Het college vindt de vestiging van een B&B in strijd met het bestemmingsplan Baarn Noord (het bestemmingsplan). Om die reden heeft het college onderzocht of hij bereid is om mee te werken aan een omgevingsvergunning om af te wijken van het bestemmingsplan. Het college is niet bereid om deze omgevingsvergunning te verlenen omdat het college van mening is dat de vestiging van een B&B in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. In de aanvullende motivering licht het college nader toe waarom hij vindt dat de vestiging van de B&B in het bijgebouw in strijd is met een goede ruimtelijke ordening.
Het geschil
Eiseres vindt dat de vestiging van haar B&B in overeenstemming is met het bestemmingsplan. Volgens eiseres heeft zij dus geen omgevingsvergunning nodig om af te wijken van het bestemmingsplan. Mocht de rechtbank van oordeel zijn dat de vestiging van de B&B wel in strijd is met het bestemmingsplan, dan stelt eiseres zich op het standpunt dat er geen reden is om de omgevingsvergunning te weigeren. De vestiging van de B&B is volgens eiseres, mede vanwege het kleinschalige karakter, in overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening.
Is de vestiging van de B&B in strijd met het bestemmingsplan?
Volgens eiseres is de vestiging van de B&B in overeenstemming met het bestemmingsplan omdat een B&B een aan huis verbonden beroep is. Volgens het bestemmingsplan zijn op het perceel van eiseres aan huis verbonden beroepen rechtstreeks toegestaan. In het bestemmingsplan is een definitie gegeven wat onder een aan huis verbonden begrepen beroep wordt verstaan. Eiseres vindt dat een B&B valt onder deze definitie. Daarmee is de vestiging van de B&B volgens eiseres rechtstreeks toegestaan op haar perceel.
Op de zitting heeft het college bevestigd dat zijn standpunt is dat de vestiging van de B&B in strijd is met het bestemmingsplan omdat toeristisch kamerverhuur ter plaatse niet is toegestaan. Het college vindt dat een B&B niet valt onder de definitie van een aan huis verbonden beroep. Onder de definitie van een aan huis verbonden beroep vallen de beroepen die in bijlage 3 van het bestemmingsplan zijn genoemd of daarmee vergelijkbaar zijn. De B&B is niet genoemd in bijlage 3 en is ook niet vergelijkbaar met de wel genoemde beroepen vanwege het feit dat een B&B in de nacht in bedrijf is en de bijlage 3 genoemde beroepen dat niet zijn, aldus het college.
Het perceel, en ook het bijgebouw, van eiseres vallen binnen de bestemming ‘Wonen’ van het bestemmingsplan. Binnen de bestemming ‘Wonen’ is een aan huis verbonden beroep toegestaan onder bepaalde voorwaarden. In artikel 1.4 van de planregels wordt een aan huis verbonden beroep gedefinieerd als: “
een in bijlage 3 genoemd dienstverlenend beroep, dan wel een naar de aard van de invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen beroep, dat uitsluitend door de bewoner in of bij een woonhuis wordt uitgeoefend, zonder personeel, op administratief, juridisch, medisch of hiermee gelijk te stellen terrein, waarbij het woonhuis in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is”.Niet in geschil is dat een B&B niet is opgenomen in bijlage 3 bij het bestemmingsplan. Dat betekent dat een B&B alleen valt onder de definitie van een aan huis verbonden beroep als de B&B naar aard en invloed op de omgeving vergelijkbaar is met een van de beroepen uit bijlage 3.
Het college heeft beoordelingsruimte bij het beantwoorden van de vraag of een B&B naar aard en omvang vergelijkbaar is met een in bijlage 3 genoemd beroep. De rechtbank toetst of het college tot de conclusie kon komen dat dat niet het geval is. De rechtbank vindt dat het college bij de invulling van zijn beoordelingsruimte in objectieve zin moet kijken naar een B & B in relatie tot de in bijlage 3 genoemde beroepen. Omdat het gaat om de vraag wat het bestemmingsplan bij recht toestaat, moet hier niet gekeken worden naar de specifieke situatie van de B & B van eiseres. Het gaat dus om B & B’s in algemene zin.
De rechtbank volgt het college in zijn standpunt dat een B&B naar aard en invloed op de omgeving niet vergelijkbaar is met de in bijlage 3 genoemde beroepen. Voor de rechtbank is daarbij van belang dat in bijlage 3 voornamelijk medische en zakelijke dienstverlenende beroepen staan. Een B&B is naar het oordeel van de rechtbank geen van beide. Daarnaast ziet de rechtbank ook een belangrijk verschil in de nachtperiode. De in bijlage 3 genoemde beroepen worden overdag uitgeoefend terwijl een B&B zich kenmerkt door het aanbieden van overnachtingen. Het college heeft dan ook gewicht mogen toekennen aan de omstandigheid dat de activiteiten van een B&B ook ’s nachts plaatsvinden, waarbij dus niet bepalend is of de B&B van eiseres juist heel rustig is in de nacht. Het college heeft tot de conclusie kunnen komen dat een B&B naar aard en invloed op de omgeving niet gelijk te stellen is met de beroepen die in bijlage 3 van het bestemmingsplan zijn genoemd. Dat betekent dat het college terecht heeft geconcludeerd dat de vestiging van een B&B in strijd is met het bestemmingsplan en dat eiseres een omgevingsvergunning nodig heeft om af te wijken van het bestemmingsplan. Eiseres heeft er op de zitting als voorbeeld op gewezen dat dit betekent dat zij wél een huisartsenpraktijk, maar geen B&B zou mogen hebben op haar perceel. Dat is inderdaad het gevolg van deze uitkomst en van de keuze die de gemeenteraad bij de vaststelling van het bestemmingsplan heeft gemaakt. De beroepsgrond slaagt niet.
