Uitspraak
RECHTBANKMIDDEN-NEDERLAND
1.a
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 4 mei 2022 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] , eiser,
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
.Dat staat in artikel 7:10 en 7:13 van de Awb.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het, met een besluit gelijk te stellen, niet tijdig nemen van een besluit;
- stelt de door verweerder te betalen dwangsom vast op €1.442,-;
- draagt verweerder op binnen twee weken na de dag van verzending van deze uitspraak alsnog een besluit bekend te maken;
- bepaalt dat verweerder aan eiser een dwangsom van € 100,- moet betalen voor elke dag waarmee hij de hiervoor genoemde termijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-;
- bepaalt dat verweerder het griffierecht van € 184,- dat eiser heeft betaald moet betalen;
- veroordeelt verweerder tot betaling van € 379,50 aan proceskosten. Verweerder moet dit bedrag betalen aan eiser.
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 4 mei 2022.