In deze zaak, die diende bij de Rechtbank Midden-Nederland, heeft de kantonrechter op 18 mei 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen BOL.COM B.V. en een gedaagde. De eiser, bol.com, had op 20 november 2019 auto-koplampen ter waarde van € 225,95 verkocht aan de gedaagde, die deze koplampen had geretourneerd omdat ze niet pasten. De leverancier van de koplampen, [leverancier], had de retourzending echter niet geaccepteerd. Bol.com vorderde nu betaling van de koplampen, de buitengerechtelijke incassokosten en de proceskosten, maar de gedaagde was het hier niet mee eens.
De procedure omvatte verschillende processtukken, waaronder de dagvaarding en conclusies van antwoord, repliek en dupliek. De kantonrechter had aanvankelijk de uitspraak willen doen op 13 april 2022, maar dit was niet gelukt, waardoor de uitspraak op 18 mei 2022 volgde. De gedaagde stelde dat zij de koplampen correct had geretourneerd, waardoor haar betalingsverplichting zou zijn komen te vervallen. Bol.com erkende de retourzending, maar betwistte dat deze aan de voorwaarden voldeed, omdat de koplampen beschadigd of incompleet zouden zijn geweest bij ontvangst door de leverancier.
De kantonrechter oordeelde dat bol.com niet voldoende had onderbouwd dat de retourzending niet aan de voorwaarden voldeed. Er was geen bewijs dat de koplampen beschadigd of incompleet waren op het moment van ontvangst door de leverancier. Bovendien ontbrak bewijs dat de gedaagde de koplampen opnieuw had ontvangen. Hierdoor werd het verweer van de gedaagde geaccepteerd en werden de vorderingen van bol.com afgewezen. Bol.com werd veroordeeld in de proceskosten, die voor de gedaagde op € 50,- werden vastgesteld.