ECLI:NL:RBMNE:2022:2150

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
7 juni 2022
Publicatiedatum
7 juni 2022
Zaaknummer
16.146658.21 (P)
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een moeder wegens mishandeling van haar kinderen

Op 7 juni 2022 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een moeder, die gedurende een periode van ruim anderhalf jaar haar vier kinderen heeft mishandeld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de moeder fysiek geweld heeft gebruikt tegen haar kinderen, waaronder het slaan op het hoofd en lichaam, en hen heeft uitgescholden. De rechtbank heeft de moeder gedeeltelijk vrijgesproken van emotionele mishandeling, omdat niet kon worden aangetoond dat haar gedrag psychisch letsel bij de kinderen heeft veroorzaakt. De rechtbank heeft de moeder veroordeeld tot een voorwaardelijke taakstraf van 40 uur, met een proeftijd van één jaar. De rechtbank heeft daarbij rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan, en het feit dat de moeder inmiddels hulp heeft ontvangen en haar gedrag lijkt te hebben verbeterd. De benadeelde partij, een van de kinderen, is niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering tot schadevergoeding, omdat zij geen bedrag had genoemd. De rechtbank heeft de proceskosten gecompenseerd, zodat ieder haar eigen kosten draagt.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Strafrecht
Zittingsplaats Lelystad
Parketnummer: 16.146658.21 (P)
Vonnis van de meervoudige kamer van 7 juni 2022
in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [1984] te [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres] te [woonplaats] ,
hierna: verdachte.

1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 24 mei 2022 na verwijzing door de politierechter in deze rechtbank naar de meervoudige kamer.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering en standpunten van officier van justitie mr. J.A. Bekke en van hetgeen verdachte en haar raadsman, mr. M. Jonk, advocaat te Amsterdam, naar voren hebben gebracht.

2.TENLASTELEGGING

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:
van 1 januari 2019 tot en met 15 oktober 2020 in Lelystad haar kinderen, te weten [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] en [slachtoffer 5] , emotioneel en/of fysiek heeft mishandeld en/of opzettelijk de gezondheid van die kinderen heeft benadeeld.

3.VOORVRAGEN

De dagvaarding is geldig, de rechtbank is bevoegd tot kennisneming van het tenlastegelegde, de officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging van verdachte en er zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging.

