ECLI:NL:RBMNE:2022:152
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 17 januari 2022 uitspraak gedaan in het beroep van eiseres tegen de beslissing van de heffingsambtenaar van de gemeente Weesp. Eiseres had beroep aangetekend tegen de uitspraak op bezwaar van 19 augustus 2021. De rechtbank heeft echter besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat eiseres het griffierecht niet op tijd had betaald. Volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het verplicht om griffierecht te betalen bij het indienen van een beroep. In dit geval bedroeg het griffierecht € 49,-.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres op 21 oktober 2021 een aangetekende brief heeft ontvangen waarin zij werd geïnformeerd over de betaling van het griffierecht. Deze brief is echter niet door eiseres afgehaald en is geretourneerd aan de rechtbank. De rechtbank heeft de brief vervolgens per gewone post opnieuw verzonden, maar eiseres heeft geen geldige reden opgegeven voor het niet tijdig betalen van het griffierecht.
Aangezien het griffierecht niet op tijd is ontvangen, heeft de rechtbank geoordeeld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, zoals bepaald in artikel 8:54 Awb. De rechtbank heeft geen proceskostenvergoeding toegewezen en heeft de beslissing openbaar gemaakt. Eiseres heeft de mogelijkheid om binnen zes weken na de uitspraak een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens is met de uitspraak.