ECLI:NL:RBMNE:2022:2047
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep wegens niet-betaling griffierecht
Op 18 mei 2022 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen eiser en de heffingsambtenaar van de Belastingdienst gemeenten & hoogheemraadschap Utrecht. Eiser had beroep aangetekend tegen een besluit van verweerder van 9 december 2021. De rechtbank heeft echter besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat eiser het griffierecht van € 50,- niet had betaald. Dit griffierecht is verplicht volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank heeft eiser op 12 maart 2022 een aangetekende brief gestuurd waarin hij werd geïnformeerd dat het griffierecht binnen vier weken moest worden betaald. Aangezien het griffierecht niet op tijd was ontvangen en eiser geen geldige reden had gegeven voor de niet-betaling, kon de rechtbank de zaak niet inhoudelijk behandelen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is op basis van artikel 8:54 Awb.
De beslissing van de rechtbank houdt in dat er geen proceskostenvergoeding wordt toegekend en dat het beroep niet inhoudelijk wordt behandeld. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 18 mei 2022 door mr. R.C. Stijnen, rechter, in aanwezigheid van O. Asafiati, griffier. Eiser is geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken een verzetschrift in te dienen als hij het niet eens is met deze uitspraak.