Mocht het college de omgevingsvergunning weigeren?
Het college kan een omgevingsvergunning om van het bestemmingsplan af te wijken verlenen als de gevraagde activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. Bij de beslissing om wel of niet toepassing te geven aan deze afwijkingsbevoegdheid heeft het college beleidsruimte en moet hij de betrokken belangen afwegen. De bestuursrechter stelt niet zelf vast of verlening van de omgevingsvergunning in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening. De bestuursrechter beoordeelt aan de hand van de beroepsgronden of het besluit in overeenstemming is met het recht.
De rechtbank stelt in dat kader vast dat het college geen beleid heeft vastgesteld voor de invulling van deze beleidsruimte. Het college heeft toegelicht invulling te geven aan de beleidsruimte met een vaste gedragslijn, waarbij per geval wordt beoordeeld of er strijd is met een goede ruimtelijke ordening. Die toets heeft het college ook in de situatie van eiseres uitgevoerd. Eiseres heeft er terecht op gewezen dat dit in feite geen vaste gedragslijn is maar een beoordeling die het college altijd moet maken op grond van de verplichtingen tot zorgvuldige en gemotiveerde besluitvorming, die volgen uit de artikelen 3:2, 3:4 en 7:12, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht. De rechtbank zal daarom, bij gebrek aan een duidelijke vaste gedragslijn, beoordelen of het college in het bestreden besluit voldoende heeft gemotiveerd dat de vestiging van de B&B van eiseres in strijd is met een goede ruimtelijke ordening.
Eiseres vindt van niet. Volgens eiseres past de vestiging van een B&B binnen een goede ruimtelijke ordening. De parkeergelegenheid is gewaarborgd en er is geen sprake van een significante toename van verkeersintensiteit. De privacy van omwonenden en de bezoekers van de B&B is gewaarborgd doordat de B&B is afgeschermd van de omgeving. Tot slot stelt eiseres zich op het standpunt dat, gelet op de bezoekers die voornamelijk uit fietsers en wandelaars bestaan, geen geluidshinder te verwachten is.
Het college heeft bij zijn besluit gemotiveerd waarom de vestiging van de B&B in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. Daarbij is onder meer meegewogen dat het perceel van eiseres ligt binnen een gedeelte van Baarn met een dorps karakter en kleinschalige bebouwing, waar woningen relatief dicht op elkaar gebouwd zijn en overwegend uit één, hooguit twee bouwlagen bestaan. Ook de relatief kleine omvang van het perceel van eiseres is daarbij betrokken. De vestiging van een B&B past volgens het college niet binnen deze stedenbouwkundige opzet. Daarnaast acht het college de kans aanzienlijk dat de vestiging van de B&B en de intensivering van het gebruik in de nachtelijke uren onevenredige nadelige gevolgen met zich meebrengt voor het woon- en leefklimaat van de omgeving. In dat kader wijst het college op de mogelijke vermindering van de privacy van omwonenden, de mogelijke toename van geluidshinder en een ongewenste toename van parkeer- en verkeerintensiteit. De omgevingsvergunningen die zijn verleend voor de vestiging van een B&B op andere locaties binnen de gemeente maakt dat niet anders. In die situaties is per geval beoordeeld dat de vestiging van de B&B niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening.
De rechtbank vindt dat het college zich met deze motivering op het standpunt mocht stellen dat de vestiging van een B&B in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. Het college mocht daarbij belang hechten aan de grootte van het perceel en het kleinschalige karakter van de omgeving van de B&B. De ruimtelijke impact die een B&B op deze locatie in de nacht kan hebben op de omgeving heeft ook college ook mogen betrekken bij de invulling van zijn beleidsruimte. Daarnaast heeft het college bij zijn beoordeling mogen betrekken dat door de B&B extra verkeersbewegingen ontstaan en er toename is van parkeerintensiteit door bezoekers van de B&B. Het standpunt van eiseres dat de bezoekers voornamelijk met de fiets of het openbaar vervoer komt, maakt dat niet anders. Het is de bezoekers van de B&B namelijk ook toegestaan om met de auto te komen. Verder is de parkeerplaats die door eiseres is gerealiseerd pas na het bestreden besluit gerealiseerd. Met de extra parkeerplaats heeft het college geen rekening kunnen houden in het bestreden besluit. Op de zitting is besproken welke andere B&B’s zijn vergund in Baarn en daaruit blijkt dat deze inderdaad in een ander deel van het dorp liggen waar de ruimtelijke structuur anders is en de percelen ruimer zijn. Het college heeft dit mogen meewegen. Gelet op deze omstandigheden, heeft het college zich op het standpunt mogen stellen dat de vestiging van de B&B op deze locatie in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. De omgevingsvergunning is daarom terecht geweigerd. De beroepsgrond slaagt niet.
Is de weigering in strijd met algemene beginselen van behoorlijk bestuur?
De rechtbank is van oordeel dat het college na afweging van de betrokken belangen zich op het standpunt mocht stellen dat de vestiging van de B&B op het perceel van eiseres in strijd is met het bestemmingsplan en een goede ruimtelijke ordening. Bij deze belangenafweging zijn ook de belangen van eiseres meegewogen. Het college heeft de belangen van eiseres bij exploiteren van een B&B minder zwaar laten wegen. De rechtbank ziet in deze belangenafweging geen aanleiding om schending van algemene beginselen van behoorlijk bestuur aan te nemen. De gevolgen van de weigering zijn niet onevenredig in verhouding met de daarmee te dienen doelen. Het college mocht namelijk een groter gewicht toekennen aan het belang van de goede ruimtelijke ordening tegenover de belangen van eiseres om de B&B te kunnen exploiteren. De beroepsgrond slaagt niet.