaf om motiveringsgebreken in het bestreden besluit te herstellen. Eiseres had beroep ingesteld tegen het besluit van het Uwv, dat haar geen recht op een WIA-uitkering toekende, omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt zou zijn.
In de tussenuitspraak werd vastgesteld dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep, Jacobs, niet voldoende had gemotiveerd waarom de beperkingen voor de rechterschouder, zoals vastgesteld door verzekeringsarts drs. Lok, niet waren overgenomen. Het Uwv diende binnen zes weken na de tussenuitspraak met een aanvullende motivering te komen. Dit gebeurde met een rapport van 30 maart 2022, waarin Jacobs de motiveringsgebreken trachtte te herstellen.
De rechtbank heeft in de einduitspraak geoordeeld dat het Uwv de gebreken voldoende heeft hersteld. De rechtbank oordeelde dat de drie functies die aan eiseres waren voorgelegd, geschikt waren, ondanks de aanpassing van de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) van 13 juli 2021. De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde het bestreden besluit, maar liet de rechtsgevolgen in stand, wat betekent dat eiseres geen recht heeft op een WIA-uitkering. Tevens werd het Uwv veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht en de proceskosten van eiseres.