Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
[eiseres] uit [woonplaats] , eiseres(gemachtigde: A. Goldhoorn)
de heffingsambtenaar van de gemeente [plaats] , verweerder.
Procesverloop
Beslissing
- verklaart het beroep niet-ontvankelijk;
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 3 mei 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde A. Goldhoorn, en de heffingsambtenaar van de gemeente [plaats]. Eiseres had een aanslag roerende zaakbelasting ontvangen op 30 juni 2021, waarbij de waarde van haar roerende zaak, een ark gelegen aan [adres] in [woonplaats], was vastgesteld op € 94.000,- per waardepeildatum 1 januari 2020. Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen deze aanslag, maar dit bezwaar werd ongegrond verklaard in de uitspraak op bezwaar van 19 oktober 2021. Hierop heeft eiseres beroep ingesteld.
De heffingsambtenaar heeft op 15 december 2021 de eerder opgelegde aanslag vernietigd. Tijdens de online zitting op 3 mei 2022 is de zaak behandeld, waarbij eiseres aanwezig was met haar gemachtigde en de verweerder vertegenwoordigd werd door een taxateur. De rechtbank heeft na de zitting onmiddellijk uitspraak gedaan en het beroep van eiseres niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank oordeelde dat eiseres geen procesbelang meer had, aangezien de aanslag al was vernietigd en de vastgestelde waarde van de ark daarmee ook was komen te vervallen. De rechtbank heeft verweerder opgedragen het door eiseres betaalde griffierecht van € 49,- te vergoeden.
De rechtbank heeft in haar overwegingen benadrukt dat er pas sprake is van voldoende procesbelang als het resultaat dat eiseres nastreeft daadwerkelijk kan worden bereikt en feitelijke betekenis heeft. Aangezien de aanslag was vernietigd, was er geen mogelijkheid voor een gunstiger resultaat voor eiseres, waardoor het beroep niet-ontvankelijk werd verklaard.