4.WAARDERING VAN HET BEWIJS

4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd van het tenlastegelegde ten aanzien van [slachtoffer 1] . Voor het overige acht de officier van justitie het tenlastegelegde wettig en overtuigend te bewijzen.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft primair vrijspraak bepleit van het tenlastegelegde. Subsidiair is de raadsman van mening dat een volledig voorwaardelijke straf dient te worden opgelegd.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Vrijspraak ten aanzien van [slachtoffer 1]
De rechtbank acht niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde ten aanzien van [slachtoffer 1] heeft begaan en zal verdachte hiervan vrijspreken. Zoals terecht door de officier van justitie naar voren is gebracht, woonde [slachtoffer 1] in de tenlastegelegde periode bij haar vader.
Bewijsmiddelen [1]
1. [getuige 1] heeft op 25 februari 2021 een getuigenverklaring afgelegd en heeft, zoals blijkt uit het daarvan opgemaakte
proces-verbaal van verhoor getuige,onder meer het volgende verklaard:
Ik ben woonachtig geweest van januari 2018 tot en met april 2020 op de [adres] . Bij ons in de straat woonde een mevrouw welke is genaamd [verdachte] . Voor zover ik weet heeft deze mevrouw een vijftal kinderen. Ik kan zeggen dat ik, met name in de zomer, veelvuldig de moeder heb horen schelden tegen haar kinderen, ik bedoel dan zelfs dat de kinderen gekleineerd werden. Ik zal een aantal voorbeelden geven.
Als wij in de voortuin zaten hoorden wij de moeder zeggen: "ik ben ongelukkig omdat jij geboren bent" Dit was gericht tegen één van de kinderen. Ik heb zelf het idee dat dit gericht was tegen de oudste van alle kinderen. Tevens schold de moeder bijna de gehele dag met het woord kanker, dit was gericht tegen de kinderen.
Wanneer de kinderen niet luisterden konden wij allemaal horen dat de kinderen één voor één naar boven werden genomen naar de badkamer. Daar hoorde ik dan dat de kinderen werden geslagen. Direct daarna hoorde ik altijd de kinderen niet huilen maar krijsen. [2]
2. [getuige 2] heeft op 27 februari 2021 een getuigenverklaring afgelegd en heeft, zoals blijkt uit het daarvan opgemaakte
proces-verbaal van verhoor getuige, onder meer het volgende verklaard:
Wij zijn sinds maart 2019 woonachtig op de [adres] te [woonplaats] . Wij hebben een buurvrouw genaamd: [verdachte] . [verdachte] bleek 4 a 5 kinderen te hebben. Sowieso waren er altijd vier kinderen in haar woning. Als [verdachte] zich in de tuin bevond met haar kinderen hoorde wij haar veelvuldig schelden tegen haar kinderen. Wij hoorde zeer regelmatig [verdachte] zeggen: “kut kind / kinderen, jij verpest mijn leven”. De kinderen werden ook vaak uitgescholden voor kankerkinderen. [3]
3. Verdachte heeft op 23 december 2019, zoals blijkt uit
een proces-verbaal van verhoor verdachte, onder meer het volgende verklaard:
Ik was inderdaad wel van het fysieke optreden. Ik heb mijn kinderen inderdaad wel eens een corrigerende tik gegeven als dat in mijn ogen nodig was. Ik geef eerlijk toe dat ik wel te vaak geschreeuwd heb. [4] Ik heb de kinderen wel eens bij hun oor gepakt of bij hun arm. Ik heb ze ook wel eens met mijn vlakke hand een tik op hun achterhoofd gegeven. Verder dan dat ging het niet. Ik heb ze wel uitgescholden voor dom ja. Ik heb ook zeker wel eens kankerkinderen tegen hen gezegd. [5]
Bewezenverklaring fysieke mishandeling
De beslissing dat het bewezenverklaarde door verdachte is begaan, berust op de feiten en omstandigheden als vervat in de hierboven bedoelde bewijsmiddelen in onderlinge samenhang beschouwd.
Partiele vrijspraak emotionele mishandeling
Aan verdachte is ook tenlastegelegd dat zij haar kinderen emotioneel heeft mishandeld. Emotionele of psychische mishandeling van een kind kan worden aangemerkt als mishandeling in de zin van artikel 300 van het Wetboek van Strafrecht. De in het vierde lid van artikel 300 Sr genoemde gelijkstelling van mishandeling met benadeling van de gezondheid biedt namelijk aanknopingspunten voor strafbaarheid van niet alleen het veroorzaken van lichamelijke pijn, letsel of onlust, maar ook voor psychische of emotionele mishandeling. Bij de vraag of hiervan sprake is komt het aan op de omstandigheden van het geval, waaronder de aard van de gedraging(en) van verdachte en de omstandigheden waaronder deze is/zijn verricht.
In deze zaak kan op basis van de verklaringen in het dossier worden vastgesteld dat verdachte in de tenlastegelegde periode tegen een of meer van haar kinderen heeft geschreeuwd, zij haar kinderen heeft uitgescholden voor kankerkinderen en dat zij tegen haar kinderen zou hebben gezegd dat zij ongelukkig was omdat zij waren geboren. Ook is gebleken dat zij haar kinderen heeft geslagen. De rechtbank ziet hierin sterke en zorgwekkende signalen dat verdachte in de tenlastegelegde periode op een laakbare en onjuiste wijze is omgegaan met haar kinderen. Uit het dossier kan echter niet worden opgemaakt hoe vaak en met welke intensiteit verdachte haar kinderen heeft geslagen, en of de kinderen daar letsel aan hebben overgehouden. De verklaring van verdachte, dat het om corrigerende tikken zou gaan, kan dan ook niet worden uitgesloten. Daarnaast biedt het dossier onvoldoende aanknopingspunten om te concluderen dat het slaan en schelden van verdachte van een dusdanige aard en ernst waren, dat hierdoor bij een of meerdere van haar kinderen psychisch letsel, als bedoeld in artikel 300 Sr is veroorzaakt. De rechtbank zal verdachte dan ook vrijspreken van de tenlastegelegde emotionele mishandeling.

