ECLI:NL:RBMNE:2022:1724
Rechtbank Midden-Nederland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek niet-ontvankelijk verklaard na sluiting van het onderzoek
In deze wrakingszaak heeft verzoeker op 22 april 2022 een verzoek ingediend tot wraking van mr. N.M.H. van Ek in een strafzaak met parketnummer 16-257562-21. De wrakingskamer heeft besloten om af te zien van een mondelinge behandeling. Volgens artikel 512 van het Wetboek van Strafvordering kan een rechter gewraakt worden op grond van feiten die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen. Echter, verzoeker heeft zijn wrakingsverzoek ingediend tijdens de mondelinge einduitspraak, nadat de rechter het onderzoek had gesloten. Dit was niet tijdig, aangezien een wrakingsverzoek vóór de einduitspraak moet worden ingediend. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat verzoeker niet-ontvankelijk is in zijn verzoek, omdat het verzoek niet op het juiste moment is ingediend. De beslissing is genomen door de meervoudige kamer van de wrakingskamer en is openbaar uitgesproken op 29 april 2022. De griffier heeft de opdracht gekregen om deze beslissing aan de betrokken partijen te sturen, en de procedure met parketnummer 16-257562-21 moet worden voortgezet in de stand waarin deze zich bevond op het moment van de schorsing vanwege het wrakingsverzoek.