ECLI:NL:RBMNE:2022:1571
Rechtbank Midden-Nederland
- Tussenuitspraak
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak inzake verlenging termijn voor herstel van een besluit in bestuursrechtelijke procedure
In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedateerd 25 april 2022, wordt ingegaan op het verzoek van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht om verlenging van de termijn voor het herstellen van een gebrek in een eerder bestreden besluit. De rechtbank had in een eerdere tussenuitspraak van 11 maart 2022 de verweerder de gelegenheid gegeven om binnen zes weken het gebrek te herstellen. Echter, op 11 april 2022 verzocht de verweerder om deze termijn te verlengen, omdat er waarschijnlijk een medisch advies moest worden aangevraagd, wat de oorspronkelijke termijn te kort maakte.
De rechtbank overweegt dat verzoeken om verlenging van de termijn in bijzondere gevallen kunnen worden ingewilligd, mits deze goed gemotiveerd zijn. De rechtbank verwijst naar relevante jurisprudentie en de totstandkomingsgeschiedenis van artikel 8:51a van de Algemene wet bestuursrecht. Gezien de omstandigheden, waaronder de noodzaak van een medisch advies, oordeelt de rechtbank dat het verzoek om verlenging gerechtvaardigd is. De oorspronkelijk gestelde termijn wordt als te kort beschouwd, en de rechtbank is van mening dat een andere beslissing zou leiden tot een minder finale vorm van geschilbeslechting.
De rechtbank besluit dat de verweerder binnen acht weken na verzending van deze tweede tussenuitspraak het gebrek moet herstellen, met inachtneming van de overwegingen uit de eerdere tussenuitspraak. Verder houdt de rechtbank iedere beslissing aan tot de einduitspraak op het beroep. Deze uitspraak is openbaar uitgesproken en is gedaan door rechter S.G.M. van Veen, in aanwezigheid van griffier H.J.J.M. Kock.