5.BEWEZENVERKLARING

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte:
in de periode van 1 januari 2019 tot en met 15 oktober 2020 in Lelystad een of meerdere (van haar) kinderen, over wie zij het gezag uitoefende, te weten:
1) [slachtoffer 2] , geboren op [2010] , en/of
2) [slachtoffer 3] , geboren op [2011] , en/of
3) [slachtoffer 4] , geboren op [2015] , en/of
4) [slachtoffer 5] , geboren op [2017] ,
meermalen fysiek heeft mishandeld door op het hoofd en het lichaam te slaan, en naar die genoemde kinderen heeft gescholden en geschreeuwd, ‘jullie zijn kankerkinderen’ en/of ‘ik ben ongelukkig, omdat jullie zijn geboren’.
Voor zover in het bewezen verklaarde deel van de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. Verdachte wordt hiervan vrijgesproken.

6.STRAFBAARHEID VAN HET FEIT

Het bewezenverklaarde levert volgens de wet het volgende strafbare feit op:
mishandeling, begaan tegen haar kinderen.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluit. Het feit is strafbaar, met dien verstande dat het onder het bewezenverklaarde uitschelden van en schreeuwen tegen de kinderen niet kan worden gekwalificeerd als mishandeling in strafrechtelijke zin, zodat verdachte ter zake dit gedeelte van de bewezenverklaring zal worden ontslagen van alle rechtsvervolging.

7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE

Er is geen omstandigheid gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

8.OPLEGGING VAN STRAF

8.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte ter zake van het door hem bewezen geachte te veroordelen tot een taakstraf voor de duur van 140 uren subsidiair 70 dagen hechtenis waarvan 100 uren subsidiair 50 dagen hechtenis voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft een volledig voorwaardelijke straf bepleit.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezenverklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
Aard en ernst van het feit
Verdachte heeft haar vier kinderen in een periode van bijna twee jaar meerdere malen fysiek mishandeld door hen te slaan. Ook heeft zij meerdere malen gescholden naar haar kinderen, hetgeen weliswaar niet in strafrechtelijke zin kan worden gekwalificeerd als mishandeling, maar wat niettemin verwerpelijk is. De gedragingen van verdachte waren van een dusdanige aard dat het verschillende buurtbewoners is opgevallen en zij zich hierover zorgen hebben gemaakt. Hoewel de rechtbank onvoldoende aanknopingspunten ziet in het dossier om verdachte te veroordelen voor emotionele of psychische mishandeling, is wel een zorgwekkend en verontrustend beeld ontstaan over de wijze waarop verdachte is omgegaan met haar kinderen. Ingrijpen van verschillende instanties bleek noodzakelijk, en enkel daardoor is een einde is gekomen aan de mishandelingen en zorgelijke situatie waarin de kinderen zich bevonden.
De liefdevolle zorg en aandacht van de ouder is voor een opgroeiend kind een basis voor het ontwikkelen van vertrouwen. Het kind kan zich daardoor in een veilige sfeer ontplooien. Bovendien stimuleert de positieve aandacht van de ouder het kind om zich evenwichtig te ontwikkelen op emotioneel, intellectueel en lichamelijk gebied. In het geval van kindermishandeling ontbreekt die geborgenheid en komt de ontwikkeling van een kind zwaar onder druk te staan. Het ondermijnt het vertrouwen van het kind in anderen. Daardoor krijgt het een verwrongen, negatief beeld van zichzelf en loopt zijn zelfvertrouwen een grote deuk op. Lichamelijke mishandeling, in elke gradatie, kan zorgen voor stagnaties in de ontwikkeling van het kind en hangt samen met diverse psychische problemen en gezondheidsklachten op latere leeftijd. Ook het schelden en kleineren van kinderen kan grote gevolgen hebben voor het welzijn en de ontwikkeling van het kind op de lange termijn. Kinderen kunnen daar tot in hun volwassenheid last van hebben.
Verdachte heeft haar kinderen door de mishandelingen ernstig tekort gedaan. De rechtbank rekent dit verdachte aan.
Persoon van verdachte
De rechtbank heeft acht geslagen op een verdachte betreffend uittreksel uit het Justitieel Documentatieregister van 22 februari 2022. Hieruit volgt dat verdachte niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke feiten.
Verder heeft de rechtbank acht geslagen op de reclasseringsadviezen van 24 en 29 maart 2022, opgemaakt door reclasseringsmedewerker mevrouw M. Knippers. De reclassering schrijft dat uit de verslagen die zij hebben ontvangen van de Raad voor de Kinderbescherming, de informatie van de pleegouders en jeugdzorg, volgt dat verdachte in staat is geweest uit te groeien tot een moeder met verantwoordelijkheidsbesef en weet zij op een meer constructieve wijze met haar kinderen te communiceren. Doordat er voldoende beschermende factoren, zoals de steun van pleegouder(s) en vrijwillige hulpverlening, het hebben van een zinvolle dagbesteding, het ontbreken van schulden en middelenproblematiek en een steunend familiair netwerk, zijn lijkt de kans dat zij haar kinderen fysiek zal benaderen klein(er) te zijn geworden. Risicofactor lijken er, afgaande op de referenten informatie en hetgeen dat is beschreven in de verslagen van de Raad voor de Kinderbescherming, nu niet meer te zijn.
De op te leggen straf
De rechtbank heeft bij het bepalen van de soort en zwaarte van de op te leggen straf onder meer acht geslagen op de oriëntatiepunten straftoemeting van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS).
Ondanks dat verdachte ter zitting bleef volhouden dat er weinig met haar gezin aan de hand was en dat door ingrijpen van anderen haar gezin uit elkaar is gevallen, weegt de rechtbank toch in strafverminderende zin mee dat verdachte het hulpverleningstraject met goed gevolg heeft doorlopen, dat zij volgens de hulpverlening verantwoordelijkheidsbesef laat zien en op een meer constructieve wijze met haar kinderen kan communiceren.
De rechtbank is van oordeel dat de ernst van de bewezen verklaarde feiten, mede vanuit een oogpunt van normbevestiging en generale preventie, in beginsel oplegging van een onvoorwaardelijke taakstraf geboden is. De rechtbank ziet echter in het licht van de over verdachte opgemaakte reclasseringsrapportage en gelet op de overschrijding van de redelijke termijn aanleiding om enkel een voorwaardelijke taakstraf op te leggen. Het doel van de voorwaardelijke taakstraf is om verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen. Omdat de mishandelingen van enige tijd geleden zijn, en uit de rapportages blijkt dat de kans op herhaling niet groot is, kan worden volstaan met een proeftijd van een jaar.
Alles afwegende acht de rechtbank een voorwaardelijke taakstraf voor de duur van 40 uren subsidiair 20 dagen hechtenis, met een proeftijd van één jaar passend en geboden.

9.BENADEELDE PARTIJ

[slachtoffer 1] heeft zich in de procedure gevoegd als benadeelde partij. Zij heeft een verzoek tot schadevergoeding ingediend, maar hierin geen bedrag genoemd.
9.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd de benadeelde partij niet-ontvankelijk te verklaren.
9.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft aangevoerd dat de benadeelde partij geen vordering heeft ingediend omdat er geen bedrag is genoemd en de onderbouwing ontbreekt.
9.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaren in de vordering nu verdachte van het tenlastegelegde ten aanzien van de benadeelde partij zal worden vrijgesproken. De benadeelde partij kan de vordering bij de burgerlijke rechter aanbrengen.
Nu de benadeelde partij niet-ontvankelijk wordt verklaard in haar vordering, zullen kosten worden gecompenseerd, in die zin dat ieder haar eigen kosten draagt.

10.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN

De beslissing berust op de artikelen 9, 14a, 14b, 22c, 22d, 300 en 304 van het Wetboek van Strafrecht, zoals de artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

11.BESLISSING

De rechtbank:
Bewezenverklaring
- verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders tenlastegelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
Strafbaarheid
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart het deel van de bewezenverklaring “
en naar die genoemde kinderen heeft gescholden en geschreeuwd, ‘jullie zijn kankerkinderen’ en/of ‘ik ben ongelukkig, omdat jullie zijn geboren”niet strafbaar en ontslaat verdachte ten aanzien van dit deel van de bewezenverklaring van alle rechtsvervolging;
- verklaart verdachte strafbaar;
Oplegging straf
- veroordeelt verdachte tot een taakstraf voor de duur van 40 uren;
- beveelt dat voor het geval verdachte de taakstraf niet of niet naar behoren verricht de taakstraf wordt vervangen door 20 dagen hechtenis;
- bepaalt dat de taakstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene voorwaarden niet heeft nageleefd;
- stelt daarbij een proeftijd van 1 (één) jaar vast;
- als voorwaarde geldt dat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
Benadeelde partij
- verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- compenseert de proceskosten van de benadeelde partij en verdachte, in die zin dat ieder haar eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Weistra, voorzitter, mr. R.B. Eigeman en mr. R.A. Hebly, rechters, in tegenwoordigheid van mr. V.A. Batelaan, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 7 juni 2022.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
in of omstreeks de periode van 1 januari 2019 tot en met 15 oktober 2020 te Lelystad, in elk geval in Nederland, een of meerdere (van haar) kinderen, over wie zij, verdachte, het gezag uitoefende, te weten:
1) [slachtoffer 1] , geboren op [2005] , en/of
2) [slachtoffer 2] , geboren op [2010] , en/of
3) [slachtoffer 3] , geboren op [2011] , en/of
4) [slachtoffer 4] , geboren op [2015] , en/of
5) [slachtoffer 5] , geboren op [2017] ,
meermalen, althans eenmaal, in de genoemde periode die genoemde kinderen (allemaal, althans een of meer van die kinderen) emotioneel en/of fysiek heeft mishandeld en/of opzettelijk de gezondheid van die genoemde kinderen te benadelen, door:
(algemene fysieke mishandelingen):
- die genoemde kinderen meermalen, althans eenmaal, onder de koude douche te zetten, en/of
- die genoemde kinderen meermalen, althans eenmaal, en/of veelvuldig op het hoofd en/of het lichaam te slaan en/of stompen en/of tegen het lichaam en/of de rug en/of de benen te schoppen, en/of
- over een of meerdere van die genoemde kinderen heet water te gooien, en/of
(specifieke fysieke mishandelingen)
- ( in oktober 2019) die [slachtoffer 3] met een kam te slaan, en/of
- die [slachtoffer 3] tegen de muur te hebben gegooid (waardoor diverse tanden los zijn geraakt), en/of
- die [slachtoffer 5] (met kracht) aan zijn armen over de grond heeft getrokken en/of gesleurd, en/of
- die [slachtoffer 4] (met kracht) over de straat aan zijn armen heeft (mee)getrokken en/of (mee)gesleurd,
en/of
(emotionele mishandelingen en/of verwaarlozingen)
- die [slachtoffer 3] (althans een kind, waarnaar verwezen wordt in het procesdossier als het kind/meisje van acht jaar) gedurende een langere tijd, te weten meerdere uren, onbeschermd en zonder enig toezicht in de brandende en/of felle zon heeft neergezet en/of (vervolgens) daar gedurende uren heeft laten zitten, met onthouding van enige schaduw, voedsel en/of drinken, en/of
- meermalen, althans eenmaal, tegen die genoemde kinderen heeft gescholden en/of geschreeuwd, ‘jullie zijn kankerkinderen’ en/of ‘ik ben ongelukkig, omdat jullie zijn geboren’

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar paginanummers betreft dit pagina’s van op ambtseed of ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal. Deze processen-verbaal zijn als bijlagen opgenomen bij het in de wettelijke vorm opgemaakte proces-verbaal van 28 juni 2021, genummerd PL0900-2019318300, opgemaakt door politie Midden-Nederland, doorgenummerd 1 tot en met 83. Tenzij anders vermeld, zijn dit processen-verbaal in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren.
2.Pagina 30.
3.Pagina 32.
4.Pagina 48.
5.Pagina 49.